Scott Turow versus John Grisham

Wie van beiden schreef de beste rechtbankthriller?

Allebei zijn ze juristen, allebei auteurs van populaire rechtbankthrillers. Zowel Scott Turow als John Grisham hebben hun fans. Als je de verkoopscijfers mag geloven heeft Grisham er veel meer dan Turow. Allebei hebben ze een nieuwe rechtbankthriller uit. Welke gaan we lezen?

Echt rivalen zijn Grisham en Turow niet meteen. Beiden hebben de juridische thriller een nieuw elan gegeven. Rond dezelfde periode. Grisham debuteerde in 1989 met ‘De jury’ en werd een jaar later beroemd met zijn tweede legal thriller, ‘Advocaat van de duivel’. Turow was hem net even voor met ‘De aanklager’ (1987) dat meteen een hit werd, ook al door de meesterlijke verfilming met Harrison Ford. Grisham heeft een vijfentwintig titels op zijn naam, Turow niet meer dan een derde van dat getal. Geen van beiden heeft de rechtbankthriller uitgevonden: Charles Dickens deed het hen anderhalve eeuw geleden voor. En tientallen anderen: Erle Stanley Gardner, Christie, Scottoline… volgden. Wat Turow en Grisham wel deden was het genre geloofwaardigheid geven door het verhaal aan te passen aan de wet. En niet andersom. De meeste lof van recensenten kreeg Turow. Wat hem ooit de ironische opmerking ontlokte dat hij die lof gerust wou ruilen voor Grishams reusachtige verkoop.

Met ‘Onschuldig’ gaat Turow terug naar zijn debuut. Rusty Sabich, die er meer dan twintig jaar geleden van verdacht werd zijn minnares te hebben vermoord, heeft het van aanklager tot hoogste rechter bij het hof van beroep gebracht. Hij wordt er nu van verdacht zijn vrouw Barbara te hebben vermoord. De feiten zijn tegen hem. Hij heeft een etmaal gewacht voor hij de politie van haar dood op de hoogte bracht. Rusty had ook een minnares, weliswaar brak hij met haar een tijdje vóór Barbara overleed, maar toch… Bovendien was het leven met de lastige, bipolaire Barbara niet makkelijk. Maar zijn dat redenen om haar te vermoorden? Is aanklager Molto wel helemaal onbevooroordeeld? Is hij niet jaloers op de ultieme bevordering die Rusty misschien wacht? Zint hij niet op wraak omdat hij Rusty twintig jaar geleden niet kon laten veroordelen?

John Grishams ‘De bekentenis’ gaat over de doodstraf, een thema dat hij eerder al behandelde in ‘Het vonnis’ en ‘De gevangene’. Grisham is tegen de doodstraf en verklaarde zijn standpunt ook in diverse bijdragen voor kranten en tijdschriften. ‘De bekentenis’ construeerde hij als een race tegen de tijd. De zwarte Donté Drumm wachten nog vier dagen voor hij zal worden geëxecuteerd. Hoewel hij altijd heeft ontkend en het lijk nooit is gevonden, werd hij veroordeeld voor verkrachting en moord op zijn blanke medestudente Nicole. Negen jaar heeft hij in de dodencel gezeten. Nu blijkt zo goed als zeker dat de middelen van zijn bezeten advocaat om hem alsnog vrij te krijgen uitgeput zijn. Tot een dominee het bezoek krijgt van Travis, een man die pas werd vrijgelaten na een celstraf; ook wegens verkrachting. Travis weet dat hij een terminale tumor heeft en bekent de moord op Nicole. Maar wie zal zijn ultieme bekentenis geloven?

Zowel ‘De bekentenis’ als ‘Onschuldig’ zijn spannende rechtbankthrillers. De tweede wat meer literair en subtieler geconstrueerd dan de eerste en bovendien uit verschillende invalshoeken geschreven. Grisham is meer pamfletachtig. Hij gebruikt het verhaal en de personages om zijn humanistisch standpunt tegen de doodstraf te verduidelijken en te verantwoorden. Turow steekt meer energie in de personages die zelf het verhaal maken, ook al is zijn boodschap minder concreet. Wat beide romans gemeen hebben is een schreeuw om rechtvaardigheid.

Een keuze maken is niet zo moeilijk: lees de eerste zinnen van de twee thrillers en kies zelf. Raad meteen wie wat heeft geschreven:

“Een man zit op een bed. Hij is mijn vader. Onder het dek ligt het lijk van een vrouw. Zij was mijn moeder.”

En:

“De koster van de St. Mark had net tien centimeter sneeuw van het trottoir geschraapt toen de man met de stok kwam aanlopen.”

Fred Braeckman

Scott Turow, Onschuldig, Luitingh, 434p., 19,95 euro, ISBN 978-90-245-3246-9

John Grisham, De bekentenis, Bruna, 416p., 19,95 euro, ISBN 978-90-229-9859-3

Partner Content