Guido Lauwaert

Hoe krijg je een vrouw in bed zonder een poëtische uitspraak?

Guido Lauwaert Opiniemaker

Poëzie is de zaadcel van alle kunstuitingen, schrijft Guido Lauwaert.

De dichter schrijft een gedicht…

Hij heeft er nog 24 in zijn voorhoofd.

De voorraad in zijn achterhoofd…

blijft ontelbaar.

Er zijn dichters en dichters. In alle bestaande maten en gewichten heb je dichters. Zowat 99% van de wereldbevolking schrijft weleens een gedicht. Is het niet na de eerste weken dat hij kan schrijven, is het in zijn puberteit, of bij een zoveelste verliefdheid, een mens die men wil bezitten bovenal. Zelfs al heeft men al twee dozijn mannen/vrouwen op de wachtlijst, naast hun vaste partner. Dan heb je nog de gedichten die geschreven worden uit ergernis. Een toestand waar de dichter geen vrede mee kan nemen. Ten slotte, ouder en wijzer of dommer geworden, bij grote vreugde of stil verdriet. Een vers van vier regels voor een rouwprentje of geboortekaartje, waarbij leentjebuur spelen eerder regel dan uitzondering is. Een paar woorden vervangen en hop, daar heb je weer een gedicht. Ook analfabeten schrijven een gedicht, in hun bewustzijn. De meeste vergeten ze. Bij een zeer klein aantal blijft het in hun hoofd plakken en vormt het de basis van hun gedrag, is het de ruggengraat van hun karakter.

Gedichten kondigen hun komst niet aan. Ze zijn er eerder dan je het weet, ziet, voelt, ruikt, smaakt. De meeste hebben ook geen enkele reden om te verschijnen. De redenen opgegeven in de hierboven staande alinea zijn de voor de hand liggende oorzaken. Een gedicht is een gevolg. Schrijft men het niet blijft men levenslang zitten met een verborgen schuldgevoel. Dat zich op de meest onverwachte momenten openbaart. Het levert een ziekte op aan hun meest kwestbaar geestelijk of lichamelijk deel, hun hart, lever, nieren, spieren, hersenbedrading, of een verslaving aan drank, tabak, speed, spoorwegtreinen, postzegels, kunstwerpen maken of verzamelen. Poëzie is de geheime basis van elk menselijk denken. De gist van de geest. De haat tegen kunst en het subsidiëren van dichtbundels en stichters is ingegeven door een frustratie. De onmacht het gedicht dat van het achterhoofd naar hun voorhoofd verhuisde op papier te zetten; uit te spreken, voor te dragen. Poëzie is de zaadcel van alle kunstuitingen.

De uitvinding van de gloeilamp, de musical, het fototoestel, de raket naar de maan, de soap, de vlucht van Lindbergh, de dans van Charley Chaplin in het restaurant in Modern Times, de krant, een weekblad – wetenschappelijk of roddelblad, de wens naar een huisdier, de bouw van de piramides, de Eifeltoren, de auto, de trein, de afdaling in de diepste diepten van de zeeën, de beklimming van de Mount Everest, de Mont Blanc langs de moeilijkste zijde, de wil van een zonnekuur op een strand, een bergwandeling, een licht gekookt ei op zondagmorgen, de gevoelens voor de aanblik van een slapend kind kent zijn driften door de architectuur van de poëzie die in elk schepsel schuilt. Wat is het avontuur van de Titanic, het idee, het realiseren, de oversteek, de aanvaring, de ondergang en al wat er op volgt anders dan een variante van de vlucht van Deadalus en Icarus? Ook al ontstaan uit het poëtisch verlangen naar vrijheid, de drang de natuur te overtreffen. Wie dat ontkent verraadt zichzelf. Ze liggen in de knoop met hun geweten. Wie kritiek heeft op de poëzie en zijn gevolgen, de kunsten van kitsch tot masterpiece is het niet eens waard met een stootkaar te rijden. Hun denken is vergelijkbaar met een uitgerekte elastiek. Poëzie, kunst, cultuurmanifestaties nutteloos, het subsidiëren niet waard? Mijn zolen!

Zoals water en brood het basisvoedsel vormt van het lichaam is poëzie dat voor de geest. Zonder poëzie geen denkvermogen. Het geldt voor de slimmen zowel als voor de dommen. Hoe krijg je een vrouw/man in bed zonder een poëtische uitspraak? Geen kind wordt geboren zonder de oerknal van de poëzie. Dat geldt niet alleen voor de mens maar voor elk levend wezen. Een kat doet voor geen ander wat, en toch, op zijn eigenste koppige manier toont het zijn liefde. Maar ook zijn haat is poëzie. In de jeugdroman van Emile Zola, Thérèse Raquin, is niet de moord op de echtgenoot door zijn vrouw en haar minnaar de oorzaak van hun ondergang. Hij kan niet spreken maar de blik van de kat, onbeschrijfbaar, is de oorzaak van hun ondergang. Poëzie is het heelal.

Mijn vrouw schrijft geen gedichten maar zij maakt er. Zij heeft onze poes gefotografeerd op de dakrand van een belendend huis, met als onderschrift: De avonturen van Louis in Egypte. Is dat niet poëzie van wereldniveau? Wie de poëzie niet bemint, vernedert, afdoet als waardeloos ziet groen. En dan bedoel ik groen, de kleur van een vis die te lang op het droge heeft gelegen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content