Schrijfster Jozefien Daelemans over “cancel culture”: ‘We moeten harder optreden tegen onlinehaat’

Jozefien Daelemans: 'De zogenaamde cancel culture kan ontzettend toxisch en onproductief zijn.' © Diego Franssens

‘Er is heel weinig bereidheid om ons zelfs maar een klein beetje aan te passen’, zegt schrijfster en columniste Jozefien Daelemans naar aanleiding van het debat over Fawlty Towers, Gone with the Wind en F.C. De Kampioenen.

Als hoofdredactrice stond ze vijf jaar lang aan het roer van Charlie Magazine. Het blad kende een kortstondig bestaan maar maakte indruk met zijn ’taboeloze vrouwelijke blik’ op de wereld, door jonge redactrices van diverse pluimage die persoonlijke verhalen schreven over seksisme, gendermythes en alledaags racisme. ‘Wij waren een kweekvijver van talent’, zegt Jozefien Daelemans, gezeten op het terras van museumcafé MIKA in het prachtige Middelheimpark.

Begin juni werd in Ekeren een beeld van de omstreden Leopold II van zijn sokkel gehaald en naar het depot van het Middelheimmuseum overgebracht. ‘Ik begrijp de woede van degenen die deze beelden weg willen’, zegt ze. Stilstaand bij het huidige debat over racisme en dekolonisatie vindt Daelemans het ontnuchterend hoe langzaam alles gaat. ‘In Vlaanderen is het lastig om zelfs maar te erkennen dat racisme bestáát. Maar niemand beweert dat iedereen hier een racist is, wel dat we een probleem hebben met structureel racisme. Ik denk wel dat het bewustzijn bij de jongere generatie daarrond veel groter is.’

Waaruit leidt u dat af?

Jozefien Daelemans: Als ik kijk naar mijn eigen tienerzonen, dan groeien die toch op met totaal andere referentiepunten dan mijn generatie. Zij kijken veel naar buitenlandse media, zeker naar buitenlandse YouTubers en Instagramkanalen. Voor hen is het normaal om zwarte mensen aan het woord te zien over Black Lives Matter of white privilege. Dat zit gewoon in hun social media feed. Zij zitten ook in de klas met kinderen met Congolese roots, die hen bijvoorbeeld zeggen dat ze het naar vinden als iemand het n-woord gebruikt. Mijn zonen gaan daar op een open en relaxte manier mee om.

Als iemand naast dit tafeltje komt staan en ermee dreigt ons te verkrachten, zou de cafébaas de politie bellen. Maar op sociale media?

Het uit Amerika overgewaaide concept ‘white privilege’ is omstreden – niet gediscrimineerd worden mag toch geen privilege heten, zeggen critici – maar u gebruikt het begrip wel.

Daelemans: Wit privilege betekent gewoon dat je als witte persoon een aantal voordelen hebt die een zwarte persoon niet heeft. Een zwarte vriendin weet dat als zij een vliegtuig moet nemen, ze waarschijnlijk zal worden gecontroleerd. Diezelfde vriendin vertelde laatst dat ze een Airbnb-profiel had aangemaakt. Daarvoor had ze een foto van haar witte man gebruikt, omdat ze met een zwarte profielfoto minder kans heeft om een vakantiehuis te huren. Als je geen zwarte vrienden of collega’s hebt, weet je die dingen niet. Maar als je dat hoort, dan besef je: over mijn huidskleur hoef ik me in elk geval geen zorgen te maken.

Ik begrijp ook wel dat de term weerstand opwekt, omdat het lijkt alsof witte mensen alle voordelen hebben en nergens last van hebben. Maar aan de andere kant gaat er nu bij jonge antiracismeactivisten wel heel veel aandacht naar het wikken en wegen van het juiste woord en de juiste toon, in plaats van naar de kern van de zaak.

U leidde bij Charlie Magazine een jonge, diverse redactie. Met name vrouwen van kleur die publiek stelling nemen, moeten tonnen haatbagger op de sociale media voor lief nemen, ondervond u.

