Demir vs. Dries in Genk: ‘Ik ga naar geen enkele iftarviering’ – ‘Wij bezoeken ze allemaal’

Zuhal Demir (N-VA) en Wim Dries (CD&V) © Debby Termonia
Walter Pauli & Ewald Pironet Redacteurs bij Knack

In Genk lijken de gemeenteraadsverkiezingen uit te draaien op een tweestrijd tussen burgemeester Wim Dries (CD&V) en zijn uitdaagster Zuhal Demir (N-VA). ‘Het is kiezen tussen twee totaal verschillende bestuursmodellen.’

Voor het eerst sinds mensenheugenis zijn in Limburg niet de gemeenteraadsverkiezingen van Hasselt, maar die van Genk de interessantste. De CD&V’er Wim Dries kreeg er een uitdager van formaat met de komst – of beter: de terugkeer – van Zuhal Demir. Demir heeft zich altijd geprofileerd op haar afkomst, als dochter van een Koerdische mijnwerker uit de cité van Waterschei. Ze begon haar politieke carrière evenwel in Antwerpen, waar ze uitgroeide tot een van de smaakmakers van de N-VA: een pittige politica die graag de confrontatie aangaat. Bij haar terugkeer is dat niet anders.

Wij kiezen voor ”Nederlands vanaf nul jaar”. Wilt u het nog vroeger?

Wim Dries, CDu0026amp;V

Zuhal Demir: Ik ben ervan overtuigd dat Genk beter kan. Ik zeg niet dat alles hier barslecht is, maar op essentiële punten – zoals armoedebestrijding, samenleven of werkgelegenheid – is het niet goed genoeg. 29,9 procent van de kinderen wordt geboren in een kansarm gezin, terwijl dat in 2010, bij het aantreden van de burgemeester, 17,6 procent was. De strijd tegen de lege boterhamdozen moeten we daarom voeren met ankerpersonen in de scholen. Deze verkiezingen zullen volgens mij ook een keuze zijn tussen twee totaal verschillende bestuursmodellen.

Wij verstaan: het is de keuze tussen het ‘Antwerpse’ N-VA-model van Bart De Wever dat u als Antwerps districtsburgemeester drie jaar mee vorm hebt gegeven, en het Genks-Limburgse CD&V-model van Wim Dries.

Wim Dries: Als het Antwerpse model betekent dat het stadsbestuur sterk inzet op veiligheid en dat het een discours huldigt van rechten en plichten, dan verschilt dat nauwelijks van het Genkse model. Genk heeft de laagste criminaliteitsgraad van alle centrumsteden. En ‘rechten en plichten’ heb je natuurlijk nodig om een samenleving op te bouwen. Maar daarnaast stellen wij ons nog een vraag: hoe brengen we mensen bij elkaar?

Ja, hoe doet u dat?

Dries: Toen ik in 2010 Jef Gabriels opvolgde als burgemeester, heb ik eigen accenten gelegd. Het eerste is een grote aandacht voor onderwijs en taal: in Genk zweren we bij ‘Nederlands vanaf nul jaar’. Uiteindelijk heeft dat geleid tot onze slogan, ‘Iedereen Genkt’: alle inwoners moeten meebouwen aan dezelfde Genkse samenleving. Tegelijk laten we de verschillende gemeenschappen hun eigenheid – daarin verschilt ons model wellicht van dat van Zuhal Demir.

Demir: Volgens Indra Dewitte, de hoofdredacteur van Het Belang van Limburg, dreigt Genk een duale stad te worden als het volgende schepencollege geen antwoord kan bieden op de samenlevingsvraagstukken van vandaag. Daar zit een grond van waarheid in. ‘Iedereen Genkt’ is een mooie slogan, maar alle inwoners moeten wel wíllen ‘genken’, en dat gebeurt nog niet. Zo vinden in deze stad heel wat festiviteiten plaats, maar helaas zie ik dat niet alle Genkenaren erop aanwezig zijn.

