Doelman Sinan Bolat: ‘De Antwerpfan is een kampioenstitel waard’

SINAN BOLAT: 'Ik voel me super bij Antwerp. Ik heb nooit beter gekeept.' © Franky Verdickt
Jef Van Baelen
Jef Van Baelen Journalist voor Knack

Vrijdag begint Play-off I met Standard-Antwerp, twee vurige teams in rood en wit. Mengen zij zich in de titelstrijd? Doelman Sinan Bolat van Antwerp sluit het niet uit. ‘Alles is mogelijk: dat is het zotte aan die play-offs.’

Voor velen zal hij altijd de man van die ene goal blijven. Een winteravond op Sclessin in 2009. Standard Luik speelt zijn laatste poulematch in de Champions League tegen het Nederlandse AZ. De extra tijd gaat de vijfde minuut in. Vrije trap voor de Rouches. Een voorzet van Benjamin Nicaise. Doelman Sinan Bolat duikt op in het strafschopgebied en kopt de bal voorbij een grabbelende Sergio Romero. Standard plaatst zich voor de volgende ronde, Sclessin ontploft. ‘Die goal tegen AZ zal me mijn hele leven achtervolgen’, lacht de Turks- Belgische doelman. ‘Ervaren hoe het voelt om te scoren: dat maak je als keeper zelden mee. Het was een droom, en half België heeft met mij meegevierd, want ik word er nog erg vaak over aangesproken.’ Volgende vrijdag gaat Sinan Bolat op bezoek in datzelfde Sclessin van zijn historische goal. De Antwerpkeeper kijkt met vertrouwen richting Play-off I. ‘Antwerp begon het seizoen met de ambitie bij de eerste zes te eindigen. Die opdracht was vervuld twee speeldagen voor het eind van de reguliere competitie: dan heb je het goed gedaan. Al wat erbij komt, is bonus.’

Als ik tijd aan het winnen ben, schelden ze mij uit voor Sinan Kebab. Moet ik daar boos om zijn? Een beetje jennen hoort erbij.

De tegenstanders voor Play-off I zijn bekend: Genk, Club Brugge, Anderlecht, Standard en AA Gent. Zijn die ploegen beter dan jullie?

Sinan Bolat: Dat ga je van mij niet horen. ( lacht) De journalisten zijn blijkbaar nogal kritisch over onze kansen omdat Antwerp amper topmatchen heeft gewonnen. Dat klopt, maar we hebben er ook niet veel verloren.

De punten worden gehalveerd. Al wie in Play-off I zit, kan kampioen spelen.

Bolat: Ik heb het meegemaakt met Standard: nipt Play-off I ingesukkeld en nog bijna de titel gepakt. Alles is mogelijk, dat is het zotte aan die play-offs. Eén zondagsschot kan een ploeg lanceren richting titel. Voor hetzelfde geld overkomt het ons. Vooral de eerste twee matchen zijn wat dat betreft cruciaal.

Toen ik hier tekende, had ik me niet kunnen voorstellen dat we twee jaar later over een mogelijke titel zouden spreken. Antwerp kwam uit tweede klasse, het stadion was een halve bouwwerf, iedereen zag in ons een degradatiekandidaat. Maar omdat Luciano D’Onofrio hier zat, was ik er gerust op. Luciano is altijd ambitieus, hij trekt niet naar een club om zomaar wat mee te doen. In het voetbal moet je altijd op je tellen passen, maar D’Onofrio is een van de weinige mensen die ik blindelings vertrouw. Ik voel dat hij mij ook vertrouwt. Wie geloofde twee jaar geleden nog in Sinan Bolat? Niemand, toch? Dus heb ik ook het gevoel dat ik Luciano iets moet teruggeven.

U brak door bij Genk en werd kampioen met Standard. Daarna volgde een lange tocht door de woestijn: vijf seizoenen waarin u amper hebt gespeeld. Hebt u aan uzelf getwijfeld?

