Akkoord over pensioenhervorming na nacht onderhandelen

Het kernkabinet heeft maandagochtend na een nacht onderhandelen een akkoord bereikt over een pakket pensioenmaatregelen om de financiële houdbaarheid van het pensioenstelsel te verbeteren. Zo meldt de woordvoerder van premier Alexander De Croo en wordt door andere kabinetten bevestigd.

De pensioendeal omvat volgens premier De Croo voor 3 miljard hervormingen: 80% daarvan bij de ambtenaren via inperking perequatie, en verder het minimumpensioen mits 20 effectief gewerkte jaren en de pensioenbonus van 22.500 euro voor zij die 3 jaar langer werken.

De maatregelen zijn een aanvulling op het pensioenpakket van de zomer van 2022 (met onder meer  de effectieve tewerkstellingsvoorwaarde om toegang te krijgen tot het minimumpensioen), en de besparingen tijdens de begrotingscontrole van maart 2023 (met o.m. de vermindering van de 4de schijf voor de verhoging van de minimumpensioenen).

Voor minister van Pensioenen Karine Lalieux is het akkoord “evenwichtig en beantwoordt het aan de engagementen uit het regeerakkoord. De progressieve pensioenbonus is een nieuwe en sterke maatregel die werknemers zal ondersteunen om actief te blijven op de arbeidsmarkt.”

Een eerste maatregel van het pakket waarover de topministers het eens raakten is de plafonnering van de perequatie van de ambtenarenpensioenen (max. 0,3% per jaar van het totale ambtenarenpensioen. Er kan ook geen overdracht plaatsvinden van de ene naar de andere periode). “De solidariteit tussen hoge en lage pensioenen is versterkt. Dat was essentieel”, zegt een verheugde minister Lalieux in een mededeling.

Voorts wordt het tarief van de “Wijninckx”-bijdrage – de bijzondere sociale zekerheidsbijdrage in het kader van de 2e pijler – verhoogd van 3 naar 6%. Deze maatregel wordt pas ingevoerd vanaf 1 januari 2028, conform de door de sociale partners gevraagde stand-still in het Afsprakenkader van 15 maart 2023.

De pensioenbonus in de hervorming van afgelopen zomer zal netto en niet bruto worden uitbetaald. Wie ervoor kiest om langer te werken, kan ervoor kiezen om de bonus uitbetaald te krijgen in 1 keer. Deze eenmalige uitkering kan oplopen tot 22.645 euro voor wie ervoor kiest om drie jaar langer te werken. “We zorgen ook voor een specifieke regeling voor mensen met een lange loopbaan. Voor hen zal de pensioenbonus hoger zijn, zodat het eindbedrag van 22.645 euro kan worden overschreden. Dit is een krachtige manier om hen te laten zien dat hun inspanningen meer beloond worden”, aldus de minister van Pensioenen.

Genderverschillen

Daarnaast zal een 20-jarige effectieve loopbaan nodig zijn om toegang te krijgen tot het minimumpensioen, zoals eerder afgesproken. Om rekening te houden met de loopbaanverschillen tussen mannen en vrouwen worden er wel enkele gelijkgestelde periodes in rekening gebracht.  “We introduceren een nieuwe lijst van thematische verloven die verband houden met de komst van een kind. Deze verloven worden in de toekomst als effectief werk beschouwd. Dit omvat geboorteverlof, ouderschapsverlof, adoptieverlof en preventieve werkverwijdering. Sinds het begin van de legislatuur heeft onze regering een reeks maatregelen ingevoerd om vrouwen te beschermen: een verhoging van het minimumpensioen, hervorming van de overgangsuitkering en het overlevingspensioen”, licht Lalieux toe.

Tenslotte bevestigt het kernkabinet de neerwaartse bijstelling van de 4e minimum pensioentranche zoals beslist tijdens de begrotingscontrole in maart. Het zal een jaarlijkse besparing opleveren van 126 miljoen euro. Alle maatregelen samen reduceren de vergrijzingskost in België met 0,5% van het bbp tegen 2070, luidt het nog. Daarnaast nam de kern ook deze afspraak: In het kader van de fiscale hervorming tegen 21 juli is het doel het verhogen van de lage en de middenlonen door gebruik te maken van de werkbonus, een belastingskrediet alsook een volledige afschaffing van de BBSZ (de Bijzondere Bijdrage Sociale Zekerheid) in 2024 en voor de zelfstandigen een specifieke maatregel, mits een akkoord over een globaal evenwicht op alle andere elementen. Meer toelichting volgt op een persconferentie om 11 uur.

Wat eraan vooraf ging

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) presenteerde de regeringspartners begin maart een voorstel voor een belastinghervorming van 6 miljard euro. Door de vele veto’s is dat intussen afgezwakt tot wellicht zo’n 2 miljard.

De onvrede van de MR met wat op tafel ligt, is niet nieuw. Vrijdag liet vicepremier David Clarinval verstaan dat hij geen akkoord kon sluiten op basis van wat op tafel lag, onder meer omdat de zelfstandigen minder krijgen dan de anderen. Met de btw-verhogingen neemt de ene hand volgens hem terug wat de andere geeft en er zijn te weinig maatregelen om de competitiviteit van de ondernemingen op te trekken. De hervormingen van de arbeidsmarkt zouden ook onvoldoende zijn om de nodige banen te scheppen om de fiscale hervormingen te betalen. 

