Toon Moonen

‘Premier Michel kan geen actie ondernemen zolang er geen eensgezindheid in zijn regering bestaat’

Toon Moonen Docent grondwettelijk recht aan de Universiteit Gent

Wat gebeurt er als een wisselmeerderheid in de commissie buitenlandse zaken van de Kamer een resolutie goedkeurt die de regering steun geeft om het migratiepact te ondertekenen? Grondwetspecialist aan de universiteit Gent Toon Moonen geeft een verhelderende uitleg.

Wat gebeurt er als een wisselmeerderheid in de commissie buitenlandse zaken van de Kamer een resolutie goedkeurt die de regering steun geeft om het migratiepact te ondertekenen? Een wisselmeerderheid zegt, grondwettelijk gesproken, op zich nog niets over het standpunt van de N-VA in de regering. De Kamer stemt wel vaker resoluties die de regering vervolgens wel, gedeeltelijk of niet kan volgen. Dat is zeker het geval in de buitenlandse betrekkingen, die volgens de Grondwet het terrein van de uitvoerende macht zijn.

Het standpunt van de N-VA is in de regering allicht wel hetzelfde als in de Kamer. Het conflict is dan ook in de ministerraad een feit. De huidige situatie is op dat vlak wel bijzonder. De ministerraad beslist in principe collegiaal, zoals enkele van mijn collega’s de afgelopen dagen al hebben benadrukt.

Premier Michel kan geen actie ondernemen zolang er geen eensgezindheid in zijn regering bestaat.

Toon Moonen, docent grondwettelijk recht aan de Universiteit Gent

De eerste minister kan dus geen acties ondernemen zolang daarover geen eensgezindheid in zijn regering bestaat. De vraag is hoe de collegialiteit in de praktijk werkt. In het dossier van de nachtvluchten onder de regering-Verhofstadt betekende dat bijvoorbeeld dat Ecolo, partij die het niet eens was met de beslissing die door de rest gesteund werd, de regering verliet. In de regering blijven betekent: politieke verantwoordelijkheid dragen voor de beslissing. Maar Verhofstadt had ook nadien nog een meerderheid.

Het is relevant dat de N-VA zich blijkbaar niet heeft verzet tegen het voorbereidende traject van het pact, inclusief de eerste minister die eerder al in New York heeft verklaard dat België het pact steunde. ‘Collegiaal’ beslissen kan in die omstandigheden ook onder hoge druk gebeuren. In het verleden zullen ministers al wel ‘collegiaal’ over dossiers hebben beslist zonder dat dat betekende dat élke regeringspartij die beslissingen in het diepst van haar gedachten steunde. De vraag is of het migratiepact voor de N-VA zwaar genoeg weegt om er de regering over te doen vallen. Dat is op dit ogenblik niet meer zo duidelijk.

Het is pas wanneer de Koning het ontslag aanvaardt, de eerste minister een vertrouwensstemming verliest, of wanneer een motie van wantrouwen zou worden aangenomen, dat de regering valt en in lopende zaken gaat.

In elk geval: als de partij zich uit de regering terugtrekt (of als de eerste minister de N-VA-regeringsleden de laan uitstuurt) dan is er geen parlementaire meerderheid meer die de regering steunt. Wat dan? De eerste minister zou naar de Koning kunnen gaan om het ontslag van zijn regering aan te bieden. Hij zou ook een vertrouwensstemming kunnen vragen in de Kamer. Maar niet noodzakelijk. Het is pas wanneer de Koning het ontslag aanvaardt, de eerste minister een vertrouwensstemming verliest, of wanneer een motie van wantrouwen zou worden aangenomen, dat de regering valt en in lopende zaken gaat. Er is dan immers geen gewone parlementaire controle meer mogelijk. In die laatste twee gevallen kan de regering de Kamer ook ontbinden en vervroegde verkiezingen organiseren.

Als de regering niet valt, dan kan de eerste minister gewoon naar New York en het pact goedkeuren. We komen dan terecht in het scenario van een minderheidsregering. Deze techniek is in België vrij onbekend. De regering wordt dan de facto gedoogd vanuit de oppositie – eventueel zelfs door de N-VA. Daarbij zou de huidige regering dossier per dossier met de Kamer kunnen afstemmen of er steunt bestaat. De eerste minister zou hiervoor ook expliciet het vertrouwen kunnen vragen aan de Kamer. De regering is dan niet in lopende zaken, maar wel afhankelijk van de oppositie. Die kan bij onenigheid immers een motie van wantrouwen doen stemmen. Bij goedkeuring van een motie van wantrouwen (zonder dat er een nieuwe eerste minister wordt voorgesteld) valt het doek waarschijnlijk wel definitief, want dan zit alles vast en mag de regering de Kamer ontbinden. Er moeten dan binnen de 40 dagen alsnog verkiezingen komen.

Valt de regering toch, dan gaat ze in lopende zaken. De goedkeuring van het migratiepact valt daardoor in principe buiten haar bevoegdheden, aangezien de beslissing politiek te zwaarwichtig is gebleken – de regering is er precies over gevallen. Het feit dat het gaat om een dossier van buitenlandse betrekkingen verandert daar op zich niets aan, want ook voor de uitoefening van haar eigen voorbehouden bevoegdheden moet de regering kunnen rekenen op het vertrouwen van een meerderheid.

Er is echter een precedent om de goedkeuring van het migratiepact ook na een ontslag mee te verdedigen. In 2011 gaf de Kamer de regering Leterme, in lopende zaken, in een resolutie immers toestemming om deel te nemen aan de internationale militaire acties in Libië. Deze werkwijze – punctuele toestemmingen geven voor bepaalde initiatieven – wordt door sommige academici beschouwd als een extra actiemogelijkheid voor een regering in lopende zaken. Daar valt iets voor te zeggen. De actie in Libië was wel hoogdringend. Dat kan moeilijk worden beweerd over het migratiepact. Wat in lopende zaken kan en niet kan, is de laatste jaren sowieso geëvolueerd.

En verder? Als de regering valt en er is geen steun voor een minderheidskabinet (of, wie weet, voor een alternatieve meerderheid met een beperkt programma), zou de rest van de regering in lopende zaken kunnen blijven tot bij de verkiezingen van mei 2019. Of liever, tot er een nieuwe regering is gevormd nadien. Dat is geen aantrekkelijk vooruitzicht, want we weten niet hoe lang dat zal duren – wel dat het effectief heel lang kan duren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content