Daelemans: Dat gaat ver. Uit onderzoek van onder andere Amnesty International blijkt ook dat vrouwen en zeker vrouwen van kleur online veel harder worden aangevallen. Ongeacht welke standpunten ze innemen, het gaat gewoon over hoe ze eruitzien. Die haatcampagnes zorgen ervoor dat sommige van die vrouwen zich ofwel terugtrekken uit de sociale media en het publieke debat, ofwel zichzelf gaan censureren en niet meer praten over hun kleur of over seksisme, omdat het hen emotioneel te zwaar valt. Maar zo krijg je wel een schraal debat. Alleen de luidste roepers en degenen met het dikste olifantenvel blijven dan nog over.

Ook mannen krijgen op sociale media bagger over zich heen, maar bij vrouwen is het anders: de haat is meer gericht op hun uiterlijk, geaardheid of huidskleur en de strekking ervan is vuiler en agressiever. Vrouwen worden voor ‘vuile hoeren’ en ‘kutwijven’ uitgemaakt, met verkrachting en moord bedreigd: ik kom je afmaken, ik weet je kinderen wonen… Denk ook aan wat politica’s als Jessica Schoors (Groen) en Sihame El Kaouakibi (Open VLD) over zich heen krijgen. Gelukkig blijven ze ervoor strijden om zulke praktijken aan te pakken.

Moeten we harder optreden tegen onlinehaat?

Daelemans: Zeker. In het echte leven pikken we dat gedrag ook niet. Stel je voor dat iemand naast dit tafeltje komt staan, ons de huid begint vol te schelden en ermee dreigt ons te verkrachten. Dan zou de cafébaas ingrijpen en de politie bellen. Maar digitaal laten we dat passeren. Dat is een rare discrepantie.

Hetzelfde met fake news. Als iemand nepnieuws schrijft in een journalistiek medium, wordt die door de Raad voor de Journalistiek op de vingers getikt. Twitter is nu wel begonnen met disclaimers bij sommige tweets van Donald Trump, om te waarschuwen dat het gaat om nepnieuws of aanzetten tot haat. En onder druk van grote adverteerders wordt zelfs Mark Zuckerberg gedwongen om Facebook strenger te laten optreden tegen racistische en haatdragende berichten. Op zich zijn dat hoopgevende signalen, maar je kunt je afvragen of het voldoende is. Sociale media hebben te veel impact op het publieke debat om ze zomaar te laten betijen. Ons verkeer zit bomvol regels en controles, en dat aanvaarden we, anders krijg je ongelukken aan de lopende band. Maar de digitale snelwegen laten we compleet ontsporen.

Ook offline is het voor vrouwen lastiger om aan publieke discussies en debatten deel te nemen, schrijft u. Hoe zit dat?

Daelemans: Onderzoek laat bijvoorbeeld zien dat aan gemengde vergadertafels mannen automatisch het woord nemen en vrouwen steevast het gevoel hebben dat ze in de discussie moeten inbreken. Sommige mannen hebben ook de neiging om vrouwen uit te leggen hoe de dingen in elkaar zitten – het zogenaamde mansplaining – zelfs als het gaat over expertise waarin de vrouw in kwestie eigenlijk veel meer onderlegd is. Het is ook een feit dat vrouwen in gesprekken of debatten stelselmatig door mannen worden onderbroken. Je ziet dat vaak in De afspraak. Mannelijke gasten in de studio krijgen ook meer minuten spreektijd, of nemen die gewoon. En als een vrouw haar stem verheft of een duidelijk standpunt inneemt, wordt ze al snel een bitch genoemd. Als een man exact hetzelfde doet, is hij een leider en is hij zeker van zijn stuk. Dat zorgt er ook voor dat je als vrouw in het publieke debat de hele tijd moet nadenken: hoe moet ik spreken, hoe luid, op welke toonhoogte?

Ook wat ze aanhebben is voor vrouwen een lastige kwestie.

Jozefien Daelemans: 'Er gaat in het antiracismedebat wel heel veel aandacht naar het wikken en wegen van het juiste woord, in plaats van naar de kern van de zaak.'
Jozefien Daelemans: ‘Er gaat in het antiracismedebat wel heel veel aandacht naar het wikken en wegen van het juiste woord, in plaats van naar de kern van de zaak.’© Diego Franssens

Een mannelijke politicus staat daar waarschijnlijk niet bij stil?

