Keizer Hadrianus minder humanistisch dan gedacht

De biografie van de Romeinse keizer Hadrianus door Anthony Everitt schetst een heel ander en vooral wreder beeld dan Marguerite Yourcenar destijds deed.

‘De herinneringen van Hadrianus’ van Marguerite Yourcenar is een meesterlijke roman. Maar wie nu de historische feiten over deze – volgens Yourcenar – humanist avant la lettre erop naleest in ‘Hadrianus’ van Anthony Everitt wordt ruw wakker geschud. Ja, Hadrianus (76-138) was een rusteloze ziel die nooit thuis was en overal zijn (architecturale) sporen naliet maar nee, een humanist was hij zeker niet want voor het menselijke leven toonde hij weinig respect. Kortom, de lesbische Yourcenar idealiseerde in haar gefingeerde Hadrianus-memoires deze homo-keizer buiten proportie. Wat natuurlijk haar goed recht is, maar wie echt wil weten wat voor iemand Hadrianus was, die kan dan toch maar beter eens Everitt erop nalezen. En daarna eventueel ‘Psyche’ van Paul Claes ter hand nemen, een historische roman die vooral inzoomt op de irrationele, bijgelovige en Egyptische Hadrianus zoals die trouwens ook bij Everitt te voorschijn komt.

Hadrianus kwam uit hetzelfde Andalusische stadje als zijn voorganger Trajanus. Toen zijn vader stierf, werd Trajanus zijn voogd en later zou Trajanus hem als zijn opvolger adopteren. Everitt haalt breed uit als hij de imperiale voorgeschiedenis van Hadrianus beschrijft. Zo wist Hadrianus in het gevlei te komen bij Trajanus door steeds voluit mee te drinken en te schransen tijdens Trajanus’ uitzinnige partijtjes. Dat Trajanus zo meedogenloos de Daciërs bestreed (de huidige Roemenen) had een goede reden: 225.000 kilogram goud en zilver namelijk die toen (minstens) werden buit gemaakt.

Everitt staat uitgebreid stil bij de manier waarop de Romeinen – en Hadrianus in extreme mate – belang hechten aan allerlei vormen van bijgeloof. Zo hadden ze de steevaste overtuiging dat elk zevende jaar – het zogenaamde climacter – een cruciaal jaar was. Everitt vertelt terloops dat deze Romeinse superstitie in het getal 7 allicht verband houdt met onze manier om op 21 de volwassenwording te markeren.

Everitt diept tal van interessante weetjes op die soms slechts zijdelings met zijn onderwerp te maken hebben, maar die cultuurhistorisch toch zeer de moeite waard zijn. Hij vertelt onder andere over de Romeinse perceptie van de Batavieren, voorlopers van de huidige Nederlanders, die in Rome vanaf Trajanus werden ingezet als speciale lijfwacht van de keizer. Hij citeert daarbij Tacitus over de Batavieren: ‘Ze zijn alleen voor de oorlog bestemd, zoals handwapens en werptuigen.’ En hij voegt eraan toe dat de naam Bataven of Batavieren door de Romeinen etymologisch werd afgeleid van het West-Germaanse ‘beter’. Hun naam verwees dus naar ‘betere of superieure mensen’. Altijd al gedacht dat onze noorderburen iets bijzonders hadden.

Hadrianus is niet alleen bekend voor de naar hem zo genoemde muur in Engeland, het Pantheon in Rome of zijn somptueuze villa maar ook voor zijn spraakmakende homoseksuele relatie met Antinoüs. Hier suggereert Everitt zonder zich helemaal uit te spreken – want de bronnen zijn niet eenduidig – dat de plotse verdrinkingsdood van zijn geliefde Antinoüs in de Nijl wel eens een geplande offerande van Hadrianus aan de goden zou kunnen zijn geweest. De keizer – in de ban van bijgeloof en allerlei exotische rites – zou toen hij ziek werd, zich hebben laten overhalen om door de offergave van wie hem het meest dierbaar was opnieuw gezond te worden. Toen dit offer achteraf geen effect sorteerde, en Hadrianus zieker werd en uiteindelijk stierf, zag hij overal complotten en joeg hij familieleden de dood in.

Zo eindigde zijn leven als keizer met moord- en doodslag maar als 41-jarige ontving hij ook het purper om al onmiddellijk vier consuls te liquideren. Everitt besteedt eveneens veel aandacht aan de manier waarop Hadrianus in 135 afrekende met het Joodse vraagstuk. Hij citeert Dio Cassius waar die het heeft over een regelrechte genocide: 580.000 Joden werden omgebracht en 985 dorpen met de grond gelijkgemaakt.

Everitt, die al met zijn biografieën over ‘Cicero’ en ‘Augustus’ scoorde, maakte ook met deze ‘Hadrianus’ een opmerkelijke synthese van de manier waarop de Romeinse macht werd uitgeoefend. Voor wie er nog moest aan twijfelen: in alle drie de gevallen ging die weg over lijken. Hadrianus vormde daarop geen uitzondering.

Frank Hellemans

Anthony Everitt, Hadrianus. De rusteloze keizer, Ambo, 398 blz., Corrie van den Berg en Carola Kloos (vertaling)

ISBN 978-90-263-2276-1

€29,95

Partner Content