Verslag nieuwjaarsreceptie N-VA: over viriliteit, een nerveuze De Wever en nieuwe Jonge God Francken

Hoe was het nieuwjaarsfeestje echt, waar wringt het? Politiek journalist van VTM Jan De Meulemeester zocht het uit voor Knack.be.

We zijn op alle grote politieke nieuwjaarsrecepties. We willen weten wat de politieke boodschap is, maar ook hoe de partij in haar vel zit. We spreken met mandatarissen van hoog tot laag, maar ook met militanten. Wie valt onverwacht of plots ook op naast de evidente toppers, wie is op dit jaarlijks feestje van de voorzitter, een nieuwe spreekwoordelijke Robin naast de Batman? Een nieuwe held? En waar wringt het schoentje, waar zit het kiezelsteentje, de dissonant, de dissident: we zoeken in het feestgedruis naar de valse noten.

Size does matter: 4000 militanten in de Mechelse Nekkerhal. De partij wil haar militanten verbluffen. Honoreren ook: wij, jullie, samen zijn wij winnaars, tot deze club wíl je behoren. De muur van schuimwijn als je binnenwandelt. Een 40 meter breed N-VA-logo op het enorme podium. De grootste zijn en dat ook tonen. Het eens goed breed laten hangen, want dat verdienen we. Opzwepende muziek, een forse toespraak: wie winnaar wil zijn moet om te beginnen de taal van de winnaar spreken.

Het is ook geen nieuwjaarsreceptie, maar een nieuwjaarsfeest. Na de toespraak van de voorzitter begint er meteen een fuif. ‘Geen saai gewauwel’ zegt een militant ‘maar meteen dansen, de beentjes los.’ Het trekt ook veel jong schoon volk naar voren in de zaal, de camera’s registreren dat. Viriliteit. De N-VA wil sexy zijn.

Bart De Wever
Bart De Wever© Belga Image

Blikken van gewone militanten zijn veelzeggend. Mensen die ver van de Wetstraat staan, of zelden exquise gelegenheden kunnen bijwonen, belanden hier op hun grootste feestje ooit. Onder de indruk, wat onzeker om zich heen kijkend: zo’n grote zaal, al die ministers, al die BV’s, overal drank en al dat gratis eten. Ze staan rijen dik aan te schuiven voor een fotomoment bij drie hokjes: een met Bart De Wever, een met de Vlaamse ministers en een met de federale ministers. En dan de vele selfies in de zaal met deze of gene politieke ster: allemaal voor op de persoonlijke hall of fame op Facebook en Twitter.

De toespraak

Net zoals Wouter Beke die dag heeft ook Bart De Wever voorheen reeds zijn punt gemaakt in de kranten. Dat hij de actuele vluchtelingenproblematiek net na de zomer al heeft voorspeld, en dat we met zijn allen moeten ‘volharden’ in de besparingsinspanningen. De eerste beloning lonkt om de hoek: volgens het loonbriefje van januari zullen we netto wat meer verdienen dan voorheen. De PS moet er onvermijdelijk ook nog even aan geloven, al is het maar om de leden er aan te herinneren uit welk politiek dal ze menen te komen.

Maar De Wever heeft met deze toespraak geen van zijn bakens verzet, vormelijk noch inhoudelijk. Dat deed hij, zoals gezegd, in september al. ‘Hij is bijzonder nerveus’ zegt een vertrouweling die hem voor de speech sprak. En dat valt te merken. De beste tong van de Wetstraat heeft wat tijd nodig om op dreef te komen. Zijn enorme bekommernis om een geslaagde causerie, zijn minutieuze voorbereiding, de latente onzekerheid op het podium, staan in contrast met het imago van de vlijmscherpe, eloquente en soms meedogenloze debater.

