Stijn Deceukelier

Wereld Diabetes Dag in België: de kroniek van een achterophinkende visie

Stijn Deceukelier Directeur Diabetes Liga en lid van het Observatorium Chronisch Zieken

Op Wereld Diabetes Dag maakt Stijn Deceukelier, directeur van de Diabetes Liga, een stand van zaken op. 750.000 Belgen lijden aan diabetes. En hoewel ons land een uitstekende diabeteszorg heeft, blijft het plaatje fragmentair. Ons land heeft dringend nood aan een Nationaal Diabetesplan, stelt Deceuckelier.

14 november is Wereld Diabetes Dag. Dat is al zo sinds 1991. Bovendien hebben de Verenigde Naties deze dag sedert 2006 geïnstalleerd om wereldwijd iedereen alert te maken op de tsunami van de toename van diabetes . 1 op 12 Belgen heeft diabetes. Volgens de meest recente bevolkingsstatistieken gaat het om een groep van 750.0000 mensen in Vlaanderen 2016. Bovendien heeft de Diabetes Liga berekend dat van de 45-plussers in Vlaanderen, 25% een sterk verhoogd risico loopt om diabetes te ontwikkelen in de eerste 10 jaar. Dit zijn mensen met onder andere overgewicht, diabetes in de familie, gebrek aan lichaamsbeweging, ongezonde voeding, hoge bloeddruk en meer van dat.

Dat sterk verhoogd risico betekent concreet meer dan 1 kans op 5 om in de komende 10 jaar TYPE-2 diabetes te krijgen. We weten ook dat 1 op 3 mensen met diabetes rondloopt zonder tijdig de diagnose te krijgen, wat complicaties zoals hart- en vaatlijden of oogschade vrij spel geeft. Diabetes grijpt met andere woorden stevig in op het welzijn van onze maatschappij.

Diabetes in België, het winnende lot?

Het is tijd om werk te maken van een nationaal diabetesplan

Diabetes is een fulltime job, die 24u per dag en in het weekend aandacht vraagt. Er is niet alleen de nooit aflatende zelfzorg waarbij je dagdagelijks je voeding, beweging en suikergehalte in het bloed moet monitoren. Je moet vaak ook een resem aan medicatie toedienen of nemen, geregeld je arts opzoeken en vooral zo hard mogelijk proberen de complicaties voor te blijven. Gelukkig is er in België een uitstekende diabeteszorg. Zowel op het vlak van preventie als van de zorg zijn er goede voorzieningen en initiatieven, en ook de zorg zelf staat op een hoog niveau met correcte terugbetaling dankzij het harde werk van onder andere de Diabetes Liga.

Toch is er voldoende reden om ook in ons land het zorgbeleid voor diabetes hoog op de agenda te houden. Er zijn vele systemen opgezet om te voldoen aan de noden van diabetespatiënten (zorgtraject, diabetesconventie), maar het totaalbeeld blijft voorlopig fragmentair. Het ontbreekt nog aan een geïntegreerd nationaal diabetesplan met duidelijke en meetbare doelstellingen. De toekomst baart ons zorgen. Tussen alle Europese landen wordt België meer en meer een eenzaat in de club van ‘diabetesloos beleid’. Het ontbreekt ons aan een goede visie wat we willen bereiken met de diabeteszorg en vooral waar we naartoe willen.

Schieten met losse flodders

De vraag is of we nog langer kunnen blijven onze kop in het zand steken. Waar willen we binnen 5, 10 of 20 jaar staan met de diabeteszorg in ons land? Waar leggen we de focus? Is dat preventie, behandeling of vermijden van complicaties. Of is het een goed uitgekiende mix?

Waar willen we binnen 5, 10 of 20 jaar staan met de diabeteszorg in ons land?

Belangrijk daarbij is dat we onszelf doelstellingen durven opleggen. Het wordt tijd om alles wat rond diabetes bestaat in een gecoördineerde aanpak te bundelen. Tot wat dient preventie als je niet kan garanderen dat zorgverleners iets aanvangen met een verhoogd risico? Hoe kan je zorg focussen als er geen registratie is van wie diabetes heeft? Wat baat een goede diabeteszorg als mensen te laat instromen? Welke zin heefteen schitterende opvolging van complicaties als er geen langetermijngaranties zijn?

Kortom: wie vandaag met diabetes geconfronteerd wordt moet het allemaal een beetje zelf uitzoeken. Dat geldt zowel voor de patiënt als voor de zorgverlener.

Tijd voor een uitdaging

Vanuit de Diabetes Liga pleiten we dan ook om dringend in te gaan op de vraag van de Wereld Gezondheids Organisatie (WHO), de EU, de Internationale Diabetes Federatie (IDF) en nog vele anderen om werk te maken van een nationaal diabetesplan. Geen plan om enveloppen met budget van de ene kant van de tafel naar de andere te schuiven om ieder zijn deeltje van de koek te gunnen – maar wel een plan om klare doelstellingen te formuleren en taakverdelingen af te spreken zodat iedere belanghebbende partner weet waar naartoe te werken.

Geen plan om onhaalbare horizonten voor te spiegelen – maar wel een plan om concrete stappen af te spreken, zoals het opstarten van een volledige en sluitende diabetesregistratie. Voor je aan het koken slaat, tel je toch ook het aantal tafelgenoten dat straks een bord moet voorgeschoteld krijgen. En je kijkt vervolgens toch ook in de koelkast om te zien welke ingrediënten je in huis hebt. Waarom doen we dat dan niet als het over diabetes gaat?

Er is dringend nood aan 5 minuten politieke moed en de wil om over de muurtjes van de zorg te kijken en los te komen van het kokerdenken voor verschillende zorgverleners. Als we de patiënt centraal willen stellen moeten we denken in termen van patiëntennoden. Die starten bij het risico op diabetes en eindigen bij de zorg die nodig en gepast is, zo lang het moet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content