Zondagnamiddag weigerde de MR de zwartepiet voor het eventueel mislukken van de onderhandelingen. Kamerfractieleider Benoît Piedboeuf riep in een medeling op tot een “constructieve sereniteit” in het dossier van de fiscale hervorming. Hij steunde het werk van premier Alexander De Croo (Open VLD) en weigerde een eventuele mislukking van de onderhandelingen toe te schrijven aan een blokkering door zijn partij. De Franstalige liberalen willen vanaf het begin een koppeling tussen de hervorming van de fiscaliteit en de arbeidsmarkt.

Andere partijen hebben het moeilijk met onder meer de btw-verhogingen, die de consumptie kunnen raken, of de verlaging van de fiscale druk, die onvoldoende gericht zou zijn op de lage en middeninkomens. 

Waarnemend Open VLD-voorzitter Tom Ongena benadrukte zondagmiddag in het VTM Nieuws dat de fiscale hervorming ervoor moet zorgen dat wie werkt beter beloond moet worden en dat de kloof tussen wie werkt en wie niet werkt groter wordt. “Het doel is om meer mensen aan het werk te krijgen in alle sectoren”, aldus Ongena, die erop wees dat zo de pensioenen betaald kunnen wordenen en een goede gezondheidszorg gegarandeerd kan worden.

Groen positief

‘Dit pensioenakkoord vermijdt dat rechten van vrouwen in het gedrang komen. De sterkste schouders zullen meer bijdragen. Dat zijn voor mij twee belangrijke punten uit het akkoord. Dit is een beginpunt, geen einde want er moeten nog belangrijke beslissingen genomen worden’, reageert Groen-vicepremier Petra De Sutter op het akkoord dat maandagochtend in de kern werd gesloten.

Ze vindt het positief dat onder andere ouderschapsverlof, mantelzorgverlof of een periode om te zorgen voor een ziek familielid gaan meetellen als effectief gewerkte jaren. ‘Het zijn vooral vrouwen die dit verlof opnemen en hierdoor een onderbroken loopbaan hebben. Door dit akkoord komt hun recht op een minimumpensioen niet in het gedrang’, stelt ze.

MR tevreden

Voor MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez zorgt het pensioenakkoord ervoor “dat zij die werken beter beloond worden”, zo schrijft hij op Twitter. Hij waarschuwt meteen dat het betaalbaar houden van het systeem een constante bekommernis zal zijn voor de komende jaren.

De MR-voorzitter zet meteen ook de belangrijke punten van het akkoord voor zijn partij op een rijtje. Het gaat om het effectief werken om in aanmerking te komen voor het minimumpensioen, een begin van harmonisering van de verschillende pensioenregimes en een pensioenbonus voor zij die langer werken.

Vlaams Belang hekelt akkoord

Voor het Vlaams Belang is het pensioenakkoord dat het kernkabinet maandagochtend bereikte de naam ‘hervorming’ niet waardig. De betaalbaarheid op lange termijn wordt niet gegarandeerd en levert slechts 0,5 procent van het bbp op, aldus de partij.

‘De uitbetaling van de eerste schijf Europees relancegeld van 947 miljoen euro komt dus in het gedrang’, zegt fractievoorzitter in de Kamer Barbara Pas (Vlaams Belang), die erop wijst dat vooral de Vlamingen deze ‘hervorming’ zullen betalen. ‘Meer dan drie op vijf (62 procent) van de opgebouwde rechten van het aanvullend pensioen werden opgebouwd door Vlamingen.’

Ook PDVA kritisch

PVDA-partijvoorzitter Raoul Hedebouw reageert kritisch op het nieuwe pensioenakkoord. ‘De regering vindt na wekenlang onderhandelen geen akkoord om de superrijken eindelijk te belasten. Ze vindt na jarenlange beloftes geen akkoord over een regeling voor de zware beroepen, die ook tot 67 jaar moeten doordoen. Maar om opnieuw 3 miljard euro te gaan besparen op onze pensioenen is er wel een akkoord’, hekelt hij.

Hedebouw waarschuwt de regering. ‘Met wat deze regering zaait, kunnen ze niet verrast zijn als ze weerstand zullen oogsten bij de werkende bevolking.’ De PVDA merkt overigens op dat de pensioenextra’s voor de parlementsleden nog altijd niet definitief afgeschaft zijn. ‘Er is sneller een politieke meerderheid in dit land om 3 miljard te besparen bij de werkende klasse, dan om de eigen politieke privileges af te schaffen. Dat zegt veel over hun prioriteiten’, besluit Hedebouw.

N-VA spreekt van stuiptrekking

Het pensioenakkoord dat het kernkabinet maandagochtend bereikte, is voor N-VA niet meer dan ‘een stuiptrekking van een regering die niet meer in staat is om te hervormen’. Kamerlid Wim Van der Donckt is er niet van overtuigd dat het akkoord de financiële houdbaarheid van het pensioenstelsel zal verbeteren.

Om de pensioenen veilig te stellen en aanspraak te maken op het relancegeld, zou België het financiële fundament van onze pensioenen moeten versterken met liefst 1 tot 1,2 procent van het bbp, of zelfs meer. ‘Maar met dit plan komt de federale regering nog niet eens tot aan de helft van dat bedrag’, zegt Van der Donckt. Het Kamerlid is sceptisch over de plafonnering van de perequatie van de ambtenarenpensioenen – tot maximaal 0,3 procent per jaar van het totale ambtenarenpensioen. ‘Als een inperking van de perequatie 0,3 procent van het bbp moet opleveren, dan zouden tussen 2023 en 2070 de ambtenarenpensioenen niet meer sterker mogen stijgen dan de groei van het bbp. Dat lijkt me bijzonder ongeloofwaardig’, legt Van der Donckt uit.

Partner Content