Bolat: Het valt echt niet mee om in jezelf te blijven geloven als je op de bank zit. Dat ik niet heb opgegeven en nu weer mijn beste niveau haal, is een overwinning. Maar ik heb zwarte sneeuw gezien, dat geef ik gerust toe. Het is mis beginnen te lopen in 2011. In mijn laatste seizoen bij Standard scheurde ik mijn kruisbanden. Toch kon ik tekenen bij FC Porto. Tegen zo’n grote club zeg je niet nee en ik wilde ook graag naar het buitenland, maar achteraf bekeken had ik beter in België aan mijn herstel gewerkt. Bij een club als Porto red je het niet als je niet topfit bent. Zodra ik lichamelijk weer in orde was, was mijn krediet opgebruikt. Toen begonnen de uitleenbeurten, wel vijf in totaal. Telkens bij het sluiten van de transfermarkt, waardoor ik bij die leenclubs nooit de voorbereiding meemaakte. Dus dat liep meestal niet schitterend, met één uitzondering: met Galatasaray won ik de titel en de beker. Een jongensdroom, voor een trotse Turk zoals ik.

'Wie geloofde twee jaar geleden nog in Sinan Bolat? Niemand toch? Daarom heb ik het gevoel dat ik Luciano D'Onofrio iets moet teruggeven.'
‘Wie geloofde twee jaar geleden nog in Sinan Bolat? Niemand toch? Daarom heb ik het gevoel dat ik Luciano D’Onofrio iets moet teruggeven.’© Franky verdickt

Mijn passage bij Club Brugge was een voorbeeld van zo’n perfect mislukte uitleenbeurt. Ik kwam er eind augustus aan, zonder veel zelfvertrouwen, lichamelijk niet top. Mijn eerste wedstrijd tegen Manchester United slikte ik vier goals. Twee weken later speelden we tegen Napoli: weer vijf tegendoelpunten. Meteen ontstond het gevoel: die Bolat brengt ons weinig bij.

Bent u boos op Club Brugge?

Bolat: Ik had zelf ook beter willen presteren, dus ze mogen daar misschien wel boos op mij zijn. Ik kan niks slechts zeggen over Club Brugge: professionele omkadering, geweldige supporters. Maar het was voor mij niet het goeie moment. Het enige wat me stoorde, is dat sommigen suggereerden dat ik het niveau niet meer aankon. Dat ik afgeschreven was. Zoiets doet pijn.

Club kent al een paar jaar problemen met zijn keepers.

Bolat: Dat komt door Mathew Ryan, die uitzonderlijk presteerde bij Club en punten heeft gepakt zoals in België nog maar zelden is vertoond. De keepers die na hem kwamen, worden met Ryan vergeleken en dat weegt. Kijk, eigenlijk is het simpel: iedere doelman gaat vroeg of laat in de fout. Breek hem af en je voedt zijn twijfels. Ik zie onmiddellijk of een keeper vertrouwen heeft of niet. Een doelman zonder vertrouwen bokst ballen weg. Die blijft op zijn doellijn en mijdt elk risico. Dat mindere seizoen bij Club helpt mij vandaag, gek genoeg: ik antwoord mijn critici op het veld. Nooit keepte ik beter dan nu. In mijn jonge jaren kreeg ik meer aandacht, maar dat lag puur aan de leeftijd: journalisten speculeren graag over welke grote transfer een jonge speler zal maken.

Van Antwerp zegt de tegenstand: ‘Lastige ploeg om tegen te spelen, maar ze kiezen niet voor spektakel.’ Terechte kritiek?

Bolat: Misschien wel. En wat dan nog? Ik sta liever bovenaan dan dat we elke week de pannen van het dak spelen en vechten tegen degradatie. We hebben grote jongens in de ploeg en een echte vechtersmentaliteit. Waarom die wapens niet gebruiken? Sterk zijn is niet verboden. Het enige waar ik kwaad om kan worden, is dat ze ons ‘vuil spel’ verwijten. Alsof wij een bende beenhouwers zijn die tegenstanders moedwillig blesseren. Daar klopt niks van.

Ik sta liever bovenaan dan dat we elke week de pannen van het dak spelen en vechten tegen degradatie.

Vechtlust is het handelsmerk van trainer Laszlo Bölöni, dat zie je terug bij al zijn teams. Lior Refaelov stond bij Club niet bekend als de ijverigste bikkelaar, maar bij Antwerp kunnen ze over zijn inzet niet klagen.

