De (s)preekstoel van Knack.be

‘Zijn we met de hervorming van de rijopleiding op de goede weg?’

De (s)preekstoel van Knack.be Knack.be maakt ruimte voor religie en levensbeschouwing

Luc Wouters van de Gezinsbond lijst een aantal aandachtspunten op voor de hervorming van de rijopleiding.

Bijna 400 verkeersdoden op jaarbasis in Vlaanderen: het blijft een onaanvaardbaar drama voor al wie er mee te maken krijgt. De analyse van dit gegeven focust nogal eens op het aandeel van jonge beginnende chauffeurs. Kort door de bocht, vindt de Gezinsbond. Het verhaal van de verkeersongevallen zit wel wat complexer in elkaar. Het Verkeersveiligheidsplan van Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts zet alvast in op het bredere plaatje met meer aandacht voor een goede voorbereiding van wie zich met de wagen in het verkeer begeeft. Waar moet het debat over de hervorming van de rijopleiding rekening mee houden?

De huidige rijopleiding

In principe kan de huidige rijopleiding via twee pistes verlopen. Er is de opleiding in de rijschool van minimum 20 uur waarbij men gedurende minstens drie maanden zelfstandig kan rijden vooraleer het praktische rijexamen af te leggen. Ofwel kiest men voor de vrije begeleiding waarbij (meestal) de ouders instaan voor de opleiding en begeleiding. In de praktijk zien we wel dat heel wat aspirant-chauffeurs kiezen voor een gemengd traject: een mix tussen een aantal lesuren in de rijschool, gevolgd door een periode van oefenen onder begeleiding.

We weten hoe het beter kan

Door de zesde staatshervorming is Vlaanderen verantwoordelijk voor de rijopleiding. De Gezinsbond heeft voorstellen voor een aangepast model uitgetekend en neemt deel aan de gesprekken binnen de werkgroep rijopleiding van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde. Binnen die werkgroep staan drie elementen centraal:

  • De huidige rijopleiding zet te eenzijdig in op technische voertuigbeheersing, terwijl er nood is aan een bewuste en verantwoordelijke ingesteldheid van bestuurders. Dat vraagt andere vaardigheden, vaardigheden van een hogere orde.
  • De eerste instructies voor beginnende bestuurders moeten op een correcte manier aangeleerd worden. Daarna is het van belang dat de toepassing over een voldoende lange periode in de praktijk ingeslepen geraakt, met de nodige feedback en bijsturing.
  • Dit proces is eigenlijk nooit af en het is wenselijk dat autorijden deel uitmaakt van een levenslang leerproces.

De Gezinsbond beseft dat een hervorming van iedereen een extra inspanning zal vragen. Die inspanningen moeten voor gezinnen een winstgevoel opleveren: hun kinderen die beter opgeleid zijn en minder risico’s lopen in het verkeer en dat op een haalbare en betaalbare manier.

Stap na stap

De hervorming van de rijopleiding stelt zinvolle ambities voorop. Dat vraagt een aanpassing van inhoud en organisatie, van omkadering en examinering. De minister heeft nog geen alomvattend plan voor de hervorming op tafel gelegd, maar geleidelijk sijpelen er wel elementen van door. Het theoretisch examen zal zware fouten strenger bestraffen en het praktijkexamen zal meer belang hechten aan elementaire maneuvers, risico’s inschatten en zelfstandige beslissingen nemen. Het opleidingstraject zelf is een ander paar mouwen. We weten intussen dat de minister een meer gefaseerde opleiding wil met een langere oefenperiode.

Er volgt ook een terugkomdag en de begeleiders voor de oefenperiode krijgen ondersteunend didactisch materiaal aangereikt. Hoe dit alles concreet vorm krijgt, weten we nog niet. Over welke inhoudelijke accenten gaat het? Welke aspecten van de opleiding zullen al dan niet verplicht worden? Wie zal bevoegd zijn om bepaalde onderdelen te verzorgen? Wat zal uiteindelijk de impact op de kostprijs van de opleiding zijn?

Binnen de werkgroep rijopleiding van de VSV toetst men verschillende mogelijkheden af, maar consensus ligt niet steeds voor de hand. Dat heeft te maken met de verschillende posities van de deelnemers (wetenschappers, middenveld, rijsector), maar ook de discussie over afzonderlijke vraagstellingen dreigt het geheel en de samenhang te doen verdwijnen.

Een inbreng rond E.H.B.O. lijkt op zich wel waardevol, maar welke inhoud, omvang en plaats krijgt dit in bijvoorbeeld een professioneel opleidingstraject van pakweg 20 of 30 uur? Legt een terugkomdag het accent op extra rijtechnieken of diept hij vooral de ervaringen van beginnende chauffeurs uit? Antwoorden op deze vragen moeten binnen een samenhangend geheel en niet geïsoleerd bekeken worden.

Logisch en consequent blijven

Zijn we met de hervorming op de goede weg? Soms lijkt het debat nog steeds te verzanden in een tegenstelling tussen de professionele en de vrije begeleiding. Voor de Gezinsbond is dit niet de belangrijkste tegenstelling waartussen men moet kiezen. Integendeel, men moet consequent een goede combinatie van beide nastreven. De vrije begeleiding is de enige mogelijkheid om over de voorziene oefenperiode van negen maanden geleidelijk de moeilijkheidsgraad van de trajecten op te drijven en een systematisch leerparcours uit te bouwen.

Dat veronderstelt wel dat de leerling-bestuurders over een correcte rijtechnische bagage beschikken. Wij erkennen hierbij de expertise van de professionele instructeurs, maar denken dat een opleiding en attestering van vrije begeleiders een alternatief kan zijn. Aan de andere kant mag men niet naïef zijn en vooropstellen dat leerling-bestuurders na twintig of zelfs dertig uren in de rijschool klaar zijn om zelfstandig de weg op te gaan. Zeker als het nog negen maanden duurt voor zij hun praktisch rijexamen kunnen afleggen.

Dat betekent in de praktijk een vrijgeleide om zonder begeleiding en feedback en zonder een objectieve praktijktest in het verkeer te komen. De verleiding om voor deze snelle weg te kiezen is dan extra aantrekkelijk, misschien niet in het minst voor die jongeren die staan te popelen om zich met hun eerste auto bij hun vrienden aan te dienen. Dat kan in geen geval de filosofie zijn voor een betere rijopleiding die wil inzetten op bewust en verantwoordelijk rijgedrag. De Gezinsbond pleit onverkort voor een synthese van de sterke punten van de beide systemen.

Timmeren aan de weg

Het vraagt nog heel wat werk om de nieuwe rijopleiding in een goede en werkbare plooi te laten vallen: dat gaat over afstemming met het federale niveau dat het rijbewijs uitreikt, over organisatorische aspecten en over vorming (voor professionele én vrije begeleiders) om tot een echte coaching van leerling-bestuurders te komen. Betaalbaarheid blijft in deze tijden van besparingen en gezinsfacturen een bijzonder aandachtspunt.

De Gezinsbond zal zich niet vastpinnen op de loutere administratieve kost van het rijbewijs. Gezinnen zijn (naast de tijd, energie en kosten die aan de begeleiding verbonden zijn) zonder twijfel bereid tot een financiële inspanning voor een goede rijopleiding. Als de regering “de schande van de 400” wil uitwissen, verwachten wij wel dat zij daar, bijvoorbeeld via het Verkeersveiligheidsplan, mee in investeert zodat een rijbewijs behalen haalbaar is voor alle jongeren .

Luc Wouters werkt voor de studiedienst van de Gezinsbond.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content