Hugo Claus en Pjeroo Roobjee over schilder Camille D’Havé

Schilder Camille D'Havé © GF
Guido Lauwaert
Guido Lauwaert Opiniemaker

Weelderige woesteling Camille D’Havé (1926-1980) krijgt deze maand een overzichtstentoonstelling in de Gentse Zebrastraat én een interessante catalogus waarin wordt teruggeblikt op diens schilderwerk dat niet direct paste in de vriendenkring van Jan Hoet, aldus Guido Lauwaert.

Toen de Gentse jeugdclub Hotsy Totsy nog een naoorlogse verzetsclub was, heerste er een familiesfeer. Van Claus tot Kloten was er welkom, als je maar buiten de lijntjes kleurde. Dat gold niet enkel voor artiesten, maar ook voor professoren, journalisten, critici, rechters, ja, zelfs deurwaarders. Je waarde steeg met je eigenste persoonlijkheid binnen en buiten het bordeel van Guido en Motte Claus. Eén van de vaste leden van de Hotsy was de schilder Camille D’Havé.

Curator Willem Elias

Curator Willem Elias heeft geen machogedrag vertoond bij de samenstelling van de Camille D'Havé-catalogus, aldus Guido Lauwaert.
Curator Willem Elias heeft geen machogedrag vertoond bij de samenstelling van de Camille D’Havé-catalogus, aldus Guido Lauwaert.© Belga

Om het gevaar dat D’Havé in de vergeetput belandt te beletten, loopt er momenteel een tentoonstelling in de Gentse stichting Zebrastraat met een groot aantal werken van deze weelderige woesteling. Meteen de beste aanleiding om een catalogus te laten verschijnen. Gaat de directe confrontatie tussen kijker en kunstwerk boven het kijken en lezen van een catalogus, toch mag de waarde ervan niet onderschat worden. Levert een tentoonstelling momentopnames, een catalogus is een gedrukte manier om het publiek te beïnvloeden en kunstkennis in hun richting te gooien. De kunstconsument wordt vrijgelaten in zijn oordeel. Geen enkele toelichting is dwingend in de catalogus. Curator Willem Elias heeft geen machogedrag vertoond bij de samenstelling. Hij verzamelde indrukken die evenveel aan de verbeelding toelaten als de schilderijen.

Ruwe bolster

Bij geen enkele andere schilder komt de ruwe bolster van de Vlaming sterker tot uiting dan bij de man afkomstig uit de onderste krochten van het Gentse arbeidersmilieu. Was er kunstpaus Jan Hoet niet geweest, en zijn focus op de wilde kunstvormen die rond de jaren tachtig van de vorige eeuw wereldwijd doorbraken, Camille D’Havé zou niet meteen wereldberoemd maar toch heel wat bekender zijn en internationale erkenning hebben gekregen. Niet dat Jan Hoet Camille D’Havé niet genegen was, maar hij paste niet in de ‘vriendenkring’, met Panamarenko, Jan Fabre, Berlinde De Bruyckere, Wim Delvoye, Bruce Nauman, Joseph Beuys en Marcel Broodthaers in de binnenste cirkel.

Wrange humor

Camillie D’Havé (1926-1980) past in het rijtje van schilders als Breugel de Oude, Jeroen Bosch, Jan Steen, James Ensor, Edvard Munch. Ze concentreerden zich niet op oorlogen, en kwamen die ter schildering, dan was het eerder vanuit de ellende voor de soldaten, boeren, arbeiders en kleinburgers. Hun werken bewierookten het bourgondische stads- en landleven, maar evenzeer de miserie van de ziel, zeer vaak met een wrange humor. Hun realisme is de weergave van een beschadigd gevoel over de kloof tussen rijk en arm. Wie rijk is, is irreëel rijk, maar wie arm is, is dat reëel. ‘Een man die soms erg te keer ging, mateloos en rauw,’ schreef de kunstcriticus R.H. Marijnissen in 1980 over Camille D’Havé. ‘Zijn god was (Matthias, GL) Grünewald. Is hij wel ooit verder gereisd dan Colmar?’ is een ander citaat uit het korte literaire portret van Marijnissen, opgenomen in de catalogus. Bovendien verheldert de bijdrage van Marijnissen bijdragen van andere medewerkers. Zoals zij op hun beurt de mening van Marijnissen versterken.

