‘Ik wilde een ánder Amerika-boek schrijven’ (Jo Detavernier)

Een positief boek schrijven over de VS. Met dat opzet bundelde Jo Detavernier een 20-tal bijdragen van Vlaamse en Nederlandse auteurs in ‘Mijn Amerika’.

Geen evidentie, weet de Brugse communicatieconsulent en essayist De Tavernier. “Door te zeggen dat je de VS een warm hart toedraagt, oogst je hoegenaamd geen applaus op alle banken.”

De Verenigde Staten blijven de lezer op het Oude Continent fascineren. Dat mocht het afgelopen jaar onder andere blijken uit het succes van Geert Maks melancholische ‘Reizen zonder John’ en het vaak harde reportageboek ‘Amerika’s destructieve droom’ van De Standaard- journaliste Evita Neefs. Wat wil Detavernier met nog een Amerikaboek dan bijdragen aan de discussie?

“Een ánder Amerikaboek schrijven,” klinkt het. Detavernier is immers niet erg opgezet met de vaak pessimistische teneur van bijvoorbeeld Geert Maks ‘Reizen zonder John’ of Evita Neefs’ ‘Amerika’s destructieve droom’ . “Ik wilde een Amerikaboek schrijven met een positieve teneur. Dat is niet hetzelfde als een kritiekloze eulogie. In verschillende bijdragen klinkt heus wel wat kritiek op de US door. Maar het uitgangspunt was een positieve benadering.”

Volgens Detavernier is het dezer dagen echter allesbehalve evident om nog positief te schrijven over de USA. “Het idee van een uitgesproken positief boek over de VS oogstte heus geen applaus op alle banken,” klinkt het diplomatisch. “Bovendien is de berichtgeving over de Verenigde Staten de laatste decennia nogal scheefgetrokken. De VS komen uit veel reportages naar voren als een soort freakshow, zoals destijds de ‘Weird weekends’ van Louis Theroux. Toegegeven, vaak leveren de deelnemers aan dergelijke programma’s de munitie zelf aan. Aan dat al te wijd verspreide karikaturale beeld wilde ik met mijn boek een tegengewicht bieden.”

Land voor iedereen
Detavernier, die zelf enkele jaren in de VS werkzaam was, ging op zoek naar auteurs die hun waardering voor de VS in een essay wilden gieten. Zo kon hij Mark Eyskens strikken voor een beschouwing over zijn jaren als beursstudent in New York. Trends- hoofdredacteur Johan Van Overtveldt toont in zijn essay “Biefstukken zo groot als halve koeien” dan weer aan welk nieuwerwets Utopia de VS waren in de ogen van zijn generatiegenoten. Filosoof Ludo Abicht peilt in welke mate Amerika “een land voor iedereen” kan zijn. Schrijver Christophe Vekeman probeert de lezer dan weer te bekeren tot de Country & Westernmuziek.

Zelf komt Detavernier met een bijdrage met een sterk filosofische inslag. Als initiatiefnemer maakt hij een opvallende keuze voor een uitgebreid essay aan de revolutionaire onafhankelijkheidsverklaring uit 1776. “Ik heb mezelf die filosofische zijsprong gegund, ook al omdat de andere auteurs vaak erg concrete, tastbare onderwerpen kiezen. Ik opteerde ervoor om de declaration of independence voor het voetlicht te brengen, omdat ik verliefd ben op die tekst.”

Detavernier hoopt alleszins dat zijn boek een plaats krijgt in het debat tussen pro – en contrastemmen. “Er is tenslotte iets raars aan de hand met de manier waarop er bij ons over de VS gedacht en gedebatteerd wordt. Enerzijds is er vaak afwijzing te horen, maar anderzijds blijft de fascinatie voor het continent intact. En dat geldt zeker nog meer voor de culturele invloeden.”

Veerkracht
Hoe schat Detavernier de toekomst van the land of the free in? “Ik deel tot op zekere hoogte de bekommernis die andere auteurs ook aan de dag leggen,” klinkt het. “De VS zijn op een punt aangekomen waar ze hun rol in de wereld moeten herzien, hun militaire ambities misschien wat terugschroeven. Ook op economisch vlak moet de tering naar de nering worden gezet; niemand zal ontkennen dat de crisis er zwaar heeft huisgehouden. Maar anderzijds is er ook ruimte voor optimisme. Dit is een land met een ongekende veerkracht. Ik ben er zeker van dat we die in de komende jaren ook zullen zien.”

Michiel Leen

Jo Detavernier, ‘Mijn Amerika’, Pelckmans, 208 blz

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content