VN-topvrouw waarschuwt: ‘Speel de coronacrisis en de klimaatcrisis niet tegen elkaar uit’

Patricia Espinosa Cantellano © iStock

De coronacrisis staat de klimaatagenda in de weg. VN-klimaatchef Patricia Espinosa waarschuwt dat lidstaten zich niet achter de crisis mogen verbergen. ‘De klimaattop kan een jaar uitgesteld worden, maar de klimaatveranderingen niet.’

De Mexicaanse Patricia Espinosa Cantellano (61) staat aan het hoofd van het klimaatsecretariaat van de VN in Bonn. Sinds 2016 is ze secretaris-generaal van de Klimaatconferentie van de Verenigde Naties (UNFCCC). Sinds de eerste conferentie uit 1995 in Berlijn, verzamelden de voorbije 25 jaar klimaatdiplomaten elk jaar in een ander land. Telkens waren er 30.000 overheidsadviseurs, politici, wetenschappers, klimaatactivisten en journalisten aanwezig. Nu wordt de klimaattop voor het eerst uitgesteld.

2020 zou in het teken van het klimaat staan. In november moeten de lidstaten hun klimaatplannen in Glasgow bijwerken. Nu waarschuwt secretaris-generaal Espinosa dat we het klimaatmaatbeleid niet uit het oog mogen verliezen. ‘De coronacrisis en de klimaatcrisis mogen niet tegen elkaar uitgespeeld worden.’

Enkele maanden geleden sprak iedereen over het klimaat, maar nu lijkt alles plots stil te staan. Legt het virus de klimaatdiplomatie lam?

Espinosa: De pandemie legt veel lam, niet alleen de klimaatpolitiek. Zelfs de financiële crisis van 2008 kan hier niet aan tippen. Het virus toont aan hoe hard een globale crisis ons als wereldgemeenschap kan treffen. Maar we krijgen ook een beeld van de crisis die de klimaatveranderingen de komende jaren kunnen veroorzaken. Dat zou ons wakker moeten schudden.

Het is de eerste keer in 25 jaar dat er geen klimaattop plaatsvindt. Net nu de maatregels van het Parijs-akkoord in werking treden. Vreest u dat deze onderbreking de vooruitgang zal tegenwerken?

Espinosa: Jammer genoeg kan het momentum dat we in Parijs hebben gecreëerd, verdwijnen door de crisis. De klimaattop kan een jaar uitgesteld worden, maar de klimaatveranderingen kunnen dat niet. De lat ligt hoog in het klimaatplan van de lidstaten. Er werden afspraken gemaakt om de uitstoot van broeikasgassen drastisch te verlagen. Op dit moment glipt de tijd ons door de vingers. Hoe langer we wachten, hoe heftiger de gevolgen zijn.

Het was al voor de crisis duidelijk dat fossiele energie geen toekomst meer heeft.

Patricia Espinosa Cantellano, secretaris-generaal van de Klimaatconferentie van de Verenigde Naties.

Is 2020 een verloren jaar?

Espinosa: Er vinden ook dit jaar onderhandelingen plaats tussen klimaatdiplomaten, maar die gebeuren online. Ook de klimaatweek van de VN in New York zal in september als videoconferentie doorgaan. Natuurlijk is dat niet hetzelfde. Diplomatie heeft nood aan persoonlijke onderhandelingen.

Aan het klimaatverdrag van Parijs nemen 195 landen deel. De afspraken die zij toen maakten, blijken nog altijd onvoldoende. Daarom zou ieder land dit jaar nieuwe maatregelen voorleggen om de CO2-uitstoot te verkleinen. Maar toen kwam corona. Verwacht u echt dat landen zich tijdens zo’n crisis op het klimaat focussen?

