Debutante Téa Obreht wint Orange Prize
De schrijfster van het hoogaangeschreven ‘The Tiger’s Wife’ is daarmee meteen ook de jongste winnaar van deze literatuurprijs voor vrouwen.
Volgens juryvoorzitster Bettany Hughes voldoet het debuut van Obreht aan de belangrijkste criteria van de Orange Prize. Het is origineel, toegankelijk en uitmuntend. “Het is een moedig boek. We zochten naar een roman die onze kijk op de wereld verandert en dat doet ‘The Tiger’s Wife’ zeker”, aldus Hughes in de Guardian. Daar voegde ze nog aan toe dat deze roman het bewijs is van “een opwindend schrijftalent”.
De 25-jarige Servisch-Amerikaanse Obreht begon aan ‘The Tiger’s Wife’ toen ze pas 22 was, en keert erin terug naar de wereld van haar kinderjaren. In een Balkanland dat niet bij naam wordt genoemd, tijdens de naweeën van een verscheurende oorlog, probeert haar verteller Natalia te ontdekken waarom en in welke omstandigheden haar grootvader is overleden. Dat brengt haar op een labyrintische tocht, via de kleurrijkste personages uit de oude en rijke verhalencultuur van de Balkan, doorheen de complexe, misschien zelfs absurde geschiedenis van ex-Joegoslavië.
Obreht wordt vooral geprezen omdat ze die zware, en sinds de arrestatie van de Bosnische Serviër Ratko Mladic weer heel actuele trauma’s uit de Balkan toch met gevoel voor humor aanpakt. Over the top, in een stijl die soms doet denken aan de films van Emir Kusturica en op een manier die volgens de Orange Prize-jury “de tragedie van het chronische conflict in de Balkan op een buitengewone manier en met een bitterzoete levendigheid tot in onze woonkamers weet te brengen.”
In ‘The Tiger’s Wife’ is tussen de regels ook iets van het levensverhaal van Obreht zelf te ontwaren. Tot haar zevende woonde ze in Belgrado en vlak voor het uitbreken van de burgeroorlog verhuisde ze naar achtereenvolgens Cyprus, Egypte en de VS. Ze geeft erin indirect een plaats aan haar ambigue relatie met haar soms verhitte geboortestad. Het boek was naar eigen zeggen ook een onbewuste poging om zich met de dood van haar eigen grootvader te verzoenen. De man overleed immers vlak voor ze aan ‘The Tiger’s Wife’ begon te schrijven.
Dat Obreht de Orange Prize wint, is een verrassing. Ze was immers in indrukwekkend gezelschap, met naast zich onder anderen Nicole Krauss en Booker Prize-finaliste Emma Donoghue. Helemaal vanuit het niets komt haar succes echter niet. Eind 2010 werd ze door The New Yorker al genoemd als een van de twintig meest beloftevolle Amerikaanse auteurs onder 40 jaar. Sindsdien werd haar eersteling ook unaniem geroemd door de Amerikaanse en Britse pers.
Jeroen Bert
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier