De spaarzame zoon betaalt voor de kwistige zoon

Brave spaarders mogen kiezen. Of ze betalen via belachelijk lage rentevoeten een hoge vermogensbelasting of ze laten het hele systeem op de fles gaan. Voor de Belgische spaarder loopt deze impliciete belasting op tot 5 miljard euro per jaar. Erger nog, deze belasting zal hem nog jaren achtervolgen.

Breng het gemeste kalf en slacht het”, sprak de vader toen de verloren zoon thuiskwam. In de parabel uit het Nieuwe Testament had de jongste zoon zijn erfdeel opgeëist en verkwist. Toen hij berouwvol terugkeerde, werd hij door de vader feestelijk ontvangen. Dat maakte de oudste zoon, die altijd trouw en spaarzaam was geweest, jaloers en boos. Maar de vader wees de oudste zoon terecht: het is goed om de terugkeer van de ‘verloren’ zoon te vieren, want hij is weer ‘gevonden’.

Het Westen schrijft op dit moment zijn versie van deze parabel. En er zijn er bij de vleet, de verloren zonen die de voorbije jaren van het rechte pad afweken, overdreven schulden maakten en het fortuin van de samenleving verkwanselden. Het gaat om bankiers die te veel schulden en risico’s namen om vette winsten te scoren, of om de Amerikaanse gezinnen die te veel op de pof consumeerden. Of om overheden die al boven hun stand leefden en/of zich nu vertillen aan het redden van de verloren zonen. Maar Vadertje Staat is nog altijd de baas en hij laat de hele familie, ook zij die spaarzaam en deugdzaam bleven, opdraaien voor de escapades van de verloren zonen, met de centrale bankiers als luitenants, en negatieve reële rentes als belangrijkste wapen. Schuldenaars eten nu het kalf op dat de spaarders vetgemest hebben. Het is onrechtvaardig, maar wellicht onvermijdelijk om de verlorenen terug te vinden.

Financiële repressie, zo heet de techniek om spaarders te pluimen en schuldenaars te subsidiëren. “Financiële repressie is een mooi woord voor schuldherschikking”, weet de Amerikaanse econome Carmen Reinhart. Overheden en centrale banken houden daarbij de rentevoeten kunstmatig laag, in elk geval veel lager dan het renteniveau dat zou geproduceerd worden als de marktkrachten ongemoeid hun gang konden gaan. De grootste manipulatieve kracht is het bijzonder expansieve beleid van de westerse centrale banken (zie grafiek 1). De Amerikaanse centrale bank (Fed) heeft er nooit een geheim van gemaakt dat ze doelbewust de langetermijnrente laag houdt via operatie Twist, het opkopen van obligaties met een langere looptijd. De Europese Centrale Bank (ECB) mag niet rechtstreeks overheidsobligaties kopen, maar voorzitter Mario Draghi vond een omweg via de befaamde Longer Term Refinancing Operations (LTRO’s). De ECB goot voor ongeveer 1000 miljard goedkoop krediet met een looptijd van drie jaar in het Europese banksysteem, in de hoop dat de banken met dat geld ook overheidsobligaties kopen. Wat ze ook al gedeeltelijk gedaan hebben.

De overheden gebruiken nog andere technieken om hun schulden goedkoop aan beleggers te verpatsen. Zo herschrijven ze de financiële spelregels in hun voordeel. De nieuwe liquiditeitsvoorschriften van het Basel III-akkoord bijvoorbeeld verplichten de banken om meer overheidsobligaties aan te houden. Fiscaliteit is nog een wapen dat de overheid met plezier hanteert om de aankoop van overheidsobligaties aan te moedigen. Denk aan de staatsbon die premier Leterme in de herfst van vorig jaar met groot succes aan de Belgische spaarder sleet. De roerende voorheffing op deze staatsbon werd uitzonderlijk verlaagd tot 15 procent. Of dat een juridisch sluitende promoactie is, dat moet later dan maar blijken.

Vermogensbelasting van 5 miljard euro

Deze financiële repressie heeft intussen de rente op korte én lange termijn onder de inflatie geduwd. Wie zijn centen braaf opzijzet, ziet de koopkracht van dat geld langzaam maar zeker verdampen. In de VS bedraagt de reële overheidsrente op tien jaar -2 procent. In België is de rente op overheidsobligaties gezakt tot 3,35 procent bij een inflatie van 3,3 procent. De rentecoupon volstaat dus maar net om de inflatie terug te verdienen. Ook in Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk is de reële vijfjaarsrente onder nul gedoken. Overheden willen het ijzer smeden als het heet is en maken plannen om obligaties met heel lange looptijden uit te geven.

