Hein Meijers’ knotsgekke geschiedenissen

Napoleon was helemaal geen kleine keizer: van vliegverbod voor dwergen en andere crazy verhalen.

Als kind wou Manuel Wackenheim piloot worden. Maar toen hij een jaar of tien werd, merkte hij dat er iets verkeerd was. Manuel zou nooit meer dan 114 centimeter groot worden. Toch ging hij door het leven als Mister Skyman.

De geschiedenis van dwerg Wackenheim is een van de tien verhalen die de Nederlandse wetenschapsjournalist Hein Meijers ons vertelt in ‘De kloten van de keizer’. Een leuk boekje dat als ondertitel ‘en meer geschiedenissen die je niet wilt lezen’ meekreeg. Verhalen die je natuurlijk wél wilt lezen omdat ze zo ongewoon of knotsgek zijn.

Toeval of niet, er komen nogal wat al dan niet beroemde Fransen aan bod. De meest bekende, en over hem gaat het titelverhaal, is Napoleon. De keizer was in tegenstelling tot wat ons altijd verteld werd, helemaal geen kleine keizer. Hij was tegen de één meter zeventig. Ruim 5 centimeter langer dan de meesten van zijn soldaten. Het misverstand is ontstaan doordat de lengtemaat waarmee hij werd gemeten de Franse voet was, de pied du roi, en niet de zowat zeven procent kortere Engelse voet. Wat Meijers verder vertelt is vrij bekend: het is het onvermijdelijke relaas van het geslachtsdeel van Napoleon dat via heel wat omzwervingen in Amerika belandde. Of het nu echt om dat edel deel gaat, blijft nog maar de vraag.

Boeiend is het verhaal van de Franse chemicus en belastingontvanger Lavoisier die bewees dat hij vijftien seconden nadat hij onthoofd was nog kon glimlachen. En zo gaat het maar verder: over de lotgevallen van een rijke baron die de antieke Olympische Spelen zou hebben ontdekt, over Darwin die geen dokter werd omdat hij niet tegen bloed kon, over pausen die in de Middeleeuwen niet veel langer dan twee weken meegingen…

Maar toch is het verhaal van dwerg Manuel Wackenheim voor mij het meest interessante. Dat komt omdat aan zijn bewogen geschiedenis een pittig ethisch kantje zit. Wackenheim die zoals eerder gezegd piloot wou worden, trachtte aan de kost te komen als wegwerpdwerg. Van Frankrijk, Europa én de Verenigde Naties kreeg hij een soort Berufsverbot maar hij ontving wel een uitkering van de Franse staat omdat het enige waarvan Manuel kon leven zich laten wegwerpen was. Tegen het optreden van ‘le nain volant’ hebben zich burgemeesters, prefecten, ministers en internationale organisaties verzet. Even leek het erop dat Mister Skyman, Manuels artiestennaam, het zou halen. In 1992 volgde de rechtbank van Versailles zijn advocaat die stelde dat het verbod tot wegwerpen het recht op arbeid en ook de vrijheid aantastte van de Franse dwerg. Die kreeg meteen een schadevergoeding.

Dwergwerpen had zich intussen in heel wat andere landen, o.m. in Australië en Amerika ontwikkeld tot een heus spektakel. Er werden zelfs kampioenschappen ‘Dwarf Tossing’ georganiseerd. Met varianten als ‘Dwarf Bowling’. Dat ontlokte heel wat discussies en veroordelingen met als voornaamste argumenten dat de bezigheid mensonwaardig was en een zielig gedoe. Waarop anderen dan weer van discriminatie spraken en wezen op meer ‘zielige’ bezigheden als paaldansen, prostitutie, gevechtssporten. Ook werd de vraag gesteld of iedereen uiteindelijk niet het recht heeft om zelf over zijn lichaam te beschikken zoals hij of zij dat zelf wil. Voor alle duidelijkheid: bij het wegwerpen zit de dwerg in een soort harnas en heeft hij een valhelm op. Een handvat zorgt ervoor dat de werper richting kan geven.

Naar verluidt leeft Manuel Wackenheim nu rustig in een dorpje in de Elzas, zijn geboortestreek. Hij is 43.

Fred Braeckman

Hein Meijers, De kloten van de keizer en meer geschiedenissen, die je niet wilt lezen, Contact, 143p., 12,50 euro. ISBN 978-90-254-3535-9

Partner Content