Tim und Struppi in Berlijn

In het Duits heten Hergés helden Kuifje en Bobby Tim und Struppi. De Berlijners zijn helemaal weg van Steven Spielbergs Kuifjesfilm.

De Berlijners gaan massaal kijken naar Steven Spielbergs en Peter Jacksons nieuwste 3D-film ‘The adventures of Tintin’. Wellicht ook omdat Berlijn geregeld opduikt in de strips van Hergé.

Voor het filmscript van ‘The adventures of Tintin’ hebben de makers onder meer gebruik gemaakt van ‘De schat van de Scharlaken Rackham’ uit 1942. Voor de antiekwinkel die erin voorkomt inspireerde Hergé zich op een foto uit de ‘Berliner Illustrierte Zeitung’ die in 1983 in de nalatenschap van Georges Remi werd aangetroffen.

In ‘De scepter van Ottokar’ schrikt Kuifje (of Tim) zich een ongeluk als Bobby (of Struppi) met een enorme kluif komt aangerend. Dat prehistorische diplodocus-bot stamt uit het Natuurkundemuseum in de Berlijnse Invalidenstrasse. Ook hier was een foto de inspiratiebron van Hergé. Het album, waarvan een eerste versie in 1939 verscheen, speelt zich weliswaar in Syldavië af, maar de sfeer is vaak Berlijns. Er wordt ook gealludeerd op een Anschluss van Syldavië bij Bordurië (Oostenrijk werd in 1938 door Hitler geannexeerd) en er komt een Müsstler in voor die een samentrekking van Mussolini en Hitler is.

In Hergés eerste album ‘Kuifje in het land van de Sovjets’ stranden Kuifje en Bobby eerst in het Berlijn van de late jaren twintig. Ze hebben er een reeks onprettige ervaringen en maken er kennis met heel barse politieagenten voor ze hun reis naar het oosten voortzetten.

De Duitse Kuifjes zijn ook vermaard wegens hun verzorgde tekstballons. Ook hier is er een -hedendaagse – Berlijnse connectie, want ze worden met de hand ingetekend door een grote bewonderaar van Hergé: de Berlijner Dirk Rehm, wiens Reprodukt Verlag in de Bülowstrasse een grote reputatie in Graphic Novels heeft.

Piet de Moor

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content