Verbrande Vlaamse schrijvers

Het laatste woord over de Vlaamse literair-culturele collaboratie tijdens WO II is zeker nog niet gezegd. ‘Verbrande schrijvers’ focust op de kleinere garnalen.

Lukas de Vos, Yves T’Sjoen, Ludo Stynen (red.), Verbrande schrijvers. ‘Culturele’ collaboratie in Vlaanderen 1933-1953, Gent, Academia Press, 2009, 207 p., 22 €.
ISBN 9789038215099

Het laatste woord over de Vlaamse literair-culturele collaboratie tijdens WO II is zeker nog niet gezegd. ‘Verbrande schrijvers’ focust op de kleinere garnalen.

De houding van Vlaamse schrijvers tegenover de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog is de laatste jaren opnieuw onderwerp van academisch onderzoek. Aan de Leuvense universiteit ging een team rond Dirk de Geest na hoe ‘besmet’ het discours van sommige Vlaamse schrijvers in literaire tijdschriften tijdens de oorlog wel klonk. In ‘Verbrande schrijvers’ wordt vooral vanuit Gentse universitaire hoek gefocust op de ‘culturele’ collaboratie in Vlaanderen tussen 1933 en 1953, zoals de ondertitel van het boek heet.

In de inleiding schetsen Lukas de Vos en Yves T’Sjoen het algemene kader van hun kijk op de Vlaamse verbrande schrijver tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoe is het zover kunnen komen? Angèle Manteau wordt met instemming geciteerd waar die zei dat de katholieke ‘Boekengids’ van Joris Baers meer kwaad heeft berokkend aan de Vlaamse literatuur dan de Duitse bezetting zelf. Een auteur als Louis Paul Boon is door dit machtige katholieke literatuurblad, net als Gerard Walschap, verketterd geweest en bleken daarom haast onverkoopbaar.

De redacteurs benadrukken dat ze met hun boek nu eens niet de bekende Vlaamse kanonnen, die tijdens de oorlog boter op hun hoofd zouden hebben gehad, in beeld willen brengen. In dit boek dus geen onderzoek naar mogelijk cultureel collabogedrag van Stijn Streuvels en Felix Timmermans. Maar Ernest Claes – toch ook geen kleine jongen – komt wel uitgebreid aan bod en eveneens Filip de Pillecyn.

Voor de rest dus veel aandacht voor mindere goden, zoals Wies Moens, Ferdinand Vercnocke, André Demedts, Ward Hermans, Blanka Gyselen en Pol le Roy. De inleiders onderstrepen dat er heel wat braak terrein is bij de bestudering van het rechtse gedachtegoed dat mee aan de basis lag van het succes van het fascisme. Allicht hopen ze met dit boek deze lacune enigszins op te vullen. Op een echt overzichtswerk van de literair-culturele collaboratie van de Vlaamse auteur tijdens WO II blijft het voorlopig echter nog wachten.

Frank Hellemans

Partner Content