Bolat: Onze trainer weet heel goed hoe hij spelers moet prikkelen. Ik kan moeilijk verwoorden hoe hij dat precies doet. Het is niet dat hij iedere dag in de kleedkamer brult: ‘Hard werken, jongens!’ ( lacht) Hij bakt die mentaliteit er gaandeweg in en wie daar niet in meegaat, vliegt eruit. Terecht.

Hoe is de stuurs ogende Bölöni in de omgang?

Bolat: Heel aimabel. Niemand lijkt het te kunnen geloven, maar door de week is Bölöni een grappenmaker. Eigenlijk is hij qua discipline vrij losjes, helemaal anders dan hoe de buitenwereld hem ziet.

Bij de fans van de tegenstander bent u vaak de kop van Jut, maar dat lijkt u niet te storen?

Bolat: Ik ben eigenlijk een stille, bedeesde jongen, maar op een voetbalveld wil ik altijd winnen. Als ik mijn ploeg kan helpen door een beetje tijd te rekken, zal ik het niet laten. Mooi is dat niet, maar welke keeper doet het niet?

Akkoord, maar u doet het nog iets nadrukkelijker.

Bolat: Dat is de aard van het beestje. ( lacht) Pas op: staan we achter, dan spring ik ook uit mijn vel als de tegenstander tijd rekt. Die emotie, die passie: dat trekt mij aan in voetbal.

Het past bij Antwerp en zijn ongeëvenaarde fans: wat provoceren, prikkelen, een beetje pesten.

Bolat: ( stellig) Sfeer zoals op onze tribunes vind je nergens anders in België. Sommige kenners menen dat onze ploeg niet in Play-off I thuishoort, en dat mogen zij denken, maar over één zaak is iedereen het eens: de Antwerpfan is een kampioenstitel waard.

Toen u in 2009 voor de Turkse nationale ploeg koos, vreesde men dat de Gouden Generatie haar doelman kwijt was. Bij de Belgische beloften speelde u met Jan Vertonghen, Marouane Fellaini en Eden Hazard. Was u maar bij België gebleven: u had brons kunnen winnen op het WK.

Bolat: Ik heb altijd gezegd dat ik zou kiezen voor het land dat mij als eerste opriep en Turkije was jullie voor. Dat was geen gemakkelijke beslissing. Ik vreesde dat de mensen het zouden zien als een afwijzing van België. Maar zo was het niet: ik ben trots en blij dat ik hier opgegroeid ben, maar ik voel mij evenzeer een trotse Turk. Het ene sluit het andere niet uit. Dat de Rode Duivels zo zouden groeien, kon niemand voorspellen. Ze noemden ons bij de jeugd ook al ‘de Gouden Generatie’, maar dan eerder als grap.

Ik weet hoe het voelt om met een dikke bankrekening naast de ploeg te vallen. En ik weet dat ik daar niet gelukkig van word.

Sinds kort ben ik bij Turkije de vaste eerste keeper. Tenminste, als het weer niet allemaal wordt omgegooid. De bondscoach is onlangs ontslagen. Afwachten welke keuzes zijn opvolger maakt.

Sinds Operatie Propere Handen is ‘voetbalmakelaar’ een scheldwoord. U hebt een originele oplossing om uit de greep van de makelaars te blijven: uw broer is uw makelaar.

Bolat: Dat is een facet van het voetbal waar ik altijd een dubbel gevoel bij heb gehad. Voor jonge voetballers is een manager met connecties zeker nuttig. Die kan je aan een andere club helpen als het tegenzit. Maar teams die een goeie keeper zoeken hebben mij hopelijk al aan het werk gezien, en ik weet ondertussen hoe een contractbespreking verloopt. Wat is dan de toegevoegde waarde van zo’n makelaar? Van mijn broer weet ik tenminste dat hij honderd procent voor mij opkomt en dat er geen verborgen agenda is. Hij wil het beste voor me en zal me ook altijd de waarheid zeggen.

Naar verluidt hebt u zin in een buitenlandse transfer.

