Nieuwe Nicci French weinig geloofwaardig

Hoe vernieuwend is de nieuwe Nicci French? Waarom denkt Luis Fernando Verissimo dat misdaadromans doodsaai zijn? En schrijft Olen Steinhauer de beste spionageromans na 9/11? Spannende boeken voor de maand juni.

Voor de vele liefhebbers van Nicci French is het een feestmaand. Het Britse duo heeft een al geruime tijd aangekondigde nieuwe thriller uit. Niet ongewoon. Wel ongewoon is dat ‘Blauwe maandag’ het begin is van een achtdelige reeks rond een nieuwe figuur, het debuut van psychoanalytica Frieda Klein. Een reeks in de derde persoon, en dat na twaalf immens populaire misdaadromans in de ik-vorm. Ambitieus is het plan zeker: Nicci Gerard en Sean French die samen schrijven onder het inmiddels welbekende pseudoniem, willen in tien jaar tijd het leven van Frieda Klein vertellen. De plot draait rond de verdwijning – met twintig jaar tussenpauze – van twee kinderen. Een van de patiënten van Frieda heeft dromen die een akelig verband lijken te hebben met een van de ontvoeringen. Zeker in het begin werkt Frieda nogal weerbarstig mee met de politie om mogelijke ontvoerders op te sporen. French begeleidt ons op Frieda’s nachtelijke tochten door Londen en houdt er driekwart van de thriller mooi de spanning in. Of ‘Blauwe maandag’ anders is dan de andere French-krimi’s? De herkenning is in elk geval groot. De soms bijzonder complexe plot verhoogt de geloofwaardigheid zeker niet. Wat niet belet dat ‘Blauwe maandag’ een paar dagen na publicatie al de top tien haalde.

Een briljant spel met het genre, maar ook een fascinerend verhaal over de dood van een clubje gourmands. En meteen een rustige, filosofische beschouwing over de dood, verpakt in een korte roman van net iets meer dan honderd bladzijden. Vanaf het begin speel je mee in ‘De engelenclub’ van de Braziliaan Luis Fernando Verissimo: ‘Misdaadverhalen zijn altijd doodsaaie speurtochten naar wie het gedaan heeft, terwijl dat toch altijd dezelfde is. U hoeft niet eens op de laatste bladzijde te kijken, beste lezer, de naam staat op het omslag: het is de auteur.’ Al meer dan twintig jaar komt een groepje vrienden elke maand samen om rijkelijk te dineren. Tot hun voorzitter aan aids sterft en ze een nieuwe kok krijgen, Lucídio. Na elk diner sterft een van de tien leden. Het blijkt diegene te zijn die een extra portie vraagt. De lekkerbekken beseffen dat stilaan, toch gaan ze door. Verhoogt de wetenschap dat ze na het diner zullen sterven het genot? Uiteindelijk overleven alleen Lucídio en de verteller. Het leven als barmhartige executie? En zou weten hoe en wanneer er een einde aan komt het ultieme privilege zijn?

Olen Steinhauer, een Amerikaan die lang in Hongarije verbleef en nu in Berlijn woont, kreeg bekendheid met zijn vorig jaar verschenen ‘De toerist’. Een spionageroman ‘post 9/11’ die wel wat gelijkenis vertoont met werk van John le Carré. Er is sprake van een verfilming met George Clooney. In ‘Nooduitgang’ ontmoeten we Milo Weaver weer, een spion van een geheime afdeling van de CIA die alleen maar moet uitvoeren wat hem opgedragen wordt en nooit het hele plaatje kent. Eigenlijk is hij te veel familieman om een perfecte spion te zijn. Die dubbelzinnigheid laat Steinhauer ruimte om een overtuigend personage te tekenen. Weaver krijgt de opdracht binnen de CIA een mol op te sporen, maar eerst moet zijn loyauteit getest worden. Zijn chefs vragen hem in Berlijn een tiener te doden. Zo verteld klinkt de plot als een cliché, maar Steinhauer heeft genoeg aandacht voor zijn personages en hun morele ambiguïteit om van ‘Nooduitgang’ een overtuigende spionageroman te maken.

Fred Braeckman

Nicci French, Blauwe maandag, Anthos, 371p., 19,95 euro, ISBN 978 90 414 1464 9

Luis Fernando Verissimo, De engelenclub, Atheneum, 112p., 16,95 euro, ISBN 978 90 253 6879 1

Olen Steinhauer, Nooduitgang, Luitingh, 384p., 19,95 euro, ISBN 978 90 245 3844 7

Partner Content