Bert Bultinck

‘Wordt er met de mannen in De Slimste Mens dan níét gelachen?’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘Na een week van kristalheldere do’s-and-don’ts is het niet slecht dat iemand een enigszins dubbele boodschap de wereld instuurt’, vindt Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck.

Annemie Struyf wil niet meer in de jury van het quizprogramma De Slimste Mens Ter Wereld zitten. Dat zei de tv-maakster afgelopen zondag, na een week van heftige #MeToo-discussies over seksisme, aanranding en verkrachting van vrouwen, in het kielzog van de onthullingen over systematisch misbruik door Hollywoodtycoon Harvey Weinstein. Struyf heeft geen zin meer in seksistische opmerkingen: ‘Plots, tijdens een opname, besefte ik: ik lach hier gewoon mee omdat ik anders de seut ben, en niet omdat ik dit leuk vind.’ Kritiek op het seksisme van de quiz is er al lang: in de jongens-onder-mekaarambiance kan er met alles en iedereen gelachen worden, maar met vrouwen toch net ietsje meer, het liefst in seksuele zin. Maar het is de eerste keer dat een vrouwelijk ex-jurylid zegt dat ze om die reden niet meer meedoet.

Je zou de positie van Struyf dubbelhartig kunnen noemen: waarom doet ze er jaren wél aan mee, en trekt ze nu pas haar mond open? En wordt er met de mannen in de jury dan níét gelachen? Tuurlijk wel. Of zou Struyf nog een appeltje te schillen hebben met de alfamannetjes van Woestijnvis? Het zijn allemaal legitieme vragen, maar ze raken niet aan de kern van de zaak. Met haar voornemen bewijst ze, net als vele andere vrouwen, dat #MeToo niet zomaar een Facebookhype is, maar hier en daar ook uitmondt in concrete stappen in de goede richting. Het woord ‘seut’ zou een toekomst moeten krijgen als geuzennaam.

Wordt er met de mannen in De Slimste Mens dan níét gelachen?

Zelfs de dubbelhartigheid van Struyf is heilzaam. Opiniemakers en twitterjournalisten horen het niet graag, maar mensen zijn doorgaans veel minder consistent in hun gedrag dan ze zelf willen toegeven, en dat geldt zowel voor daders als voor slachtoffers. Dat is geen excuus, maar het gedraai en geschuifel is wel typisch voor onze soort. Na een week van kristalheldere do’s-and-don’ts is het niet slecht dat iemand een enigszins dubbele boodschap de wereld instuurt: ik heb meegewerkt aan een sfeer die niet goed was, en daar ga ik nu mee ophouden. Slachtoffer, zeker, maar dus ook een beetje dader. Misschien herkennen wel meer mensen zich daarin.

Respect gedijt waar ruimte is voor complexiteit. Wie de ander herleidt tot seksobject, is niet oké. Maar wie de ander reduceert tot seksist, ziet doorgaans ook maar een deel van de waarheid. Ook de kijkers die jarenlang steeds opnieuw naar De Slimste Mens keken, hebben van de vrouwonvriendelijke sfeerschepping geen punt gemaakt. Misschien doen sommigen dat nu wel. Dat betekent niet dat er geen flauwe moppen meer kunnen worden gemaakt, maar wel dat structureel seksisme minder kansen krijgt. Op de beste momenten heeft #MeToo zuurstof gebracht in een debat tussen scherpslijpers.

De overrompelende hoeveelheid vrouwen die #MeToo na hun naam zetten, deed het besef groeien dat we met velen in hetzelfde schuitje zitten. Dat wil niet zeggen dat alle vergrijpen even groot zijn. Verkrachters moeten gestraft worden, en ook aanranding staat niet toevallig in het strafwetboek. Maar nogal wat gedrag dat vandaag onder de #MeToo-campagne wordt meegenomen is – gelukkig – minder ernstig. Laakbaar en betreurenswaardig, dat wel, maar in geen enkel opzicht te vergelijken met fysiek geweld. Het is belangrijk om oog te blijven hebben voor gradaties en contexten.

Niet minder belangrijk is het dat we allemaal spreekrecht blijven behouden. Als het gaat over de vaak morsige verhoudingen tussen vrouwen en mannen, dan moet er zeker ook ruimte zijn voor de vaststelling dat sommige vrouwen – net als mannen – hun lichaam weleens durven in te zetten om mannen te manipuleren. Dat valt slecht in de nasleep van de #MeToo-campagne, zeker als een man daarop wijst. Maar mannen moeten dat kunnen blijven zeggen, net zoals blanke Vlamingen moeten kunnen blijven zeggen dat sommige Vlamingen met een migratieachtergrond racisme inzetten als excuus. Alleen in die vrijheid kunnen seksisme en racisme doeltreffend worden bestreden.

Eind 2016 maakte jurylid Maaike Cafmeyer in De Slimste Mens een grapje over de beste actrices van Vlaanderen: ‘Actrices vechten niet voor een rol. Die gaan naar bed met de regisseur.’ Het zou een ironische weerlegging kunnen zijn van een vrouwonvriendelijk cliché. Maar het zou ook kunnen dat Cafmeyer zich voegde naar de geplogenheden van de quiz. Dankzij #MeToo zullen mensen zich minder hoeven te plooien naar het ranzige seksisme dat vandaag in Vlaanderen nog al te vaak de dienst uitmaakt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content