Daelemans: Nee, die denkt waarschijnlijk zelfs niet na over hoe zijn haar zit. Terwijl die dingen bij vrouwen heel veel breinruimte innemen. Je kunt natuurlijk zeggen: daar moet je je als vrouw in de publieke arena allemaal niets van aantrekken. Maar die vrouwen wil ik dan graag eens ontmoeten en hen vragen hoe ze dat doen.

In een van uw columns wijst u op de gelijkenissen tussen de #MeToo-beweging, volgens u het belangrijkste culturele fenomeen van de voorbije decennia, en Black Lives Matter. Hoe ziet u dat?

Daelemans: Qua culturele impact krijgt #MeToo nu wel stevige concurrentie van #BLM. Maar ik zie inderdaad een aantal overeenkomsten. Om te beginnen is er die overkoepelende hashtag, voor een brede, heel diverse internationale beweging. En ook BLM is, net zoals de MeToo-beweging, in korte tijd echt ontploft, met een stortvloed van getuigenissen en verhalen. In beide gevallen kwam er ook snel een tegenreactie. Het idee dat de slinger doorslaat, terwijl die slinger natuurlijk gewoon een beetje meer naar het midden komt, maar voor een aantal mensen is dat blijkbaar bedreigend. Bij #MeToo vonden sommigen het na een aantal weken al welletjes. Er werd geklaagd over verstikkende politieke correctheid waarin niets meer mag, grapjes die niet meer kunnen, en het feit dat alles ons wordt afgepakt. Allemaal dingen die vandaag ook in verband met BLM worden gezegd.

U bent het daar niet mee eens?

Daelemans: De zogenaamde cancel culture bestaat, zeker in de Verenigde Staten, en kan ontzettend toxisch en onproductief zijn. Maar er is een hemelsbreed verschil tussen kritiek krijgen en gecanceld worden. Er mag nog altijd ontzettend veel en er wordt helemaal niets afgepakt. Neem nu de heisa over de Fawlty Towers-aflevering die de BBC van haar streamingdienst had gehaald. Of over de film Gone with the Wind, die bulkt van de racistische stereotypen en die door een aantal onlineplatformen offline werd gehaald. Er werd moord en brand geschreeuwd, maar de bewuste aflevering van Fawlty Towers stond een paar dagen later opnieuw online, zij het met een disclaimer. Idem voor Gone with the Wind. Ik begrijp niet waar mensen zich druk over maken. Als ik naar een reeks op de BBC kijk, krijg ik vaak disclaimers die waarschuwen voor geweld of expliciet taalgebruik. Waarom dan geen waarschuwing voor een min of meer racistische inhoud? Voor iemand die niet weet wanneer Gone with the Wind is gemaakt, kan een beetje context geen kwaad. Van censuur is geen sprake. De ophef die daarover is ontstaan, laat wel zien hoe weinig bereidheid er is om ons zelfs maar een klein beetje aan andere mensen aan te passen.

Het echte verschil met vroeger lijkt me dat er nu vaker kritiek komt. Na #MeToo bleef men in De Slimste mens ter wereld ook verkrachtingsgrappen maken, maar daar volgden veel meer afkeurende reacties op dan ervoor. Zo zal het nu ook gaan. Je kunt rustig grappen blijven maken ten koste van alweer vrouwen of zwarte mensen, maar de kans is vandaag groter dat je dan kritiek krijgt.

In navolging van een internationale brief tegen ‘cancel culture’, met ondertekenaars als J.K. Rowling en Salman Rushdie, verscheen ook in Vlaanderen en Nederland een manifest ter verdediging van het vrije woord, ondertekend door onder meer N-VA-politicus Theo Francken. U zou zo’n brief niet steunen?

