Jan Nolf

De prijs van de populistische mallemolen van Malonne zal hoog zijn

Jan Nolf Erevrederechter en justitiewatcher

Ook een ‘monster’ kan je blijven diaboliseren. De prijs van het populistisch debat over Michelle Martin zal hoog zijn.

De inkt van het interview waarin de neef het verklapte was nauwelijks droog. In 2001 had hij een paar “spullen”, waaronder huishoudtoestellen van de overleden moeder van Michelle Martin gestald in het klooster van Malonne. Elf jaar later, na de eerste wit-zwarte marsen, de tags, het onaangekondigd bezoek van de ouders Marchal, en een vracht viscerale kritiek, krijgen de arme klaren de gerechtsdeurwaarder van Jean Lambrecks op bezoek voor een beslaglegging: “Niet voor de centen, maar voor het principe”.

Als die absurde mallemolen verder moet draaien, heb ik nog wel een recept. Want het wordt wel eens onderschat hoe je recht kan halen uit onrecht. Zo verbiedt art. 1408 van het Gerechtelijk Wetboek beslaglegging op bijvoorbeeld persoonlijke kledij, verwarmingstoestellen, een tafel en stoelen, een fornuis en wasmachine – wegens nodig voor een menswaardig bestaan. In het geval van Martin zal de zesde paragraaf (“een koe, twaalf schapen of geiten, een varken en 24 kippen”, dat alles met stro voor een maand) niet van toepassing zijn. De wasmachine wel.

Stel je nu voor dat die gerechtsdeurwaarder daar toch beslag op legt, dan kan Michelle Martin door de beslagrechter een schadevergoeding toegewezen krijgen “wegens tergend en roekeloos beslag”. En nu komt het: op die schadevergoeding die vader Lambreckts per hypothese aan Martin zou moeten betalen, kan hij … beslag leggen. Niet voor het principe, maar voor de echte centen, al volgen die centen dan uit zijn eigen veroordeling.

Hoe verschrikkelijk het leed van de slachtoffers ook is en blijft, het juridisch ‘stappenplan’ dat de strafuitvoeringsrechtbank van Bergen toestond, krijgt een tragisch trekje. Voor iedereen, want het besmet nu ook hen die het witte gelijk aan hun kant hadden.

In geen enkele wetswijziging in mensenheugenis wogen de slachtoffers zwaarder door op de hervorming, dan met de kersverse wet van 17 mei 2006 op de strafuitvoeringsrechtbank. Hun hoorrecht zou “positief zijn voor hun gemoedsrust en de acceptatie van de vervroegde vrijlating van de dader”, maar ook tegen het 1.000 km verre klooster van Besançon, waar Martin mogelijks zou verblijven, werd campagne gevoerd. Slachtoffers kregen garanties om met de veroordeelde niet geconfronteerd te worden, nu eisen ze de confrontatie. Hoger beroep werd overbodig geacht, kwestie van juridische veldslagen te vermijden, nu passen ze een eigen cassatieprocedure toe die niet eens bestaat (art. 96 van de wet). Zo raakt het natuurlijk nooit verwerkt.

Nu krijgen we de verontwaardiging dat tijdens de gevangenistijd niet noemenswaardig afbetaald wordt. Of dat een schuldenaar nog een tafel en een stoel overhoudt. Of dat een reclasseringsplan werk kan voorzien voor ‘kost en inwoon’: plots “woede om zwartwerk”. Straks ook om OCMW-bijstand: het “trek-uw-plan” discours à la Theodore Dalrymple.

Terwijl enkel werk buiten de gevangenis iets kan opbrengen. Terwijl Michelle Martin net zo slecht of goed beschermd wordt tegen drieste gerechtsdeurwaarders als vandaag de 321.514 Belgen met achterstallige bankschulden. Of de 97.733 met een collectieve schuldenregeling, wanneer de schuldenberg te hoog werd.

Niemand zal het graag horen, maar dezelfde wetten beschermen ons allemaal: tegen de doodstraf die afgeschaft werd, net als tegen de vogelvrijverklaring, de burgerlijke dood, de lijfsdwang, de wraak, het pek en de veren van onze eigen repressietijd.

Ook een “monster” kan je blijven diaboliseren. De prijs van het populistisch debat zal hoog zijn. Binnenkort nog enkel zwarte ballonnen. Tot de klok weer terugdraait.

De kritische bedenkingen van Jan Nolf over justitie vindt u op zijn Law Blog en op Twitter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content