6 literaire voetbaltoppers voor het WK

Dimitri Verhulst © Boek.be

Van Dimitri Verhulst tot Anna Enquist: zes leestips voor op het vliegtuig richting Brazilië of op een zwoele juni-avond, tussen twee matchen van het WK voetbal door.

De hype rond het WK voetbal en de Rode Duivels kan moeilijk groter zijn, en aan boeken over voetbal en voetballers is er dezer dagen absoluut geen tekort. Maar of ook de literatuurminnende koele minnaar van het voetbal daar een boodschap aan heeft? Onderstaande romans en essaybundels moeten met hun strategisch opgestelde dramatiek, de spitse taal, de scorende knipoog, de schwalbende satire ook hem of haar over de zijlijn kunnen trekken. Want voetbal en literatuur mogen dan zelden in een adem genoemd worden, toch kunnen ze in de handen van begenadigde en begeesterde auteurs versmelten tot een ontroerend, beklijvend of hilarisch boek.

Voetbal werd geboren in Engeland en dat zullen we ook vandaag nog geweten hebben. De Engelse Premier League is een trekpleister voor kapitaal en talent. En zo dominant de Premier League en zijn spelers zijn (één op zes spelers op het WK komt uit voor een Engelse club), zo dominant zijn de Engelse auteurs als het aankomt op het schrijven van voetbalromans en voetbalbespiegelingen.

Nick Hornby – Fever Pitch (1992)

We kennen ze van uit onze eigen omgeving, de voetbalfans die trouwer zijn aan hun club dan aan hun vrouw, wiens gemoed meedeint met de golven van winst en verlies van hun club. Schrijver Nick Hornby is zo’n voetbalfan sinds zijn elfde en laat in zijn succesvolle debuut ‘Fever Pitch’ (goed voor meer dan een miljoen verkochte exemplaren) in zijn supportershart kijken. Als onvoorwaardelijke Arsenal-fan legt hij aan de hand van essays rond een resem memorabele Arsenal-wedstrijden de ziel bloot van de toegewijde voetbalsupporter. En die is even passioneel als vuilgebekt en wordt aangetrokken en afgestoten door wat op het veld gebeurt. Maar ‘Fever Pitch’ is meer dan de autobiografie van een supporter, het is ook het relaas van hoe Nick Hornby zich verzoent met de scheiding van zijn ouders en dankzij het voetbal opnieuw een band opbouwt met zijn uithuizige vader.

David Peace – The Damned Utd (2006)

David Peace kennen we als de Britse James Ellroy. Een schrijver van harde, rauwe faction waarin hij de donkere kanten van de Britse en later ook de Japanse maatschappij in vuistslagen van zinnen presenteert. Die typering past ook prima bij de controversiële voetbalroman ‘The Damned Utd’, waarin Peace 44 dagen in 1974 fictionaliseert, tijdens dewelke de beruchte Engelse voetbaltrainer Brian Clough aan het hoofd stond van kampioen Leeds United. Peace kruipt daarvoor in het woelige, zelfverzekerde en revanchistische hoofd van Clough en maakt daarbij zowel buiten als binnen het verhaal brokken. Buiten: zowel de erven Clough als gewezen voetbalster Johnny Giles waren openlijk misnoegd over hoe ze in het boek werden geportretteerd. Giles bracht uitgeverij Faber & Faber zelfs voor de rechter en verkreeg een paar aanpassingen. Binnen: ‘The Damned Utd’ is geen makkelijk leesvoer, maar is beklijvend en laat uitstekend zien hoe hard het er in topsport toegaat en welke persoonlijkheden er het hoge woord voeren.

Ook in onze contreien is er liefde tussen schrijvers en het voetbal. Herman Brusselmans schreef gedurende enkele jaren voetbalcolumns voor Het Laatste Nieuws en het Nederlandse voetbaltijdschrift Johan, en hij mocht geregeld opdraven in het voetbalprogramma Studio 1 met Frank Raes. Aan een roman over voetbal heeft hij zich verrassend genoeg nog niet gewaagd. In afwachting van ‘Guggenheimer gaat voetballen’: een blik op een paar opmerkelijke Nederlandstalige voetbalverhalen.