Wie ziet u niet?

Demir: De moslimgemeenschap. Ik zie de moslims niet, en ik mis ze. Participatie is inderdaad belangrijk. Maar moet de stad subsidies geven aan verenigingen om eigen, aparte activiteiten te organiseren? Ik heb daar vragen bij. De stad zou alleen verenigingen mogen subsidiëren die in hun werking een brug slaan met de rest van de Genkse gemeenschap. Daarnaast zouden we nog veel sterker moeten inzetten op de kennis van het Nederlands.

Dries: Ik heb al gezegd dat wij kiezen voor ‘Nederlands vanaf nul jaar’. Wilt u het nog vroeger?

Demir: Volgens Kind & Gezin spreken vijf op de tien kinderen die geboren worden in Genk, geen Nederlands met hun mama.

Wim Dries

– 24 maart 1972: geboren in Genk

Actief bij de studentenraad, voorzitter van Vlaggendansgroep Symbolica en de Genker Heidefeesten

– 1994: graduaat elektronica aan de Katholieke Hogeschool Limburg – 1995: gemeenteraadslid in Genk voor de CVP, later de CD&V

– 2002-2009: schepen in Genk

– 2009-heden: burgemeester van Genk

– 2013-heden: voorzitter van Infrax

– 2016-heden: voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG)

Is dat niet normaal? Uw ouders spraken toch ook Turks met u?

Demir: Inderdaad. Maar ik ben een migrante van de tweede generatie. Met mijn dochter spreek ik Nederlands, maar mijn vader praat Turks met haar. Haar basistaal wordt dus Nederlands en haar tweede taal Turks. Maar niet omgekeerd. Hoeveel generaties blijven mensen nog een aparte ’thuistaal’ spreken? We zullen dus nog veel meer moeten inzetten op ons taalbeleid.

Dries: Natuurlijk mag er nog meer geïnvesteerd worden in taalopleiding. Vandaag bereiken we met speciale Genkse taalprogramma’s ongeveer 30 procent van de kinderen, en dat komt ongeveer overeen met het aantal kansarme kinderen in onze stad. En het werkt: onze schoolachterstand in de lagere school is gedaald van 21 naar 16 procent. Zijn we er? Nee. Maar sinds we tien jaar geleden met onze extra taalopleiding zijn begonnen, zijn we er alleen maar op vooruitgegaan.

Hetzelfde met onze werklozen. Dat probleem is hier nog altijd groter dan elders. Iedereen lijkt al vergeten te zijn dat op 24 oktober 2012 Ford Genk aankondigde de deuren te sluiten. Vanaf dat jaar piekt in de statistieken niet alleen de werkloosheid, maar ook de kinderarmoede. We hebben hard gewerkt om die weer naar beneden te krijgen. Met de armoede is dat niet evident, maar onze werkloosheid is opnieuw gedaald tot het niveau van 2008. Dat zou nooit gebeurd zijn als we als stedelijke overheid niet zelf de handen uit de mouwen hadden gestoken. Onze werkloosheid daalt sneller dan in Antwerpen of Kortrijk.

Een schepencollege kan nog zo hard werken, de inwoners moeten ook meewillen. In bepaalde Genkse wijken is er bijvoorbeeld een hardnekkig sluikstortprobleem.

Demir: Het probleem van het zwerfvuil is de laatste jaren zelfs groter geworden, en de mensen ergeren zich daar terecht aan. Net zoals ze zich storen aan trouwstoeten. Wat is er nu feestelijk aan patsers die straten blokkeren met hun auto’s en met pistolen schieten? Wat doen die kerels anders dan het publieke domein opeisen? Vanuit de stad moeten dus veel duidelijker signalen komen dat dit niet kan. Ik ben er voorstander van om het systeem van de GAS-boetes nog uit te breiden. In Kolderbos, de probleemwijk met het sluikstorten, moeten er vaste camera’s komen in plaats van tijdelijke zoals nu. Lage criminaliteitscijfers zijn makkelijk als je de orde niet meer handhaaft op bepaalde pleinen, maar dat kan de bedoeling niet zijn. Die hardleerse kerels die het verpesten voor de hele wijk, moeten aangepakt worden. Laat ze maar eens twee weken lang zelf het vuil van de hele buurt bijeenrapen.

