De Coninck verwacht weinig rechtszaken na deadline eenheidsstatuut

© Belga

‘We zullen wel zien wat op ons afkomt van rechtszaken’, zegt minister van Werk Monica De Coninck (SP.A) over het gat tussen de deadline voor het eenheidsstatuut en de vermoedelijke inwerkingtreding op 1 januari 2014.

Federaal minister van Werk Monica De Coninck (SP.A) wacht voorlopig af in welke mate afgedankte werknemers hun ontslagregeling zullen aanvechten voor de rechtbank, nu de deadline voor het eenheidsstatuut verstreken is zonder dat er al een nieuwe wet voor in de plaats kwam.

“We zullen wel zien wat op ons afkomt en dan gepast reageren”, zei de minister van Werk in de Kamer. Heel wat Kamerleden vroegen Monica De Coninck in commissie naar het gat tussen de deadline op 8 juli en de vermoedelijke inwerkingtreding op 1 januari 2014.

“Want voorlopig is er helemaal nog geen eenheidsstatuut”, wierp Zuhal Demir (N-VA) de minister voor de voeten.

Ook rechtszaken tegen de overheid zijn dus niet uitgesloten. De Coninck zelf maakt zich voorlopig niet echt druk. “Ik kan mensen of organisaties die vinden dat ze een proces moeten opstarten niet tegenhouden en ik kan of wil ook niet in de plaats treden van rechters. Maar ik vermoed dat rechters soms kranten lezen en dus weten dat er een verandering op komst is”, merkte ze op.

Onduidelijkheid over prijskaartje

“En we zullen moeten zien wat we doen met eventuele uitspraken.” De minister heeft trouwens de handen nog meer dan vol. Zelfs met het compromis moeten nog heel wat zaken worden uitgeklaard met de sociale partners, bijvoorbeeld over de specifieke activiteiten – “geen hele sectoren” – waarvoor uitzonderingen zullen gelden of de compensaties voor de geschrapte carensdag.

“Tegen midden à eind augustus” wil De Coninck opnieuw aan tafel met de sociale partners om ook die knopen door te hakken.

Ook rond het prijskaartje hangt nog onduidelijkheid. Over de geschrapte carensdag kon de minister wel kwijt dat de 600 miljoen euro die de voorbije dagen opdook in de pers “schromelijk overschat” is.

Niettemin moest de socialiste toegeven dat ze niet precies weet wat de kostprijs zal zijn. “Al kan het ook een besparing betekenen in de medische sector, omdat misschien minder mensen misbruik zullen maken”, merkte ze wel op.

Ontslagvergoeding

Op de impact van de fiscale maatregelen om de situatie van werknemers uit erg nadelige systemen wat recht te trekken, had de minister al meer zicht. Zo schat ze dat daarvoor vijf jaar lang vijftig miljoen euro zal nodig zijn. “Maar je moet dat doen, anders krijg je discriminatie die nog dertig of veertig jaar kan voortduren”, aldus De Coninck.

Tot slot stond de socialiste nog kort stil bij wat ze zelf een gemiste kans zag in het compromis. Zo had ze graag ingebouwd dat ook werknemers die zelf ontslag nemen voortaan één maand ontslagvergoeding zouden krijgen, weliswaar afhankelijk van een minimum aantal jaren bij dezelfde werkgever.

“Ik denk dat een maand rust of bezinning tussen twee jobs geen overbodige luxe is”, argumenteerde ze. “Het zou ook in het voordeel van de werkgevers zijn, aangezien zo’n mensen de laatste weken toch niet meer gemotiveerd zijn of zelfs ongepast gedrag vertonen. Ik heb spijt dat ik dat niet heb binnengehaald, maar misschien wordt het onder een minister na mij ooit nog wel bespreekbaar”, besloot ze. (Belga/AVE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content