De uitspraak van de Antwerpse kortgedingrechter, na klachten van omwonenden van de Sinksenfoor, volgt pas volgende week. Dat is na de opening zaterdag, ‘we willen de foor dan ook niet verbieden, wel eisen we milderende maatregelen.’
Voor de Antwerpse kortgedingrechter zijn de pleidooien gehouden rond de milieustakingsvordering die enkele omwonenden van de site Spoor Oost hebben ingediend in het kader van de verhuis van de Sinksenfoor. De omwonenden vragen meer flankerende maatregelen rond geluidsimpact en mobiliteit, een minder lange openingstijd én een nieuwe locatie vanaf volgend jaar. De uitspraak volgt volgende week donderdag. Dat is na de opening van de Sinksenfoor op zaterdag, maar de verzoekende partij vraagt dan ook niet om die volledig te verbieden.
30 procent meer omwonenden
De Sinksenfoor verhuist dit jaar naar Spoor Oost omdat ze na klachten van buurtbewoners moest verdwijnen van de Gedempte Zuiderdokken. Ook op de nieuwe locatie is er echter heel wat buurtprotest. Gevreesd wordt dat de Sinksenfoor de mogelijkheid doorkruist om van Spoor Oost een park te maken. Daarnaast heerst er ongerustheid over de geluids- en verkeersoverlast die de foor zal meebrengen.
‘We willen de foor dit jaar niet verbieden, maar eisen wel meer milderende maatregelen’, zegt meester Marleen Ryelandt, die Bewonersvereniging Park Spoor Oost en 42 buurtbewoners vertegenwoordigt bij de milieustakingsvordering. ‘In vergelijking met de Gedempte Zuiderdokken zijn er zelfs 30 procent meer omwonenden en het terrein ligt hoger, zodat het geluid tot ver te horen is.’
Theoretisch dagvaardt stad zichzelf
De stad Antwerpen stelde dan weer dat de milieustakingsvordering onontvankelijk zou zijn omdat de omwonenden eigenlijk namens de stad zouden procederen en theoretisch gezien de stad dus zichzelf dagvaardt, wat absurd zou zijn.
In 2012 werd om die reden ook al eens een kort geding rond de Sinksenfoor op de Gedempte Zuiderdokken afgewezen. Indien de rechter toch ten gronde op de zaak zou ingaan, argumenteert de stad dat ze al maatregelen tegen overlast trof en dat de klagers niet kunnen aantonen dat er effectief inbreuken op wettelijke normen zouden ontstaan tijdens de Sinksenfoor. (Belga/AVE)