Spaarzame burgers die hun centen toevertrouwen aan een spaarrekening zijn nog meer de klos, want die moeten het hebben van de rente op korte termijn die de ECB tot een magere 1 procent heeft gereduceerd. BNP Paribas Fortis, de marktleider op de Belgische spaarmarkt, verlaagde zijn basistarief op spaarboekjes vorige week zelfs tot 0,75 procent. Op de spaarmarkt bestaan veel formules, maar probeer maar eens een spaarrente te vinden die de geldontwaarding compenseert. In België stond in de herfst van vorig jaar 237 miljard euro geparkeerd op spaarrekeningen. Bij een negatieve reële spaarrente van ongeveer -2 procent betekent dat deze spaarmassa een jaarlijks koopkrachtverlies van ongeveer 5 miljard euro per jaar boekt. Het is een enorme vermogensbelasting die in geen enkele begroting voorkomt en door geen enkel parlement goedgekeurd werd, maar daarom niet minder in het vlees van de spaarders snijdt. Ook niet te vergeten is de 220 miljard euro die de Belgen bij elkaar hebben gespaard in pensioen- en levensverzekeringen. Ook hier vreten de lage rentevoeten aan het rendement van deze spaarproducten. Kan u ontsnappen aan deze gecamoufleerde vermogensbelasting? Ja, waar uw centen uit te geven en zo de economie vooruit te branden, of door meer risico’s te nemen, en bijvoorbeeld aandelen en obligaties met een hoger risicoprofiel te kopen. De politici en centrale bankiers proberen u bewust in die richting te duwen, maar het is gevaarlijk om gehoor te geven aan deze sirenenzang.

De begunstigden van deze impliciete vermogenstaks en de financiële recessie? Al wie per saldo in de schulden steekt, de verloren zonen dus. Banken profiteren van een hogere rentemarge, en gezinnen en overheden kunnen zich tegen kunstmatig lage rentevoeten (her)financieren. Ook u kan uw karretje aanhaken door nu geld te lenen en dus te profiteren van de lage rentevoeten. Maar omdat de Belgische gezinnen, bekend om hun spaarijver, een nettovermogen van ruim 700 miljard euro hebben, zijn ze als groep een groot slachtoffer van de financiële repressie. Ook België als geheel zit als nettoschuldeiser van het buitenland (voor een kleine 100 miljard euro) in het betalende kamp van de mondiale financiële repressie. “En omdat het vermogen vooral bij de oudere generaties steekt, is er ook een overdracht van koopkracht van oud naar jong bezig”, zegt Etienne de Callataÿ; hoofdeconoom van Bank Degroof.

Betalen of barsten

Maar waarom laten spaarders over zich heen lopen? De motivatie is niet zo godvruchtig, want ze wortelt in hebzucht en eigenbelang. Als de verloren zonen niet gered worden, gaat het hele systeem op de fles. Denk aan de zuiderse eurolanden. De Europese banken hebben na dertien jaar euro zoveel vorderingen uitstaan op deze landen, dat ieders lot met elkaar verbonden is. Laat de zaak ten onder gaan, en de hele Europese economie implodeert, wat ook de deugdzame spaarder nog véél meer zou kosten. “Zonder expansief monetair beleid zinken we weg in een diepe en langdurige recessie. Bovendien zijn belangrijke delen van het bankwezen nog fragiel: lage rentevoeten krikken de winstgevendheid op waardoor de kapitaalbasis kan verbreed worden”, zegt de Leuvense professor economie Erik Buyst.

Of denk aan de Amerikaanse gezinnen die, ondanks de al geleverde inspanningen, nog te diep in de schulden zitten. Laat hen een gewone marktrente betalen, en velen gaan opnieuw kopje-onder, en in hun val sleuren ze opnieuw het hele financiële systeem en de wereldeconomie mee. Voor de spaarder is er eigenlijk geen alternatief: betaal voor de redding van de verloren zonen, want niet redden zou nog veel meer kosten. Luc Aben, hoofdeconoom van Van Lanschot België: “Elke zware crisis of depressie heeft in de kern te maken met overmatige schuldopbouw. Een soepel monetair beleid is dan een noodzaak om een zelfvoedende neerwaartse spiraal te vermijden. Ja, schuldeisers subsidiëren in zo’n situatie de schuldenaars. Maar zonder dat, zou er uiteindelijk niets meer te subsidiëren zijn: een dor economisch landschap. Dat geldt zowel in Europa als in de VS.”

Hoe lang nog?

De financiële repressie duurt wellicht nog veel langer dan spaarders vandaag beseffen. In de VS hebben de gezinnen en de financiële sector al werk gemaakt van schuldafbouw, maar de schulden blijven bij de overheid van de lopende band rollen. Het Westen moet dus nog beginnen met schuldafbouw. “Spaarders zullen deze repressie nog heel lang moeten verbijten. Het kan nog jaren duren voor het monetaire beleid weer normaal wordt”, zegt Etienne de Callataÿ. “Want wat kunnen politici anders doen om de overmatige schulden af te bouwen? De economische groei bevorderen is de beste oplossing, maar de vruchten van groeibevorderende en structurele maatregelen worden pas na tien jaar geplukt. De belastingen verhogen en de uitgaven beperken, is een andere uitweg, maar dat is politiek moeilijk en op korte termijn veroorzaakt saneren recessiegevaar. Ook andere alternatieven liggen moeilijk: een schuldherschikking is ondenkbaar op grote schaal, en devaluaties zijn uitgesloten in een monetaire unie. Een portie inflatie? Dat is op korte termijn moeilijk om te genereren, kijk naar Japan, en Duitsland zal dat in Europa nooit toestaan. Blijft dus over: financiële repressie.”

