Vrije Tribune

Verkiezingen, luxeverzuim en paardenstaarten: de paradox van de geloofwaardigheid

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Binnenkort worden we in het journaal opnieuw geconfronteerd met een reporter die zijn microfoon duwt onder de neus van ouders die hun kinderen reeds vóór de start van de grote vakantie op het vliegtuig richting zonnige oorden loodsen.

In de aanloop naar de verkiezingen van 25 mei bleken sommige huisartsen bereid ziektebriefjes op te stellen om een afwezigheid als bijzitter of voorzitter te rechtvaardigen. Dit leidde tot onrust bij de Orde der Geneesheren zoals blijkt uit het persbericht: “dat een medisch attest een getuigschrift is dat een feit van medische aard vaststelt en bevestigt op grond van eigen ondervraging en onderzoek”; “dat het wordt afgeleverd door de arts die het feit zelf heeft vastgesteld” en “dat het vanzelfsprekend volledig waarheidsgetrouw dient te zijn en alleen medische vaststellingen over de patiënt zelf inhoudt”.

Een persbericht van een Orde die zich zorgen maakt over de waarde van de handtekening van zijn leden én over de geloofwaardigheid van het ganse geneeskundige beroep. Om deze geloofwaardigheid te bewaken, beschikt de Orde over tuchtrechtelijke bevoegdheid. Het volgende stressmoment dient zich binnenkort al aan. Dan worden we namelijk in het journaal opnieuw geconfronteerd met een reporter die zijn microfoon duwt onder de neus van ouders die hun kinderen reeds vóór de start van de grote vakantie op het vliegtuig richting zonnige oorden loodsen. “Toch niks meer te leren én de huisarts maakt er geen probleem van om een briefje te schrijven” dixit de ouders. De artsen opnieuw met de broek op de enkels. Een persbericht om huisartsen op te roepen luxeverzuim niet te legitimeren, wordt best nu al voorbereid.

Ook de knieën van de dierenartsen worden met de regelmaat van de klok ontbloot, en dat in het dossier van de Belgische trekpaarden. De traditie wil namelijk dat deze als veulen geblokstaart worden. De meeste fokkers zweren nog steeds bij deze praktijk, ook al werd die jaren terug bij wet verboden. Zij zetten druk op hun dierenarts die wel eens een welwillendheidattest schrijft om het couperen van de staart te verantwoorden.

Niet alleen het welzijn van de veulens komt hier flagrant in het gedrang – reden waarom deze ingreep bij wet verboden werd – deze manier van handelen, reduceert de waarde van de handtekening van de dierenarts tot nul. Dat sommige politici openlijk het blokstaarten bleven verdedigen nadat het bij wet verboden was, én het feit dat het blokstaarten in Frankrijk nog steeds is toegelaten, helpt de zaak niet. Zodoende gaan enkele dierenartsen nog steeds over stag zonder zich de verstrekkende gevolgen te realiseren: ze ondermijnen het imago van de dierenarts als behoeder van het dierenwelzijn en tasten de geloofwaardigheid aan van al de confraters, net zoals huisartsen dat doen bij verkiezingen en vlak voor vakanties. Ondertussen roept de Raad voor Dierenwelzijn in een recent persbericht de volgende regeringen op om de veulenpremie die nu door de Vlaamse en Waalse minister van Landbouw uitgekeerd wordt voor elk geboren trekpaard, niet meer te verlenen voor veulens die zijn geblokstaart en deelname van geblokstaarte trekpaarden aan prijskampen te verbieden.

Ook de Orde der Dierenartsen heeft tuchtrechtelijke bevoegdheid om dierenartsen die zich schuldig maken aan het opstellen van welwillendheidattesten te straffen. Daarmee zou de kous af moeten zijn, maar… Recentelijk werd een dierenarts in beroep vrijgesproken nadat die in eerste aanleg door de Orde was veroordeeld tot een schorsing voor het couperen van trekpaardveulens zonder diergeneeskundige noodzaak én het afleveren van bijhorende attesten. Het arrest van de Gemengde Raad van de Beroep legt de zwakte in de Dierenwelzijnswet van 1986 bloot: de wetgever heeft de bewijslast voor de zogenaamde diergeneeskundige noodzaak – dé wettelijke uitweg om af te wijken van het algemene principe dat bij gewervelde dieren gevoelige delen niet mogen worden beschadigd of verwijderd – niet expliciet bij de dierenarts gelegd.

Je kan dit alles positief bekijken: de wetgever heeft zoveel vertrouwen in dierenartsen dat hij er vanuit gaat dat zij hun recht om af te wijken van het wettelijk basisprincipe niet zullen misbruiken. Zodoende werd de bewijslast niet specifiek aan hen toegewezen. En dat is ook de redenering die in beroep in bovenstaande casus werd gevolgd: zolang er twijfel bestaat, moet er vanuit gegaan worden dat de dierenarts alleen attesten opstelt als daar een gegronde reden voor bestaat; in dit geval omdat een diergeneeskundige noodzaak moet hebben bestaan voor de kwestieuze staartamputaties.

Noem dat de paradox van de geloofwaardigheid: de wetgever heeft alle vertrouwen in de dierenarts, wijst hem of haar om die reden de bewijslast niet toe en laat na het medisch dossier te omschrijven. Diezelfde dierenarts die door de Orde (die er voor moet zorgen dat de dierenarts waakt over het dierenwelzijn) omwille van het schrijven van welwillendheidattesten wordt gestraft, wordt echter in beroep vrijgesproken omdat te weinig bewijs bestaat dat er geen medische noodzaak bestond; bewijs dat de Orde moet leveren, niet de dierenarts (sic).

Om uit deze cercle vicieux te geraken, moeten trekpaardenfokkers gesensibiliseerd worden om hun folklore los te laten en de relatie met hun dierenartsen niet te misbruiken, in analogie met wat de Orde der Geneesheren daarover schrijft: “de patiënt die zonder medische reden de arts om een ongeschiktheidsattest verzoekt, maakt misbruik van de noodzakelijke vertrouwensrelatie arts-patiënt”. Dierenartsen moeten gewezen worden op de waarde van hun handtekening, geïnspireerd door hetzelfde persbericht van de Orde der Geneesheren: “de arts die een dergelijk attest aflevert, ondermijnt ernstig de waarde die medische attesten moeten hebben, opdat ze hun geloofwaardigheid blijven behouden”. Ondertussen maakt de Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen best werk van een uitbreiding van de Code der Plichtenleer door het bijhouden van een medisch dossier, zeker in het geval van caudotomie, verplicht te maken. De wetgever doet best hetzelfde om zodoende de bewijslast naar de dierenarts te verschuiven. Als dan ook de nieuwe regeringen de oproep van de Raad voor Dierenwelzijn volgen én politici zich onthouden van het openlijk steunen van onwettige praktijken, zal het welzijn van de trekpaarden er een stuk op vooruit gaan. De overgrote meerderheid van de dierenartsen zal daar heel blij mee zijn, alleen enkele hardcore paardenfokkers zullen treuren.

Prof. dr. Sarne De Vliegher

Voorzitter Nederlandstalige Gewestelijke Raad van de Orde der Dierenartsen;

Ondervoorzitter Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen;

Professor Diergeneeskundige recht, deontologie en praktijkmanagement, Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content