Dries: In 2005 al was Genk de allereerste Vlaamse gemeente die een systeem van GAS-boetes invoerde. Ja, slingervuil is een probleem, maar dat is het in alle Vlaamse steden en gemeenten. We treden er al tegen op. Wie betrapt wordt op slingervuil, moet naast zijn GAS-boete trouwens ook betalen om het vuil op te ruimen. In Kolderbos zijn de problemen groter dan elders omdat het een probleemwijk is met twee ‘concentratiegebouwen’: Hooiweg 105 en Hondsbos 6. Elke Genkenaar kent die huisnummers: ze zijn berucht door de vele ‘probleemgezinnen’. We gaan die gebouwen dus afbreken en in de plaats komen er kleinschaligere, beheersbare projecten. In Sledderlo (een andere sociale wijk, nvdr) is dat goed gelukt. We moeten de samenlevingsproblemen ten gronde aanpakken. Niet alleen met camera’s, maar ook met duurzame stadsontwikkeling.

Ik zeg u: als we zo voortgaan, krijgen we in Genk straks niet alleen een islamschool, maar ook shariarechtbanken.

Zuhal Demir, n-VA

Demir: Tegen de tijd dat die nieuwe gebouwen er staan, zijn we weer jaren verder. Zelfs op de Stalenstraat, de grote winkelstraat bij de voormalige mijn van Waterschei, zijn er al mensen die hun vuil gewoon op straat droppen. Weet u dat sommige inwoners zelf camera’s hebben geplaatst om te kunnen bewijzen welke buren sluikstorten? We kunnen toch niet wachten op de stadsvernieuwing?

Dries: Ik wacht niet. Maar voor we de Stalenstraat er weer bovenop krijgen, zullen er een aantal jaren verlopen zijn – we moeten bijvoorbeeld de handelaars nog op één lijn krijgen, en dat kost tijd, dat vergt overleg. Intussen pakken we de kleine hinder aan.

Er lijkt dus nog werk aan de winkel voor iedereen echt genkt.

Dries: Ik zie talloze goede ontwikkelingen. Op de zaterdagse markt in de Vennenstraat zie ik Genkenaren van elke mogelijke origine. Onze sportverenigingen dragen bij tot de integratie: niemand sluit zich op in eigen kring. Ook in de kantine van de Turkse Rangers kun je een pint krijgen.

Demir: Intussen zijn er wel schoolfeesten waar er geen braadworst meer op de barbecue ligt. Er is alleen nog halalvoedsel. Dat is wél problematisch. Over het samenleven in deze stad verschil ik grondig van mening met Wim. Er is een groeiende apartheid. Het is een tikkende tijdbom. Verschillende gemeenschappen zitten opgesloten in hun cocon. Dat fenomeen is het sterkst bij de Turkse gemeenschap. Op de koop toe wakkert het stadsbestuur dat aan met zijn subsidiebeleid. Waarom krijgen de Grijze Wolven een stedelijke subsidie van 80.000 euro? Hadden we dat geld niet beter kunnen investeren in extra taallessen?

In de Stalenstraat is onlangs de voorgevel beklad van Turken die niet Erdogan-gezind zijn – de getroffen man heeft in alle stilte zijn voorgevel opnieuw geverfd. Ik weet dat er winkels zijn waar Erdogan-aanhangers de uitbaters met Turkse vlaggen zijn gaan uitdagen. Ikzelf ben al met de dood bedreigd hier in Genk. Erdogan-Turken zeggen openlijk: ‘De straat is van ons.’ Toen ik twintig jaar geleden zelf in de cité woonde, werd er onder Turken geen onderscheid gemaakt tussen Gülen-aanhangers, Koerden en ‘echte’ Turken. Iedereen werkte in de mijn, iedereen leefde samen. Ik zie de evolutie dus met lede ogen aan. Dat heb jij ondersteund met je subsidiebeleid, Wim. Juist omdat die Grijze Wolven weten dat ze gesteund worden door de stad, voelen ze zich heer en meester. Toen ik onlangs in Sledderlo werd uitgenodigd door Turkse vrouwen, moest ik er incognito heen. Dat kan toch niet?

