Sciensano krijgt de wind van voor in coronacommissie

Niet alleen de oppositie, maar ook binnen de meerderheid, is dinsdag ontstemd gereageerd op de presentatie van Sciensano in de bijzondere commissie die zich in de Kamer buigt over de aanpak van de coronacrisis. Heel wat kamerleden waren er niet over te spreken dat Sciensano niet kwam met cijfers over de ziekenhuisopnames en sterfgevallen.

N-VA vroeg uiteindelijk zelfs een stemming om de bevoegde minister naar de commissie te halen. Die werd weggestemd.

Sciensano had dinsdag normaal cijfers moeten voorstellen over de COVID-19 gerelateerde ziekenhuisopnames en mortaliteit. Maar die kwamen er dus niet. In de plaats legde Koen Blot van de instelling uit waarom het moeilijk is om ziekenhuizen met elkaar te vergelijken op basis van de “ruwe cijfers” waarover Sciensano beschikt. Zo wees hij er op dat geen gegevens beschikbaar zijn over leeftijd, geslacht, onderliggende aandoeningen, etc – zaken die een invloed hebben op de mortaliteit. “Een ziekenhuis dat gemiddeld meer gezonde patiënten opneemt, heeft misschien lagere sterftecijfers. Hetzelfde geldt voor een ziekenhuis met een kleine intensieve zorg”, zei Blot. “Je botst op heel wat interpretatiemoeilijkheden.”

Bovendien houden ruwe cijfers volgens Blot het gevaar in dat er een ranking zou ontstaan van de ziekenhuizen. Dat kan volgens hem het crisisbeheer in die ziekenhuizen in het gedrang brengen. Bepaalde ziekenhuizen kunnen in dat geval kampen met een “overstroming” van patiënten, of zelfs ervoor kiezen om anders te gaan rapporteren, zei hij.

De oppositie was niet te spreken over de presentatie. “Deze cijfers zijn essentieel om de impact van de crisis verder te onderzoeken. De argumenten van Sciensano om ze niet te geven grenzen aan de onzin en minachting voor het parlement. Een upgrade van deze commissie naar een volwaardige onderzoekscommissie lijkt nu onafwendbaar”, zei Frieda Gijbels (N-VA). Ze werd bijgetreden door Dominiek Sneppe van Vlaams Belang, die zei dat de commissie geen aanbevelingen kan schrijven als ze cijfermateriaal opvraagt en dat niet krijgt. “Die data moeten openbaar gemaakt worden. We zijn volwassen genoeg om die cijfers te interpreteren. Sciensano heeft niet het recht om de bevolking te ontzeggen om die cijfers te kennen”, zei ook Sofie Merckx (PVDA).

Binnen de meerderheid was vooral Karine Jiroflée (Vooruit) scherp. “Ik vind die presentatie not done, ik voel mij misleid. (…) Dit is een bijzondere manier van werken, surrealistisch zelfs”, zei Jiroflee, die ook wees op het controlerecht van het parlement. “Ik stel voor dat we de zitting afsluiten en een nieuwe inplannen. Ik heb hier heel grote moeite mee. Dit is een onderschatting van het parlement in het algemeen en van deze commissie in het bijzonder. Ik voel mij als een klein kind behandeld. Ik ben hier heel boos over.”

Ook cdH, PS, MR en CD&V pleitten dinsdag voor “meer transparantie”. En ook commissievoorzitter Robby De Caluwé (Open Vld) wees op het controlerecht van het parlement en zei dat hij hoopte dat er toch nog meer toelichting zou komen. Het was niet Blot, maar wel directeur van Sciensano Christian Léonard die repliceerde. Hij wees erop dat de beslissing om de ruwe gegevens als zodanig niet te communiceren werd genomen in samenspraak met verschillende diensten. “Maar de wet is de wet (…) en als we het bevel krijgen om te cijfers te publiceren zullen we dat ook doen, geanonimiseerd weliswaar.”

Sophie Quoilin van Sciensano stelde voor dat de kamerleden met specifieke vragen zouden komen, waarop Sciensano dan met alle partners zou bekijken om met een antwoord zou komen. Die repliek was onvoldoende voor N-VA-lid, Frieda Gijbbels, die de bevoegde minister van Volksgezondheid opvorderde en daar uiteindelijk zelfs een stemming over vroeg. Die haalde het niet.

Uiteindelijk werd overeengekomen om de vragen te stellen aan de minister tijdens een actualiteitsdebat volgende dinsdag. Voorzitter De Caluwé stelde voor om tijdens de volgende zitting een methodologie te bespreken wat betreft de cijfers van Sciensano.

Partner Content