‘Iedere schrijver zou verplicht Simenon moeten lezen’ (Gabriel Garcia Marquez)

© Belga

Vanaf september, 25 jaar na zijn dood, brengt De Bezige Bij een aantal boeken van Georges Simenon opnieuw uit. De eerste vier lijken alvast een goede keuze.

Zowel Maigrets als psychologische romans, ‘romans durs’ heten ze in Frankrijk, komen weer in het Nederlands uit. In een hedendaags jasje, zo meldt de uitgever. De twee Maigrets dateren uit 1931, het jaar dat onder zijn eigen naam tien titels met de beroemde commissaris als centrale figuur verschenen. ‘Een misdaad in Holland’ is een van de weinige Maigrets die geheel of gedeeltelijk in Nederland spelen. Maigret belandt in het Friese stadje Delfzijl (waar Simenon de speurder overigens zou hebben bedacht) op vraag van de Franse professor Duclos. De man wordt verdacht van moord, hij ontkent elke schuld en Maigret doet een officieus onderzoek. Wat volgt is een mooi detectiveverhaal met veel elementen uit de ‘Golden Age’. Dus een beperkte lijst van verdachten, een speurtocht naar motieven, een reconstructie waarbij alle verdachten present zijn. Maar ook heel wat elementen die later typisch Simenon zullen worden: in de eerste plaats een menselijke aanpak, heel wat empathie, meer intuïtie dan redenering, zeer toegankelijk.

Luikse niertjes

Als tweede Maigret brengt De Bezige Bij ‘De danseres van de Gai-Moulin’. Naar verluidt zou de detective in 25 uur geschreven zijn. Dit keer is Simenons geboortestad Luik het decor. Twee jongens, Delfosse en Chabot, bezoeken de nachtclub Gai-Moulin en flirten met het animeermeisje Adèle. Hun bedoeling: zich te laten opsluiten in de kelder van de bar en met de kassa aan de haal te gaan. Maar in de kelder vinden ze het lijk van de Griek Ephraïm Graphopoulos en ze worden meteen verdacht van moord. De Belgische politie staat voor een raadsel, Maigret biedt hulp. Hij volgde de Griek al vanuit Parijs. Meer als een soort privédetective dan als een echt politieman. Het verschil tussen rijk en arm, ook een thema bij Simenon, komt dit keer aan bod. En ook wat humor, bijvoorbeeld over het kopen van goedkope pijpen. En de niertjes van Luik. Nergens had hij ze beter gegeten, vond Maigret.

Romans durs

Van meer dan twintig jaar later dateren de psychologische romans die weer in het Nederlands verschijnen. ‘De premier’ (eerder vertaald als ‘De president’) wordt als een van zijn beste romans beschouwd. Het verscheen in 1957 toen Simenon in het kasteel van Échandens in Zwitserland verbleef. Wellicht om fiscale redenen. Overigens ook daarom vermeldde hij op het einde van zijn boeken niet langer de plaats waar hij ze geschreven had. Hij schreef gewoon ‘Noland’. In ‘De premier’ tracht een gewezen Franse president zich te verzoenen met de dood. Hij leeft teruggetrokken en comfortabel, maar mist de macht. Augustin, we kennen alleen de voornaam van de man, schrijft zijn memoires. Hij ziet hoe het land in crisis is en hoe Chalamont, zijn gewezen kabinetschef, veel kans heeft om president te worden. Maar Augustin kan Chalamonts carrière breken met wat hij over hem weet. Hij heeft documenten bewaard waaruit duidelijk blijkt dat Chalamont van een vorige crisis gebruik heeft gemaakt om zijn schoonvader, een rijke bankier, te bevoordelen. De mijmerende Augustin aarzelt en tracht ook met zichzelf in het reine te komen.

Strychnine

Passie en wraak zijn de achtergrond van ‘De blauwe kamer’ (1964) die net verfilmd is door acteur en regisseur Mathieu Amalric. De plot van de roman doet wat denken aan de thrillers van Patricia Highsmith. Tony Falcone, van Italiaanse origine, is getrouwd met Gisèle en heeft een dochtertje van zes. De knappe man schuwt geen avontuurtje en heeft een verhouding met Andrée. Acht keer beminnen ze elkaar in de blauwe kamer van een hotel. Wat hij als een avontuurtje beschouwt, neemt Andrée heel ernstig. En als de verhouding dreigt uit te komen, tracht Tony er een einde aan te maken. Intussen sterft Nicolas, Andrées man – na een aanval van epilepsie. Ook Gisèle overlijdt, ze is vergiftigd met strychnine. Tony is de eerste verdachte, hij belandt in de gevangenis en ook de dood van Nicolas wordt nu grondig onderzocht. Simenon switcht van de koele verhoorkamer naar het blauwe liefdesnest en toont meesterlijk en vol mededogen hoe moeilijk het is voor een verdachte om zijn onschuld te bewijzen.

Simenon, velen vonden hem een Nobelprijs waard, schreef onder eigen naam en zestien pseudoniemen in totaal zo’n 425 boeken die vertaald werden in 50 talen. Hij schreef heel snel, wel tachtig bladzijden per dag. Dat moest wel, want in een gesprek met Fellini zei hij tienduizend vrouwen te hebben gehad. De kwaliteit van zijn oeuvre is ongelijk. Met zijn kwantiteit en zijn ritme ligt dat voor de hand. Het is dan ook een goed idee van De Bezige Bij in het Nederlands een kwalitatieve selectie te brengen. Een comeback van Simenon is het niet. Want Simenon is nooit weggeweest. Bij de lezer niet, bij de cineasten niet en zeker niet bij collega-schrijvers. Van Gabriel García Marquez (‘Iedere aankomende schrijver zou verplicht Simenon en Hemingway moeten lezen. Zij waren de grote vaklieden. Ik heb oneindig veel van hen opgestoken’) tot Pieter Aspe niet (‘Echte monumenten blijven gelukkig bestaan’).

Fred Braeckman

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content