Dries: Ik ben nog nooit ergens incognito geweest.

Demir: Jij was inderdaad opzichtig aanwezig op Erdogans feestje, en je staat met Muhammed Hasan Aksoy van de Grijze Wolven op de foto. Ze weten dat Wim Dries pro-Erdogan is. Van mij weten ze het omgekeerde.

Goed, elke partij zet de kandidaten van haar keuze op de lijst, maar op uw CD&V-lijst zie ik wel namen van mensen die verbonden zijn aan de Diyanet, de officiële en zeer conservatieve moskeeorganisatie van de Turkse overheid. Ik zeg u: als we zo voortgaan, krijgen we in Genk straks niet alleen een islamschool, maar ook shariarechtbanken zoals nu al in het VK.

Zuhal Demir

– 2 maart 1980: geboren in Genk

– 2003: licentiaatrechten KU Leuven, nadien master sociaal recht VUB

– 2010-2017: Kamerlid N-VA

– 2012-2015: districtsburgemeester Antwerpen

– 2013: voorzitter Vlaams Agentschap Integratie en Inburgering

– 2017-heden: federaal staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een Beperking, Grotestedenbeleid en Wetenschapsbeleid

Dries: Komaan zeg. U overdrijft.

Demir: Een Italiaanse vrouw uit Waterschei vertelde me dat haar dochter, een lesbienne, door een aantal Turkse jongens met stokken is achtervolgd. Dat gebeurt in onze stad! We zouden de LGBTI-problemen juist tot in de moskeeën bespreekbaar moeten maken, Wim, en niet alleen op school, zoals vandaag. We zouden ook een permanent Regenbooghuis moeten hebben in Genk, en niet alleen in Hasselt, en ook niet alleen een pop-upvariant. We moeten dringend een veel duidelijker signaal geven dat iedere Genkenaar moet kunnen zijn zoals hij of zij is.

Dries: U weet dat we in Genk een holebibeleid hebben dat elke vorm van discriminatie uitsluit, en we houden onze verenigingen daar ook aan. Ik ben Vlaming en ik zal mijn Vlaamse waarden altijd naar voren blijven schuiven. Maar ik heb ook respect voor de eigenheid van de Italiaanse verenigingen, en ik begrijp dat ze Italiaanse feesten organiseren, en dat de Turken Turkse feesten hebben. Ik ben juist de grote bepleiter dat iedereen gelijk is voor de wet. Wij passen dat principe strikt toe, ook in ons subsidiebeleid. Mag ik erop wijzen dat de N-VA-fractie het geld voor de Diyanet-moskeeën mee heeft goedgekeurd? Het gaat trouwens om vier moskeeën, erkend door de Vlaamse overheid.

In het geval van de Turkse Culturele Vereniging (de Grijze Wolven, nvdr) gaven onze diensten Cultuur en Sociaal Welzijn alleen maar positieve adviezen. Het gaat trouwens om een vereniging die al 35 jaar actief is in Genk.

Demir: Dat maakt het nog erger. Dat moet stoppen. Deur dicht! Iedereen gelijk voor de wet.

Dries: Dan moet u mij toch eens zeggen hoe ik die deur moet sluiten. Er is maar één reden waarom een burgemeester een activiteit kan verbieden, en dat is als de openbare orde en de veiligheid in het gedrang komen. Ik krijg adviezen van mijn politie, maar zo nodig ook van het OCAD (Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse, nvdr) of de Staatsveiligheid. Zodra zo’n advies negatief is, gaat de activiteit niet door. Maar als die instanties géén negatief advies geven, laat ik elke activiteit plaatsvinden.