Espinosa: Ik heb in een brief alle klimaatministers gevraagd dat ze hun plichten niet uit het oog zouden verliezen. Natuurlijk staan maatregelen tegen covid-19 nu boven aan de regeringsagenda, en is het klimaatbeleid helemaal onderaan beland. Ik reken vooral op de jeugd die de voorbije maanden de aandacht naar het milieu probeerde toetrekken.

Maar de leden van Fridays for Future zitten niet mee aan de onderhandelingstafel. En tot nu toe hebben slechts 8 van de 195 landen nieuwe klimaatdoelstellingen ingediend.

Espinosa: Ik heb net de klimaatminster van Singapore bedankt voor hun aangepaste doelstellingen. Zij waren het achtste land dat ze indiende. Daarnaast hebben Noorwegen, Japan, Zwitserland, Zambia, de Marshalleilanden, Moldavië en Suriname een update ingediend. Maar het klopt dat nog te weinig landen hun verplichtingen zijn nagekomen.

Sommige Europese landen zoals Polen en Tsjechië gebruiken de coronacrisis zelfs om hun klimaatverplichtingen van zich af te schuiven.

Espinosa: Ik vrees dat de inspanningen van sommige landen achteruitgaan, dat is duidelijk. Wat Polen en Tsjechië betreft, waren discussies met de Europese Unie de voorbij jaren niet altijd gemakkelijk. Maar in december heeft de Europese Commissie onder Ursula von der Leyen een sterk programma voorgelegd voor 2030 met de Green Deal.

Ook buiten Europa verbergen klimaatsceptische landen zoals Brazilië en Rusland zich achter de crisis.

Espinosa: We moeten die landen tonen dat ze niet tussen corona en het klimaat moeten kiezen. Integendeel, een progressief klimaatbeleid en investeringen in groene technologie kunnen op termijn veel landen helpen om hun economie weer op gang te brengen.

Is het niet logischer dat landen nu meer investeren in industrieën die al ver ontwikkeld zijn, zoals fossiele brandstoffen?

Espinosa: Het was al voor de crisis duidelijk dat fossiele energie geen toekomst meer heeft. Waarom zou je ook geld steken in technologie die de planeet kapot maakt?

Veel mensen vinden dat ze voor een keuze staan. Meer consumeren tegen de crisis of minder consumeren voor het klimaat. Hoe lossen we dat op?

Espinosa: Het antwoord is: anders consumeren. We moeten onze consumptiegewoontes aanpassen. Voor de crisis was er sprake van overconsumptie. Dat doet niemand goed, het is nadelig voor mens en klimaat. Economische modellen die op een blijvende toename van consumptie rekenen, hebben geen toekomst. We moeten de coronacrisis zien als een kans om voor duurzaamheid te kiezen. De laatste jaren is duidelijk geworden dat landen er goed aan doen om in C02-besparende technologie te investeren. Veel investeerders doen dat zelfs om economische redenen en niet uit bezorgdheid voor het klimaat.

In de Verenigde Staten hebben sommige bedrijven een groenere attitude dan hun regering. Is dat een trend?

Espinosa: Ja. Verschillende Amerikaanse steden, regio’s, gemeentes en bedrijven wachten niet meer op de regering voor een vooruitstrevend klimaatbeleid. Ze hebben het heft in eigen handen genomen. Een voorbeeld hiervan is ‘America’s Pledge’. Ondernemers uit de publieke en privésector willen ervoor zorgen dat de VS grote inspanningen blijft doen om de emissie te verlagen.

Zorgt de coronacrisis voor een lagere CO2-uitstoot omdat er minder auto- en vliegverkeer is?

Espinosa: Ik kom uit Mexico-Stad, een van de meest vervuilde steden. Natuurlijk is dit een verademing, er is minder verkeer en dus minder smog. We willen ook allemaal dat het zo blijft. We staan niet te springen om de stadslucht weer te vervuilen. Dit is onze kans om het anders te doen.

Copyright Der Spiegel / Vertaling: Cynthia Van Muylder

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content