Othman El Hammouchi

‘Wie bekommerd is om vrijheid, moet accepteren dat we in respect kunnen samenleven zonder elkaars keuzes goed te keuren’

Othman El Hammouchi Filosoof en opiniemaker, auteur van 'Lastige waarheden' (Polis)

In een reactie op een opiniestuk van Bruno De Lille pleit Othman El Hammouchi voor meer politie en strengere straffen om de vrijheid van alle burgers te waarborgen.

De recente uitlatingen van Johan Leman in De Standaard hebben heel wat stof doen opwaaien in het publieke debat. Naar aanleiding van het 50-jarige bestaan van zijn integratiecentrum Foyer gaf Leman een interview waarin hij onder meer zei dat vrouwen in Molenbeek geen verbale aanvallen moeten ‘uitlokken’ door een korte rok te dragen en dat homoseksuelen moeten ‘aanvoelen’ waar ze al dan niet hand in hand kunnen lopen. Onder meer Bruno De Lille reageerde in een opiniestuk op deze website. De verdedigende reacties gaan echter op twee manieren in de fout: (1) ze weigeren de plaats van repressieve maatregelen te erkennen en (2) ze hebben een verkeerde inschatting van de positieve rol die religie kan spelen.

Law and order

De eerste verantwoordelijkheid van een moderne, beschaafde, liberale staat is om de individuele vrijheid van haar burgers te waarborgen zolang ze anderen niet schaden. Deze vrijheid is heilig en onvervreemdbaar. Ze hoort ingeschreven te zijn in de grondwet en internationale verdragen teneinde haar immuun te maken voor democratische meerderheden, en moet afgedwongen worden door het gerechtelijke apparaat met repressieve instrumenten: politie en juridische straffen.

We moeten elkaars keuzes niet aanvaarden om in vrede samen te leven. De wet toepassen volstaat.

Heden ten dage heeft een staat natuurlijk heel wat bijkomende verantwoordelijkheden: het onderhouden van infrastructuur, het steunen van industriële en commerciële ontwikkeling, het administreren van sociale zekerheid, enz. De nachtwakersstaat van 18de-eeuwse conservatieven ligt ver achter ons, en is nog slechts als utopische droom aanwezig in de geschriften van Nozick en zijn opvolgers. Desalniettemin blijven de functies van de nachtwakersstaat de primaire functies van de overheid. Wanneer ze bugetair in het gedrang komen, moeten ze boven andere functies geprioriteerd worden.

In de publieke discussie lijken we dit besef steeds meer kwijt te zijn. Twee homoseksuelen (of eender wie) hebben het onschendbare recht om op elke vierkante centimeter van het grondgebied hand in hand te lopen. Als dit onmogelijk gemaakt wordt in bepaalde wijken is het juiste antwoord niet om dat te ‘aanvaarden’ of er ‘begrip’ voor op te brengen, maar om meer politie te laten patrouilleren, meer te vervolgen, strengere straffen op te leggen. Het waarborgen van individuele rechten is de geschikte context voor het inzetten van repressief staatsgeweld. De schroom die De Lille en sommige anderen tonen wanneer ze verklaren dat ‘wetten niet genoeg zijn’, is afkeurenswaardig.

Zulke schroom komt echter heus niet voor bij discussies over Molenbeek. Wanneer het over hoofddoeken gaat, horen we hetzelfde riedeltje: het individuele recht van moslima’s om hun religie te praktiseren op scholen en in publieke functies mag met de voeten getreden worden om vermeende gevallen van fysieke dwang en geweld te bestrijden. Het correcte antwoord op dwang is echter niet het beperken van fundamentele rechten, maar het inzetten van politie en het juridische apparaat om het te bestraffen. Dat links een aversie zou hebben voor het inzetten van de arm der wet, tot daaraan toe, maar het is toch ongelofelijk dat zogenaamd ‘conservatieve’ partijen zich hieraan bezondigen?

