In memoriam: Jef Turf (1932-2022), kernfysicus en communist

©  GF

In Gent ging Jozef (Jef) Turf in een zorgcentrum heen. De laatste voorzitter van de Communistische Partij (90) leed al lang aan dementie.

Hij is geboren in Mechelen, als voorlaatste van zes kinderen. Met een oom priester en twee tantes non zit het geloof in de genen. Op zijn achtste breekt de oorlog uit. Het gezin Turf vlucht naar Frankrijk maar strandt net over de grens en zit al snel weer in Mechelen. Zijn vader, onderwijzer, stencilt er een verzetskrantje, zijn moeder smokkelt. Een tijdje duikt een Jood bij hen onder en samen aanroepen ze de Heer bij elk bombardement. ‘Ik zie nog hoe vader thuis op de kaart de frontlinie tekende’, vertelt Jef Turf een halve eeuw later. ‘Hoe dichter de rode lijn Berlijn naderde, hoe groter onze hoop. Het waren de Sovjets die ons hebben bevrijd.’

Zijn vader stuurt hem in 1944 verrassend naar het Pitzemburg Atheneum in Mechelen. Voor even, want pa raakt bevorderd tot inspecteur en het gezin verkast naar Koksijde. In het atheneum van Oostende krijgt Jef les van een begeesterende leraar fysica. Dus kiest hij voor een studie natuurkunde aan de Rijksuniversiteit in Gent. De jonge Turf gaat dan al een tijdje niet meer naar de zondagsmis en hij zoekt ook vergeefs christelijkheid bij de jongerenafdeling van de pas opgerichte CVP.

Turf wordt lid van de Wis- en Natuurkundige Kring en van ‘t Zal Wel Gaan. Die studentenclub uit 1852 is eerst Vlaams-nationalistisch, maar wordt na de oorlog een nest waar zelfs communisten een plek vinden. De jongeman raakt in de ban van de linkse kerk en in 1953 heeft hij een lidkaart van de communistische jongeren – tot afgrijzen van zijn familie. Op dat ogenblik stemt nog 5 procent van de Belgen voor de KP, die zeven zetels in het parlement telt.

Borsjtsj en roebels

Jef Turf bestudeert enthousiast de rode klassiekers en trouwt in 1954 met Nora, tandarts in opleiding en vriendin uit het atheneum. Ze krijgen een zoon en een dochter. De jonge papa groeit door in de KP en werkt als assistent op het Instituut voor Kernwetenschappen, waar hij zich bekwaamt in de kernfysica. Daar gooit hij de deur dicht als hij niet naar Zwitserland mag voor colleges ondanks de voordracht van zijn bazen. De academicus vermoedt – terecht – dat zijn KP-lidkaart speelt.

Kernfysici blijken begeerd en zo vindt Turf makkelijk emplooi in het Koninklijk Meteorologisch Instituut. Voor het KMI bestudeert hij nabij de Franse grens, in de bossen van Dourbes, de radioactiviteit na kernontploffingen en van kosmische straling. Terwijl de goegemeente gesust wordt met de zegeningen van kernenergie, bestempelt de militante vorser kernenergie en de opeenvolgende kernproeven als levensgevaarlijk.

Turf zoekt aansluiting bij de vredesbeweging en stapt begin jaren zestig mee in antiatoommarsen. Hij vliegt voor het eerst in de cel als de Staatsveiligheid hem klunzig beschuldigt van sabotage bij de stakingen tegen de eenheidswet. Na een controversiële reportage op de RTB ziet het KMI Jef Turf niet meer zitten. En omgekeerd. Hij werkt er zijn doctoraat af en gaat fulltime werken voor de partij. ‘Mijn moeilijkste keuze ooit’, schrijft hij in zijn memoires.

Turf verhuist naar Gent en scheidt met gedruis van zijn vrouw nadat hij de doordesemde communiste Anna heeft leren kennen. Officieel werkt hij voor De Rode Vaan, de toeter van de partij, maar hij staat bij alle grote stakingen op de barricades en als ondervoorzitter behoort hij tot het gremium van de KP. Zo richt hij het Masereelfonds en het Marxistisch Tijdschrift op, maar voor zijn dada’s – verbreding van de partij, een federale KP, kiezen voor het in het buitenland populaire eurocommunisme, weg met de revolutie, leve de parlementaire democratie – botst hij op voorzitter Louis Van Geyt, geheel opgetrokken uit borsjtsj en roebels. Die leidt de KP consequent alleen maar naar verkiezingsnederlagen.

Ik heb de wereld slechter nagelaten dan wij hem gekregen hebben.

Eind jaren tachtig voert de nog marginale KP stalinistische zuiveringen door. Turf, eindelijk voorzitter van de Vlaamse vleugel, krijgt niet geheel ten onrechte nepotisme bij zijn Rode Vaan aangewreven. Hij vliegt er uit op zijn 56e, vecht het ontslag juridisch aan maar werkt geen dag meer voor de KP. Persagentschap Belga engageert hem als medewerker op voorspraak van uitgever en VTM-medestichter Jan Merckx. Turf schrijft ook voor wetenschappelijke en medische bladen.

Schimmige clubs

Politiek draait hij net geen 180 graden. Hij voert polemieken over een te lakse immigratiepolitiek en de toenemende islamisering. De nooit verkozen politicus schuift aan bij de Gravensteengroep en andere schimmige clubs. Na zijn pensioen – eerst dagvaardt hij nog even zijn ex-werkgever Belga voor contracten van schijnzelfstandigheid – publiceert hij zijn milde memoires.

Bij zijn overleden, weinig ophef. Alleen Het Laatste Nieuws brengt meer dan het obligate overlijdensbericht en citeert Jef Turf met: ‘Ik heb de wereld slechter nagelaten dan wij hem gekregen hebben. Daarvoor mijn excuses, maar ik pleit onschuldig. Ik heb tenminste geprobeerd.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content