Erik Lindner – Terrein

Sommige poëzie schudt je lijf en leden door elkaar. Andere doet geen beroep op je emoties, maar zet je hersenen aan het werk. Zulke verzen vind je in Terrein, de vierde bundel van de Nederlandse dichter en criticus Erik Lindner.

Erik Lindner – Terrein

Uitgeverij: De Bezige Bij

Aantal pagina’s: 56

Prijs: 15 euro

ISBN: 978-90-234-5454-0

Net als zijn vroegere werk bevat deze bundel geen grote woorden maar kale, van alle smuk ontdane observaties. De spreker is een waarnemer die noteert wat hij rondom zich ziet. Hij beweegt zich doorgaans in havens, op braakliggende gronden, op terrains vagues waar ruimte is voor activiteiten die niet opgelegd zijn door de dagelijkse ratrace.

Voor verstrooidheid en rondlummelen dus, voor de passiviteit die nodig is om waar te nemen hoeveel ongewoons er zich in de werkelijkheid afspeelt: ‘Met zijn hand houdt hij de lift open / op straat raapt hij een envelop op / en steekt die in zijn jas // hij kijkt over de kraam naar haar raam // ze verplaatst de liniaal op tafel / en trekt een lijn // twee bowlingbanen, zwembanen afgezet / met touw en kurken schijven’.

Opvallend is hoeveel aandacht de spreker besteedt aan horizontale en verticale lijnen (het liniaal, de zwembanen). Als de tekenaar die in een van de gedichten opduikt, lijkt de verteller zijn waarnemingen te structureren aan de hand van deze geometrie.

Lindner stelt scherp op de abstractie die onderliggend is aan de figuratieve werkelijkheid. In de terugkeer van de geometrie, suggereert de dichter, schuilt betekenis. Wat die betekenis dan precies is, is moeilijker vast te leggen.

De poëzie van Lindner laat de lezer met een enigszins leeg gevoel achter: schuilt er eigenlijk wel iets achter Lindners vrij ‘eenvoudig’ klinkende observaties? Enkele motieven keren op verschillende plaatsen terug (paarden, zemen, bewegingslijnen), maar vormen geen samenhangend geheel.

Terrein mist de noodzakelijkheid en coherentie die nodig zijn voor een eenduidige interpretatie. De bundel moet het hebben van losse verzen en een vage dubbelzinnigheid die spanning oproept: ‘een meisje vraagt je de weg / vertel je die dan raak je haar kwijt’.

Bart Van der Straeten

Partner Content