Religie als hulpmiddel

De Lille heeft volgens mij gelijk als hij niet de islam, maar machismo aanduidt als de principiële bron van geweld tegen homoseksuelen op plaatsen als Molenbeek. Meestal is het soort jongeren dat zulke last veroorzaakt geen toonbeeld van islamitische moraal en zedigheid, in tegendeel. Hij vergist zich echter als hij de abrahamitische religies ervan beticht ‘niet van homo’s en transgenders te houden’. De traditionele religies spreken zich niet uit over geaardheid, omdat dit ook geen moreel onderwerp is: de amoureuze neigingen die men heeft zijn natuurlijke, genetisch bepaalde producten van het lichaam. Ze keuren wel homoseksuele betrekkingen af. Er bestaat een fundamenteel verschil tussen de twee.

De meeste religies drukken ook een resolute afkeuring van pre- en extramaritale heteroseksuele relaties uit. Dit betekent niet dat ze vijandig gezind zijn jegens jonge heteroseksuelen, maar dat ze welbepaalde moreel conservatieve voorschriften hebben. De moeilijkheid die ontstaat vis-à-vis de moderne LGBT-beweging is dat deze seksuele voorkeur ziet als een identiteit, een onderdeel van wie je bent. Dit mag uiteraard, maar het is oneerlijk om religieuze doctrines doorheen die hedendaagse lens te bekijken. In het Romeinse Rijk was homoseksualiteit ten tijde van Sint-Paulus wijdverspreid en aanvaard, maar niemand zou zichzelf expliciet als ‘homoseksueel’ geïdentificeerd hebben.

Beschaafd religieus conservatisme heeft niet het ‘vuur’ van machismo, maar is integendeel uiterst tolerant.

Denken dat deze opvatting zal wijzigen onder de overgrote meerderheid van moslims is volgens mij uiterst naïef. Zoals blijkt uit de situatie van de Joodse gemeenschap in Antwerpen blijken de religieuze opvattingen van minderheden vaak bijzonder weerbarstig te zijn. Een strategie die erin bestaat de religieuze aspecten van deze kwestie te omzeilen ten voordele van direct sociaal werk onder de mensen, waar velen op links voor pleiten, lijkt daarom niet bijzonder beloftevol. Ook omdat het religieuze conservatieven tegen de haren in zal strijken en sterk verzet zal uitlokken.

Een veel wijzere aanpak zou erin bestaan te erkennen dat de aanwezigheid van morele onenigheid niet noodzakelijk uitmondt in haat en geweld. Ik ben het persoonlijk sterk oneens met homoseksuele betrekkingen, omdat ik denk dat het zonden zijn, maar ik haat praktiserende homoseksuelen niet, noch wil ik hun rechten en vrijheid op enigerlei wijze beperken. Beschaafd religieus conservatisme heeft niet het ‘vuur’ van machismo, maar is integendeel uiterst tolerant.

De opvattingen en mentaliteit veranderen in de richting van een beschaafde vorm van religieus conservatisme is niet alleen doenbaar, maar zou ook gesteund worden door een significant segment van de moslimgemeenschap. Opnieuw kunnen ze naar de Joodse gemeenschap kijken om dit in te zien: in hun wijken in Antwerpen komt agressie tegen homoseksuelen veel minder voor, terwijl het jodendom dezelfde voorschriften (en dezelfde technische strenge straffen) heeft als de islam op dit punt.

Dat er een groep van seculiere cultuurmoslims op links is ontstaan die zichtbaarder wordt en mee de indruk geeft dat de gemeenschap in een ‘progressieve’ richting beweegt, is volgens mij dan ook allesbehalve representatief. Het feit dat De Lille en gelijkgezinden zich zo wanhopig aan hen willen vastklinken als teken van ‘hoop’ is een contraproductieve vorm van wishful thinking. Omdat de moslimgemeenschap groeit, zal haar seculiere segment vanzelfsprekend ook groeien, en het zou zich zelfs procentueel wat kunnen uitbreiden. Maar op de lange termijn is het volgens mij uiterst betwijfelbaar dat dit een significante trend zal worden, integendeel: op dit moment zijn er veel zaken die erop wijzen dat moslims juist religieuzer worden.

Zij die bekommerd zijn om vrijheid, zowel links als rechts, zouden veel beter de realiteit accepteren waarvoor de liberale rechtsstaat oorspronkelijk werd gesticht: dat we in respect kunnen samenleven zonder elkaars keuzes goed te keuren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content