Daelemans: Nee, dat denk ik niet. Wat mij onder meer stoort aan die brieven, is dat ze zo vaag blijven. Er wordt beweerd dat mensen hun baan of onlineplatform verliezen omdat ze politiek incorrecte uitspraken hebben gedaan. Maar ik heb dat in Vlaanderen nog niet zien gebeuren en ook de internationale voorbeelden overtuigen niet helemaal. J.K. Rowling heeft inderdaad giftige kritiek gekregen op Twitter na haar uitspraken over transmensen, maar haar boeken verkopen nog altijd even goed en ze is online nog even actief als daarvoor.

Wat me nog het meest opvalt, zeker in Vlaanderen, is de selectieve verontwaardiging. Waar waren die solidaire opiniestukken toen schrijfster Dalilla Hermans jarenlang de meest viscerale haat over zich heen kreeg? Waar waren de open brieven toen Rachida Lamrabet en Youssef Kobo werden ontslagen? Waar was de ongerustheid van de Vlaamse intelligentsia toen de moeder van Anuna De Wever elke week in het politiekantoor zat om een doodsbedreiging tegen haar dochter aan te geven? Dezelfde mensen die toen zeiden: if you can’t stand the heat, stay out of the kitchen, maken zich nu zorgen over J.K. Rowling. Het zou geloofwaardiger zijn als men even bezorgd was wanneer het mensen overkomt waarmee men zich minder kan identificeren.

Intussen heeft de VRT een paar oude afleveringen van F.C. De Kampioenen met terugwerkende kracht gecanceld vanwege vermeende racistische grappen.

Daelemans: Ik ben opgegroeid met die afleveringen van F.C. De Kampioenen en om eerlijk te zijn: toen passeerde dat allemaal. Maar als ik dat nu vertel aan mijn zonen, dan zijn die gechoqueerd: wát? En dat in een familieprogramma? Normen en waarden verschuiven. De woordvoerder van de VRT zei bovendien dat de afleveringen misschien opnieuw online komen, maar dan met duiding.

Merken we daaraan de culturele impact van bewegingen als MeToo en BLM?

Daelemans: Ja, en ook aan het feit bijvoorbeeld dat er vandaag andere stemmen aan bod komen dan twintig jaar geleden. Ik zag ooit een plaatje van een schoolbord met daarop drie zinnetjes die ik altijd heb onthouden: Who is writing the stories? Who benefits from the stories? Who is left out of the stories? Verhalen zijn belangrijk voor ons collectief bewustzijn en voor hoe we naar de wereld kijken. Als die verhalen worden verteld door meer verschillende mensen, en niet uitsluitend door één specifieke groep, krijgen we een rijker en genuanceerder beeld van de werkelijkheid.

Tot slot: Charlie Magazine maakte er een punt van om de heersende, onrealistische schoonheidsidealen te doorprikken en foto’s van echte, niet gefotoshopte vrouwen te laten zien. Hebben die beelden echt zoveel impact?

Daelemans: De gemiddelde vrouwenmaat in België en Nederland is 40-42, maar modellen met die maat worden in het jargon plusmodellen genoemd. De impliciete boodschap is dus dat al de gemiddelde Belgische en Nederlandse vrouwen te dik zijn. Twintig jaar geleden was een model 8 procent slanker dan de gemiddelde vrouw, vandaag is dat maar liefst 23 procent. De schoonheidsidealen zijn dus steeds onrealistischer geworden. Al die gefilterde en gefotoshopte Instagrambeelden zijn voor vrouwen overweldigend. Voor meisjes ligt de nadruk daardoor duidelijk op het uiterlijk. Als dát het enige is waar de aandacht naartoe gaat, en niet naar hun capaciteiten, hun intelligentie of hun opleiding, is dat weggegooid potentieel.

Jozefien Daelemans

– Geboren in 1979

– Studie beeldende kunsten (Sint Lucas Antwerpen)

– 2001: illustrator, vormgever en later artdirector bij Sanoma Magazines

– 2014-2019: hoofdredactrice van Charlie Magazine

– 2019: publiceert De naakte waarheid: bodybullshit ont(k)leed

– 2020: columniste bij De Standaard; heeft onder de naam Roxie een striprubriek in Het Nieuwsblad

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content