Hoe bereidt je een paard?

Friederike de Raat schreef een aanstekelijk taalgidsje mét humor.

‘Homme’s hoest’ is de titel van een novelle van Willem Frederik Hermans. Met opzet maakte Hermans in de titel een spelfout. Opdat de lezer ‘hoest’ niet zou lezen als werkwoord, maar wel degelijk als substantief. Homme zijn hoest dus.

Vrijwillige taal- en spelfouten als deze zijn zeldzaam. En daarover heeft Friederike de Raat het niet in ‘Hoe bereidt je een paard?’. Wel over onuitroeibare taalfouten die ze verpakt in een handig gidsje voor mensen die graag goed Nederlands schrijven. Een boekje vol humor over de correcte schrijfwijze en het juiste gebruik van uitdrukkingen. Geen saaie spellingwijzer of ingewikkeld grammaticaboek. Wel leerzaam, nooit belerend.

Friederike de Raat was een jaar of drie chef eindredactie van de Nederlandse kwaliteitskrant NRC Handelsblad en werkt nu nog deeltijds als eindredacteur voor nrc.next. In de teksten die ze las kwam ze taalfouten in alle maten en gewichten tegen en uit reacties van lezers bleek dat vooral dt-fouten en een overaanbod anglicismen irriteerden.

Eigenlijk kan je stellen dat spelling weinig met taal te maken heeft. Spelling steunt meer op afspraken, is het gevolg van regels. Het spellingbeeld dat we voor ogen hebben is vaak handiger en werkt sneller dan telkens te moeten nadenken hoe het regeltje nu ook weer luidt. Als we vaak genoeg ‘episch centrum’ gelezen hebben, dan zullen we het correcte epicentrum wellicht niet schrijven. Ei of ij? Je moet het domweg uit het hoofd leren, schrijft de Raat terecht in het hoofdstukje ‘Een uitweiding over pijlers en peilers’. En ze raadt aan een woordenboek te pakken als je twijfelt. Of weifelt? Of wijfelt?*

Duidelijk met enthousiasme pakt Friederike onnodig Engels aan. Nergens zo erg als in het bedrijfsleven, schrijft ze. Een bestuursvoorzitter heet er CEO, een woordvoerder press-officer, de verkoopsleider salesmanager, personal assistent staat voor secretaresse. Allemaal dikdoenerij. Maar ook luiheid van de vertaler. En het moet ook gezegd: woorden als offline zijn ingeburgerd. Niet dat er iets mis is met netloos of zonder verbinding.

Leuk is het hoofdstukje over verhaspelingen. Uitdrukkingen als Geen hond die ernaar kraait, Hoog uit de boom blazen of Na een lang ziekbed heeft God tot zich genomen…. Taalfouten door slordig taalgebruik.

Of het allemaal zo erg is? Eigenlijk niet. Maar: ‘Taal-en feitelijke fouten kunnen het gezag van een tekst en dus van de auteur ondermijnen. In het hoofd van de lezer krijgt de auteur al snel het etiketje ‘dom’ opgeplakt.’ Toch wel prettig dat er nog veel fouten gemaakt worden. Bij het gebruik van het koppelteken of het al dan niet aan elkaar schrijven. Pater op non actief of Pater op non-actief? En de slager die een combinatie van hert, haas en wild zwijn aanprees als wild triootje.

*wijfelen bestaat niet.

Fred Braeckman

Met mijn excuses voor de fouten.

Friederike de Raat, Hoe bereidt je een paard?, Uitg. Nieuw Amsterdam, 112p., 10 euro, ISBN 978 90 468 1263 1

Een heel handige woordenlijst onnodig Engels is ‘Funshoppen in het Nederlands’, Uitg. Bert Bakker, 153p., 9,95 euro, ISBN 978 90 351 3506 2

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content