Dimitri Verhulst – De verveling van de keeper (2002)

In zijn derde roman, vóór de grote doorbraak, laat Verhulst de toekomst van het onafhankelijke Vlaanderen zien, nadat de Vlaamse Leeuwen in 2034 op eigen bodem het WK voetbal hebben gewonnen. De ploeg was zo goed dat de keeper – de beste keeper van de wereld en de beste Vlaamse/Belgische ooit – geen bal gezien heeft en zich niet alleen steendood verveelde tijdens dat WK, maar nadien ook door niemand meer herinnerd wordt als sluitstuk van de kampioenenploeg. ‘De verveling van de keeper’ is een typische Verhulst-roman: de volkssport voetbal als excuus voor politieke en maatschappelijke satire, geschreven in van Vlaamse klei doordrongen en met archaïsmen doorspekte taal.

Anna Enquist – Kool! Alles over voetbal (2012)

Voetballiteratuur een mannenzaak? Ja, maar ook vrouwen doen hun duit in het zakje. Of toch één vrouw in het bijzonder. De Nederlandse schrijfster Anna Enquist, bekend van onder andere de roman ‘Contrapunt’, heeft iets met voetbal. Ze schrijft geregeld stukjes voor het Nederlandse literaire voetbaltijdschrift Hard gras van Hugo Borst, Henk Spaan en Matthijs van Nieuwkerk. ‘Kool! Alles over voetbal’ is een verzameling van alles wat Anna Enquist over voetbal heeft geschreven, van interviews tot columns en poëzie. Haar liefde voor voetbal begon bij haar voetballende zoon en situeert zich nu in de buurt van Feyenoord, de eeuwige Nederlandse underdog. Interessant is dat Enquist als schrijfster en psychoanalytica het voetbal meer als buitenstaander bekijkt en de groepsdynamiek van de ploegen op het veld, maar nog meer van de supporters aan de kant blootlegt.

A.H.J. Dautzenberg – Extra tijd (2012)

In ‘Extra tijd’ laat Dautzenberg het sterfproces van de zieke Gustaaf samenvallen met de (echte) strijd om het behoud in de Nederlandse Eredivisie van diens favoriete voetbalclub Roda JC. Zolang Roda JC de strijd voert, zolang wil Gustaaf het leven volhouden. En ondertussen probeert zijn zoon door even hard mee te leven met het lot van de club uit Kerkrade toenadering tot zijn vader te zoeken. Niet alleen zijn de wedstrijden van Roda JC uit 2009 een bindmiddel tussen vader en zoon, ze vormen ook het skelet van de roman. Dautzenberg hangt elk hoofdstuk op aan een van de wedstrijden en hij lardeert het verhaal met flarden live commentaar.

Koen Van Wichelen – Krokodillentranen (2013)

Journalist-schrijver Koen Van Wichelen heeft net een boek uit over die eeuwige tweestrijd tussen Nederland en België, maar hij debuteerde vorig jaar als romancier met de voetbalallegorie ‘Krokodillentranen’. Het hoofdpersonage is Roman Kerkorian, een typische, oudere clubvoorzitter die altijd alles beter weet en geen inspraak duldt. De club heet Racing FC en de sterspeler die met een hardnekkige kwetsuur sukkelt gaat hier door het fictieve leven als Bruno Campion. Zij zijn de Elckerlycs der voetbalclubs en voetbalvedetten die boven hun stand leven. Aan Bruno Campion valt niet veel plezier meer te beleven, bovendien wordt Racing FC bedreigd met degradatie en dus wordt er tussen beide gekampt als was het voor hun leven. In essentie gaat ‘Krokodillentranen’ niet zozeer over voetbal, maar wel over hoe iedereen zich vroeg of laat met het onvermijdelijke moet verzoenen.

Jeroen Bert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content