Rekenhof plaatst aantal kritische kanttekeningen bij Vlaamse begroting

Bart Tommelein © BelgaImage

Het Rekenhof plaatst een aantal kritische kanttekeningen bij de Vlaamse begroting. Het blijft bijvoorbeeld vragen hebben bij de manier waarop de Vlaamse regering het Oosterweel-project in rekening brengt, zeker nu blijkt dat naast de bouwkosten ook voor 100 miljoen euro aan adviseurskosten uit de begrotingsdoelstelling worden gehouden.

De regering-Bourgeois kondigde eind september trots aan dat ze voor 2018 een structureel gezonde boekhouding kon voorleggen. Ondanks het nominale tekort van 1,2 miljard euro – grotendeels toe te schrijven aan de eenmalige afrekening van de financieringswet – zat de begroting volgens de Vlaamse regering op koers. Bovendien had de regering een oplossing gevonden voor de energieheffing, ook bekend als de ‘Turteltaks’.

Het Rekenhof heeft de Vlaamse begroting grondig onder de loep genomen en formuleert een aantal bedenkingen. Zo blijft het Rekenhof kritisch voor de manier waarop de regering-Bourgeois omspringt met het Oosterweel-project. De regering besliste eerder al de bouwkosten van het project uit de begrotingsdoelstelling te houden.

Voor 2018 gaat het nog om een bedrag van 76 miljoen euro, maar de komende jaren loopt dat op tot 600 miljoen euro en meer. De regering schermt daarbij altijd met het achterliggende terugverdienmodel, de omvang en het strategische belang van het project. Volgens het Rekenhof blijft het onzeker of Europa die aanpak zal goedkeuren. Bovendien merkt het Rekenhof op dat de regering altijd heeft gezegd dat het enkel de bouwkosten uit de begrotingsdoelstelling zou houden.

‘Maar uit de bijgevoegde tabel blijkt ook dat de adviseurskosten ten bedrage van 100,6 miljoen euro buiten de doelstelling gehouden worden’, stelt het Rekenhof-rapport. Over de manier waarop de regering het probleem van de energieheffing heeft aangepakt, lijkt het Rekenhof grotendeels tevreden. ‘De aangekondigde maatregelen en de vernieuwde energieheffing lijken op middellange termijn het certificatenoverschot te reduceren en bij te dragen aan het beleid inzake hernieuwbare energie’, luidt het.

Toch heeft het Rekenhof ook enkele bedenkingen. Zo blijft er ook met alle wind-, zonne en warmteplannen een kloof van 1.400 GWh om in 2020 de doelstellingen rond hernieuwbare energie te halen. Het Rekenhof vraagt zich daarbij af of er voldoende middelen voorzien zijn om in dat geval hernieuwbare energie aan te kopen in het buitenland. Volgens het antwoord van energieminister Bart Tommelein in het rapport zal dat afhangen van de prijs op het moment van de aankoop, maar zijn er ‘in principe voldoende middelen beschikbaar’.

Partner Content