Professoren oneens over financieringswet

Het akkoord over een nieuwe financieringswet laat ook specialisten en academici niet onberoerd.

De reacties over de precieze impact op de Belgische geldstromen lopen maandag dan ook uiteen. “Een goed akkoord”, klinkt het bij de ene. “Niet meteen een

revolutie of een complete omwenteling”, tempert de andere.

De Leuvense econoom André Decoster is relatief positief omdat de goede elementen uit de oude wet behouden zijn, terwijl een aantal transfers en perverse effecten worden stilgelegd. Zo komt onder meer een eind aan de zogenaamde “Lambermontturbo”, waardoor het Vlaamse onderwijs meer kreeg dan strikt gezien nodig was.

In ruil daarvoor, meent Decoster, kan Vlaanderen uitkijken naar een schrapping van de perverse effecten van het solidariteitsmechanisme, die economische groei minder aantrekkelijk maakten. Tegelijk betekent de nieuwe verdeelsleutel voor het terwerkstellingsbeleid “een serieuze transfer naar Vlaanderen en dus niet omgekeerd”, argumenteerde Decoster voorts in De Morgen en op de VRT-radio.

Herman Matthijs: ‘Beperkte responsabilisering’

Een ander geluid bij VUB-professor Herman Matthijs. “Er is wel sprake van meer verantwoordelijkheden voor de gewesten, maar die zogenaamde responsabilisering vind ik toch maar eerder beperkt”, luidt zijn oordeel. Bovendien zal de echte impact pas duidelijk zijn als ook in de bevoegdheidsoverdrachten en de budgettaire sanering alle knopen zijn doorgehakt, waarschuwt hij. Het behoudt van het “dotatiesysteem” is voor hem een gemiste kans.

André Decoster: ‘Speelruimte uitgebreide opcentiemen dicht bij vraag N-VA’

Itinera-econoom Ivan Van de Cloot ziet echter wel voordelen aan het systeem met opcentiemen. Je kunt daarover discussiëren, “maar het is wel transparanter en eenvoudiger”, luidt het. “Dit model is minder complex dan wat in alle voorgaande nota’s stond. Bij de split-rate of andere oude modellen had niemand nog zicht op zijn eigen belastinginkomsten”, verduidelijkt hij. De extra speelruimte van de ‘uitgebreide opcentiemen’ komt trouwens “dicht bij de door N-VA gevraagde split-rate”, klinkt het dan weer bij Decoster.

Ivan Van de Cloot: ‘Zeker geen verarming voor Vlaanderen’

De beruchte 500 miljoen aan tijdelijke compensaties vindt Van de Cloot “niet abnormaal”. Hij spreekt tegen dat daardoor meer geld uit Vlaanderen naar Wallonië zou vloeien. “Dat bedrag blijft de eerste tien jaar hetzelfde, waardoor het eigenlijk steeds minder waarde heeft” door inflatie, aldus Van de Cloot in De Morgen. “Na die eerste tien jaar wordt het ook langzaam afgebouwd.”

“Als je het totaalplaatje bekijkt, levert dit zeker geen verarming op voor Vlaanderen”, besluit de econoom van het Itinera-instituut. Ook Decoster spreekt een verarmd Vlaanderen tegen. “Op lange termijn kan ik het zeer sterk maken dat Wallonië verliest”, verwees hij op de VRT-radio nog naar de afgebouwde solidariteit en de nieuwe sleutel voor het tewerkstellingsbeleid.

Matthijs: ‘Enorme gevolgen budgettaire sanering’

VUB-professor Matthijs ziet dat anders. Hij hamerde op de impact van de bevoegdheidsoverdrachten en de budgettaire sanering van 20 miljard euro. “Beide zullen nog enorme gevolgen hebben” op de eindafrekening. Bovendien omvat ook de sociale zekerheid nog zes à zeven miljard euro aan transfers, merkte hij op. Al lagen die de voorbije weken niet op de onderhandelingstafel. (Belga/SD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content