Ook Peter Vanden Houte, hoofdeconoom van ING België, ziet nog lang geen einde aan de lage rentevoeten: “De Fed heeft nu al gezegd dat ze nog zeker tot 2014 haar rente laag houdt en de ECB zal dat waarschijnlijk ook doen.” Luc Aben merkt op dat het ook belangrijk is om het tempo erin te houden. “Er ontstaat een perspectief op beterschap als je de nodige schwung in de hervormingen en de schuldafbouw kan houden. Dat zal ook de aanvaarding door de bevolking ondersteunen.”

De geschiedenis toont ook aan dat negatieve reële rentes jaren, zelfs decennia, kunnen overleven, zoals tijdens de jaren vijftig en zestig in de vorige eeuw (zie grafiek 2). Overheden kwamen met veel schulden uit de Tweede Wereldoorlog, en wisten hun bevolking via een strak regelgevend kader te ‘overtuigen’ om deze schulden goedkoop te herfinancieren. Tussen 1945 en 1980 was de reële rente de helft van de tijd negatief, en op die manier werd geruisloos 30 tot 40 procent van de overheidsschuld geliquideerd. Een droom voor politici.

Het wordt moeilijk om dat kunstje vandaag te herhalen, gegeven de grote verschillen met die naoorlogse periode. Toen was er een breed maatschappelijk draagvlak om de oorlogsschulden solidair af te betalen. Vandaag ligt dat even anders, nu de spaarders solidariteit moeten opbrengen met mensen, banken en landen die het te breed lieten hangen. Dan is er nog een groot verschil. De jaren vijftig en zestig genoten van een stevige economische groei, waardoor de schulden sneller afsmolten. Die groei was ook mogelijk omdat de balans van de bedrijven en gezinnen gezond was, wat hen toeliet om schulden te maken om te investeren. Dat hielp de economie vooruit. Maar nu kampt de private sector in heel wat landen met een overmatige schuldenlast, waardoor schuldafbouw prioriteit nummer één blijft. De economie dreigt in een gevaarlijke deflatoire spiraal gevangen te raken als iedereen schulden afbouwt. De overheid moet dan zelfs schulden maken om de economie drijvende te houden. Pas als de private sector opnieuw op eigen benen voort kan, mag de overheid het gaspedaal loslaten, en dan zal economische groei de overheidsschulden aflossen. Dat is toch de theorie, die de VS voorlopig met succes toepassen. De VS kunnen met dit ondersteunend budgettair beleid doorgaan zolang beleggers het vertrouwen in de solvabiliteit van de Amerikaanse overheid behouden.

Bij gebrek aan politieke unie kan Europa deze Amerikaanse strategie niet toepassen, omdat de schuldeisers een strikt besparingsprogramma hebben opgelegd aan de Europese verloren zonen. Europa bijt nu al door de zure recessieappel van hervormingen en besparingen, en dat is op lange termijn misschien de beste strategie. Op voorwaarde dat Europa de lange termijn haalt zonder al te grote kleerscheuren.

De laatste zeepbel

Nieuwe zeepbellen en een hogere inflatie, dat zijn de meest geciteerde risico’s van de financiële repressie en het expansieve beleid van de centrale banken. Peter Vanden Houte: “Zeepbellen ontstaan als beleggers op zoek gaan naar rendement omdat ze niet beseffen dat lage rentes normaal zijn in een periode van schuldafbouw en lage groei. De hele kredietcrisis van 2008-2009 was het gevolg van de zoektocht naar hoger renderende spaarproducten in een omgeving van ongewoon lage rente.”

Overheidsobligaties worden gezien als de laatste grote zeepbel die het westerse financieel systeem drijvende houdt, na de aandelenzeepbel in de jaren negentig en de vastgoedzeepbel in het voorbije decennium. Als een verdampend vertrouwen of een te hoge inflatie deze overheidsschuldzeepbel lek prikt, dan dreigt de moeder van alle financiële crisissen. De hoop is dat nieuwe economische groei de lucht zonder ongelukken uit de zeepbel laat, zoals in de jaren vijftig en zestig. Maar hier zit de tegenstrijdigheid in het beleid. De kunstmatig lage rentevoeten werken verdovend en zijn een uitnodiging om structurele maatregelen uit te stellen en de teugels te vieren.

Als de zondaars toch gered worden, en de marktdiscipline wordt uitgeschakeld als het pijn begint te doen, waarom dan zware opofferingen maken? Het redden van verloren zonen is het aanmoedigen van verspilgedrag, wat tot nog meer verloren zonen aanleiding geeft. Tot er geen kalveren meer overblijven om te slachten.

Daan Killemaes

Partner Content