Maar is er nu een samenlevingsprobleem in Genk of niet, meneer Dries?

Dries: Ik heb altijd erkend dat er problemen zijn. Ik spreek zelfs niet tegen dat de segregatie is toegenomen. Dat zie je niet alleen in Genk, maar in heel Europa en zelfs in de VS. Sinds de aanslagen van 9/11 sluiten de gemeenschappen zich meer op in zichzelf. Dat geldt zeker voor de moslimgemeenschap. Bij onze moslims is er veeleer sprake van een toename van het conservatisme dan van echt radicalisme. Wij hebben overal ogen en oren. Zo weten we wat er leeft en gezegd wordt. Als ik alles moet verbieden wat mij tegen de borst stuit, blijft er van de vrije meningsuiting niet veel meer over. Dat is ook de raad die we krijgen van het OCAD: zorg dat je op de hoogte blijft van wat zich in al die verschillende milieus afspeelt. Onze lokale taskforce rond radicalisering is een van de betere in België, zelfs minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) heeft dat gezegd. Dat is een goede referentie van een geboren Genkenaar – al heet hij hier Jambon, op zijn Frans.

Bij onze moslims is er veeleer sprake van een toename van het conservatisme dan van echt radicalisme.

Wim Dries

Demir: (giechelt) Dat is zo. Het is Jambon – op zijn Nederlands – in Brussel en Jambon – op zijn Frans – in Genk.

Dries: In Genk blijven we met iedereen praten en overleggen: met Gülen-aanhangers, met Koerden, en inderdaad met Erdogan-getrouwen. Daardoor zijn er hier in Genk géén rellen uitgebroken na de militaire coup tegen Erdogan in 2016, zoals op zoveel andere plaatsen in Limburg. Ben ik een Erdogan-fan? Nee. Maar ik moet wel op de hoogte blijven van wat er bij die mensen leeft, en dat is ook mijn taak als burgemeester. Ik ben verkozen met 8.488 stemmen op 41.000 kiezers…

Demir: Dat is ontzettend veel…

Dries: … maar ik ben wel burgemeester van alle 66.000 Genkenaars. Toen ik in 2009 burgemeester werd, vroeg men mij naar mijn belangrijkste uitdaging. Mijn antwoord was: de samenleving samen houden. Dan doen we in Genk door heel veel ruimte te geven aan mensen en verenigingen. Je kunt natuurlijk zeggen dat we vooral moeten verbieden. Ik krijg voortdurend vragen om zaken te verbieden: spelende kinderen, lawaai bij feesten, noem maar op. Ik doe dat niet. Mijn model is er een van duidelijke afspraken. Wíj zijn de baas op de straat, laat daarover geen twijfel bestaan, maar we huldigen ook een grote tolerantie. Met een criminaliteitsgraad die twintig procent lager ligt dan in andere centrumsteden, denk ik dat we het overigens niet zo slecht doen.

Demir: Wim Dries wil als burgemeester de boel bijeen houden, maar je moet de boel eerst wel bijeen kríjgen. Je mag inderdaad naar alle mogelijke feesten gaan, maar er zijn grenzen. Ook ik zou als burgemeester inderdaad praten met de Erdogan-aanhangers, maar ik zou ze niet subsidiëren. Ik ga principieel nooit naar iftarmaaltijden.

Dries: Ik bezoek ze allemaal. Daarom niet persoonlijk, maar als wij als stad door een vereniging worden uitgenodigd, proberen we een vertegenwoordiger te sturen.

Demir: Ik hoef niet naar een iftarmaaltijd te gaan om contact te hebben met moslims. Trouwens, moet je dan naar de iftar van de Grijze Wolven, die van de Erdogan-club of van de gülenisten? En moeten we straks ook naar alle katholieke vastenvieringen gaan?