De kwalen van Claus

D'Havé is een gefolterde natuur, aldus de piepjonge Hugo Claus in een bijdrage uit eind jaren 1940.
D’Havé is een gefolterde natuur, aldus de piepjonge Hugo Claus in een bijdrage uit eind jaren 1940.© Belga

Een prachtig artikel over D’Havé is van de hand van Hugo Claus. Weinigen weten dat hij als jongeling kritieken geschreven heeft, om den brode, maar vaak ook uit sympathie. Die ging naar de mens én diens werk. Het artikel is verschenen eind van de jaren veertig in het nog steeds bestaande Ons Verbond, het ledenblad van de KVHV (Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond). Ja, Claus heeft gekotst en gekakt op Rome en de Vlaamse aard, hij raakte echter nooit verlost van die kwalen. Was dat wel zo geweest, had hij aan beide geen woord meer gewijd. Maar dit terzijde. Hugo Claus, vooraan in de twintig, kroont D’Havé al, alvorens hij tot volledige rijpheid komt: ‘Hij (D’Havé, GL) is een gefolterde natuur, die dicht bij het aardse, het primitief-volkse contact heeft. Zijn wereld is een dramatische vervorming der waarden, die wij dadelijk als een andere waarheid aanvaarden. Eerlijk en persoonlijk beklemtoont hij deze waarheid in een typische, hem eigene vorm (…) met aanknopingspunten bij én Goya én Picasso. Zijn vorm: een scherpe, uithalende tekening, die de massa’s sculpturaal doet voorkomen, een lichte materie met geraffineerde variaties van de kleur, en een verftechniek, die de Primitieven als voorbeeld heeft.’

Teder en broederlijk

De bijdrage van een jongere schrijver/schilder is in dichtvorm en kroop uit de pen van Pjeroo Roobjee. Het dateert van 2001 volgens de catalogus.Volgens Roobjee was het zijn afscheidsgroet op de uitvaart van Camille, maar dan klopt de datum niet. Het kan zijn dat het later in een of ander artikel of bloemlezing is verschenen en dat de samenstellers het daaruit plukten. Afijn, de geboortedatum is niet zo belangrijk. Het gedicht is dat wel, en zo teder en broederlijk dat het terecht meteen na de titelpagina staat. Hier gaan we:

Strofe voor Camille


Bij leven het leven vergeten

Door wat hem als droom werd aangewezen:

De hardnekkige wimperwenk van Neithart,

Het lonken van een gebarsten kom in Colmar.

Daardoor ook kakkerlakken gegeten

En meikevers gevreten om te overleven.

Al wat Grünewald hem geven kon,

Was de grijze tooi, de moede pels,

Die exegeten als de ziekte meden.

Bij leven vergeten en het leven vergeten.

Het bestaande heelal volgevloekt en verweten

En toch in niets tekort geschoten.

Forum

De stichting Zebrastraat is te weinig bekend, zelfs in zijn thuisstad Gent. Nuttig voor wie meer wil weten over de stichting is om de website bloot te leggen. Op gebied van cultuur stelt het zijn infrastructuur kosteloos ter beschikking voor tentoonstellingen, concerten, debatten, filmvoorstellingen en try-outs om zo een forum te geven aan jonge kunstenaars en gevestigde waarden. Lannoo geeft boeken uit over de initiatieven van de stichting, catalogi, maar in wezen is de stichting de financier. En dat allemaal op kosten van en geput uit de ziel van één man. Hij blijft liever in de schaduw van de achtergrond. Bij hem gaat het om de kunst en de kunstenaar. Een mecenas in de ware, Romeinse zin van het woord.

CAMILLE D’HAVÉ – tentoonstelling t/ 31 mei – catalogus Camille D’Havé & la Relève – www.lannoo.com en www.zebrastraat.be

Guido Lauwaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content