De Robin

Bart De Wever hijst Theo Francken op het schild. Tot drie maal toe vermeldt en bedankt hij de staatssecretaris. Hij heeft het over ‘Theo uit het Leuvense. Of Leuven’, verwijzend naar de geruchten over een mogelijke verhuis van Lubbeek naar Leuven en het burgemeesterschap daar. En als er speculaties zijn over wie in 2017 De Wever zou opvolgen als voorzitter, laat hij daar ook niet na de aanwezigen te triggeren. Na een aanhoudend applaus voor Francken grapt De Wever: ‘Let op of straks sta jij hier.’ Francken mag ook de fuif inzetten als gast-dj. De N-VA ontdekt haar nieuwe jonge God.

Het voedt speculaties onder de aanwezige journalisten over het volgende voorzitterschap – het Theo-scenario. Daar wordt heel de avond ook naarstig off te record naar gepeild, maar niemand lost iets. ‘Te jong, te veel straatvechter’ werpt een parlementslid op, ‘maar dat werd ook gezegd voor hij staatsecretaris werd, en de buitenwacht vond dat ooit ook van de De Wever.’

Theo Francken en Bart De Wever
Theo Francken en Bart De Wever© Belga Image

De moeilijke gebeurtenissen van de voorbije maanden hebben veroorzaakt dat in de nieuwsstroom opeenvolgend twee federale politici dominant aanwezig waren: de terreurdreiging bracht Jan Jambon op het voorplan, en aansluitend was er de vluchtelingencrisis met Theo Francken. Allebei N-VA’ers, tot spijt van wie het benijdt onder de coalitiepartners.

De aard van de kwesties zet beide politici ook op een tandem: het gaat in essentie twee maal om een probleem dat voor veel Vlamingen ‘van buitenaf’ lijkt te komen. Het buitenland komt naar binnen: een deel ervan willen we opvangen, en ander deel maakt ons geweldig bang. Francken en Jambon kunnen die tweespalt managen, en tegelijk als rechtse politici de forse, gedecideerde communicaties voeren, waar burgers in tijden van angst meer naar verlangen – zeker hun kiezers, maar ook ver daarbuiten.

De kiezelsteen

Die is er niet, en net dat is de kiezelsteen: de ijdelheid, de vanitas, de aanhoudende overwinningsroes bij de militanten. Dat genereert soms kritiekloosheid, en naïeve dromen: alsof die partij werkelijk alles kan veranderen en oplossen voor iedereen, arm en rijk, en dat op haar eentje. ‘Ik maak mij heel, heel grote zorgen’ zegt een minister tussen al het feestgedruis in ‘over de budgetten. We zijn verre van rond, er is te weinig geld en de markten zijn heel onvoorspelbaar.’

N-VA’ers zijn doordrongen van de redenering dat we nu moeten volharden, en de beloning later komt. ‘Je kan geen ei bakken zonder de schaal te breken’, klinkt het. Vraag is of er tegen 2019 effectief een omelet in zit. Een kleine en exportgerichte economie als de onze deint al bij al op de tendensen van onze grotere buurlanden. Als de internationale context verkeerd uitdraait wordt het moeilijk om de vele Vlaamse beloftes in te lossen.

Waar haast niemand nog over spreekt is het communautaire. Het partikeltje actieve Vlaamse Beweging dat nog overblijft sinds de N-VA er met de stofzuiger door ging, blijft de partij daar op aanvuren. N-VA moet hier omzichtig mee omgaan. Enerzijds zijn de antwoorden op de Doorbraak-vragen ondertussen welbekend, anderzijds doen steeds meer N-VA’ers de niet partijpolitieke flaminganten af als zeurpieten.

Dat is hovaardig. Want het zijn diezelfde zeurpieten waar de partij in barre tijden kon op bouwen, toen Bart De Wever op zijn nieuwjaarsreceptie alle aanwezigen trakteerde en twee bierbakken daarbij nog volstonden. Het zijn ook diegenen die het DNA van de partij bewaken. Soms wat te militant, als een heilige graal, maar ja: iemand moet het doen. Het rentmeesterschap van de partij ligt deels bij hen, maar ze voelen zich tegenwoordig wat uitgespuwd door de politieke vrienden. Dat kan veel venijn opleveren in de aanloop van volgende verkiezingen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content