Dries: Dat doen wij wel, ja. Ik ga ook naar alle kerkdiensten waarop ik uitgenodigd word. (fijntjes) Genk heeft duizend verenigingen, ik denk dat ik ze alle duizend ken. Maar als er een probleem is met een vereniging, dan zullen we er meteen contact mee opnemen. En als er problemen blijven bestaan, nemen we maatregelen. Ik heb al twee clublokalen van motorbendes gesloten, van de Hell’s Angels en de Satudarah. Die willen we niet onze stad. We hebben ook een aantal carwashes gesloten: we tolereren geen mensenhandel.

In 2006 vormden de CD&V en de N-VA nog een sterk kartel in Genk. Nu bent u elkaars grootste tegenstander. Wat is er gebeurd?

Demir: Wel, in 2012 heeft de CD&V ervoor gekozen om een coalitie te sluiten met de SP.A, terwijl de N-VA gestegen was van twee naar zeven zetels en de SP.A fors was gezakt.

Ik ben er voorstander van om het systeem van de GAS-boetes nog uit te breiden

Dries: We hebben toen gesprekken gevoerd met zowel PROgenk (lokaal kartel van SP.A en Groen, nvdr) als met de N-VA, en we hadden het gevoel dat we ons programma het best konden realiseerden met PROgenk.

Demir: De coalitie in Genk is geregeld op provinciaal niveau. Daar was de oekaze: Wim, niet met de N-VA, kies voor de socialisten.

Ziet u straks CD&V en N-VA wel samen in één schepencollege zitten?

Demir: In deze stad stel je je maar beter nederig op, want Genk wordt al negentig jaar bestuurd door christendemocraten. Wij willen Genk besturen met elke democratische partij die ons programma steunt – dus niet met de PVDA of het VB. Maar de inzet is duidelijk: ofwel krijgt Genk het bestuursmodel dat de CD&V naar voren schuift, ofwel dat van de N-VA. Dat voel ik in alle gesprekken. Ik ben tot april 2019 staatssecretaris in Brussel. Maar als de Genkenaar net als de N-VA vindt dat het anders moet, dan zal ik graag honderd procent van mijn tijd als burgemeester werken. Ik zou dat fulltime doen: dus geen mandaten bij Infrax of de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) opnemen.

Dat is kritiek op u, meneer Dries, want u bent voorzitter van Infrax en van de VVSG.

Dries: Ik ben een simpele jongen die probeert te werken aan een betere toekomst voor deze stad. Ik ben méér dan fulltime burgemeester, en ik combineer inderdaad wat lokale mandaten om contacten te blijven hebben in Brussel.

In 2012 haalde de N-VA 18,2 procent in Genk, goed voor zeven zetels, CD&V 41 procent, of 18 zetels van de 39. Zou Zuhal Demir ook schepen kunnen worden onder burgemeester Wim Dries?

Demir: Als de coalitiepartner ons programma wil overnemen, ben ik ook wel bereid als schepen toe te treden tot het college. Het programma primeert. Maar zou Wim schepen willen zijn met mij als burgemeester? (grijnst)

Dries: Waarom niet? Maar ik ben wel kandidaat-burgemeester.

Uw komst, mevrouw Demir, zou wel eens kunnen leiden tot een nieuwe absolute meerderheid voor de CD&V. Door te polariseren zouden CD&V en N-VA er allebei op vooruit kunnen gaan, en de CD&V is nu al maar twee zetels verwijderd van zo’n meerderheid.

Demir: Absolute meerderheden horen toch niet thuis in een moderne stad?

Dries: Ik denk dat deze stad de laatste negentig jaar niet zo slecht is bestuurd, ondanks de sluiting van de mijnen en Ford. Ik ga dus opnieuw voor een zo sterk mogelijk resultaat. Als de CD&V er nog een paar zetels bij krijgt, zal ik daar niet rouwig om zijn. Maar eerst zullen we elke stem opnieuw moeten verdienen. Ook wij stellen ons nederig op.

Partner Content