Bolat: Als er een geweldig bod komt waar Antwerp en ik beter van worden, moeten we dat natuurlijk doen. Ik ben dertig, het is nu of nooit. Anderzijds weet ik ook wat ik de voorbije jaren heb gemist. Ik weet hoe het voelt om met een dikke bankrekening naast de ploeg te vallen. En ik weet dat ik daar niet gelukkig van word.

In het buitenland betalen ze beter, maar geld is ook niet alles?

Bolat: Zo is het. Ik voel me super bij Antwerp. De mensen appreciëren mij, het klikt met de fans, ik voel het vertrouwen van heel de club. Er zal een heel straffe aanbieding moeten komen voor ik dat allemaal achterlaat.

Op de Gouden Schoen hebben ze een lelijke streek met u uitgehaald. Men liet vermoeden dat u de Keeper van het Jaar zou worden, maar u eindigde pas derde. Was u erg teleurgesteld?

Bolat: Op dat moment wel, ja. In de pers noemde iedereen mij de topkandidaat. Dat zette me aan het denken. Zou ik het verdienen? Was ik dit seizoen de beste keeper in eerste? Hoe reageer ik als ik die trofee win? Er dan naast grijpen: dat steekt. Ik heb ook gevoelens. Die ontgoocheling duurde één dag. Daarna ging de focus naar de volgende match.

Jelle Van Damme knutselde met zijn kinderen een troosttrofee voor u in elkaar.

Bolat: Dat vond ik zó mooi. Zoiets doet alleen een echte vriend.

Wie is de beste spits van de Jupiler Pro League?

Bolat: De verdedigers kunnen dat beter beoordelen dan ik, maar ik denk dat je moeilijk om Wesley heen kunt. Ook letterlijk! ( lacht) Hij heeft het lichaam van een beer maar is ook snel en beweegt slim. Wesley steekt erbovenuit.

Het zou maar saai zijn als het de hele tijd politiek correct moet blijven. Je moet van elkaar iets kunnen verdragen, nee?

Gek genoeg bent u de enige Turkse Belg in eerste klasse.

Bolat: Jammer, hè. Ik heb er geen verklaring voor. In de jeugdreeksen van Anderlecht, Genk, Gent of hier bij Antwerp zijn de Turken de strafste talenten. Toch breken die jongens niet door. Ligt dat aan het karakter, het doorzettingsvermogen, de vrienden? De mensen denken dat het makkelijk is: je hebt talent, dus je wordt een topvoetballer die veel verdient. Nee, je moet er hard voor werken en elke dag beter worden. Wat vandaag goed genoeg is om de ster van de ploeg te zijn, is morgen zelfs geen plaats op de bank waard. De grootste fout die een jonge voetballer kan maken, is denken dat hij er al is.

Ik had het geluk dat ik enorm gesteund werd door mijn familie. Dat begint met simpele dingen zoals zorgen dat je op tijd op de training bent. Ze hebben me ook met beide voeten op de grond gehouden. Zonder die stabiliteit red je het niet, hoeveel talent je ook hebt. In die zin is mijn profcarrière niet alleen mijn eigen succes. Mijn mama, papa, broers en zus en zelfs de prachtige gemeente Zonhoven, waar ik ben opgegroeid, hebben daar allemaal hun rol in gespeeld.

Racisme bij supporters: raakt dat u? Jammer genoeg worden er elk weekend dingen geroepen die niet door de beugel kunnen.

Bolat: Als ik tijd aan het winnen ben, schelden ze mij uit voor ‘Sinan Kebab’. Moet ik daar boos om zijn? Een beetje jennen hoort erbij, ik kan daar zelfs van genieten. Het zou maar saai zijn als het de hele tijd politiek correct moet blijven. Je moet van elkaar iets kunnen verdragen, nee?

Sinan Bolat

– 1988: geboren in Kayseri, Turkije

– 2006: profdebuut bij Racing Genk

– 2008: transfer naar Standard, waarmee hij de titel wint ?

– 2009: eerste selectie voor het Turkse nationale elftal. ?

– 2011: bekerwinst met Standard.

– 2013 stapt over naar FC Porto maar zal daar geen minuut spelen. Wordt vijf keer uitgeleend.

– 2015 pakt met Galatasaray de dubbel in Turkije. In de zomer uitgeleend aan Club Brugge.

– 2017 transfer naar Antwerp.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content