Dirk Draulans

Dirk Draulans breekt lans voor kleine stukjes natuur: ‘Natuurminnende burger, wees niet bang voor de overheid’

Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De burger die bezorgd is om onze natuur, mag best wat minder bang zijn, meent bioloog en Knack-redacteur Dirk Draulans. Vooral minder bang van overheden.

Het is opvallend hoeveel berichten ik krijg van burgers die bezorgd zijn over de teloorgang van hun leefomgeving. Het is even opvallend hoeveel van die berichten eindigen met de vraag of ik de informanten ‘buiten beeld’ kan houden. Ze zijn bezorgd dat hun leven er niet gemakkelijker op zal worden, als ze met naam en toenaam in de media komen. Soms zijn ze gewoon bezorgd dat een verdere samenwerking met niet altijd even natuurvriendelijke instanties helemaal gehypothekeerd wordt als die merken dat er ‘gelekt’ wordt naar de media.

Af en toe zijn ze bezorgd om hun persoonlijk welzijn. Dat is vooral aan de orde als er boeren of jagers in het spel zijn, niet altijd even aangename figuren. Iemand die naar aanleiding van een gerechtelijk onderzoek tegen jagers digitale correspondentie van een jagersgroep in handen kreeg, waarin op een schandalige manier over dieren en natuur wordt gesproken, inbegrepen het aanzetten tot manifeste overtredingen van de jachtwetgeving, zag er finaal toch van af om me die info te bezorgen. De schrik voor intimidatie door geweerdragers was te groot.

Naar aanleiding van mijn bericht over de burgemeester van het West-Vlaamse Anzegem, een aannemer van Open VLD-signatuur die op eigen houtje een mooi gemeentebosje met zware machines ‘proper’ liet zetten, kwamen er vergelijkbare verhalen binnen. Verhalen over bossen en bosjes die zonder boe of bah, en niet altijd met de nodige vergunningen, bezoek kregen of dreigen te krijgen van machines.

Een treffend en herkenbaar (en op vraag geanonimiseerd) relaas kwam uit het West-Vlaamse Oudenburg. De burgemeester is een Open-VLD’er en een vastgoedmakelaar, en dat is merkbaar. Natuurliefhebbers in de gemeente gewagen van een ‘bouwwoede’, waardoor met grote regelmaat bomen en bosjes verdwijnen om plaats te maken voor ‘beton’. Twee zomers geleden werd in volle broedseizoen een wilgen- en elzenbosje met de grond gelijkgemaakt, zonder vergunning. De bouwfirma kwam er vanaf met een eenvoudige boete, maar het kwaad was geschied.

(Lees hieronder verder.)

Het relaas typeerde de schijnheiligheid die veel besturen rond hun groenbeleid etaleren. In Oudenburg is namelijk een ‘bomencharter’ gemaakt, waarbij burgers bij belangrijke ‘levensgebeurtenissen’ een boompje krijgen dat ze zelf mogen planten. Of dat gebeurt, laat staan of het boomvriendelijk gebeurt, wordt niet gecontroleerd. Er worden telkens wel foto’s voor de media gemaakt, waarmee de indruk gecreëerd wordt dat de gemeente goed bezig is met haar groenbeleid. Er zijn nog instrumenten waarmee geïnteresseerden zich een aura van natuurvriendelijkheid kunnen aanmeten, zoals het charter van de organisatie Bye Bye Gazon om geen gazons meer te maaien. Niet zelden wordt  er ondertekend en worden er foto’s in de media gelost, waarna men overgaat tot business as usual met wegbermen en andere natuur.  

Ondanks het bomencharter is er in Oudenburg nu een plan om een bosje van bijna een halve hectare te rooien. Volgens een haastig opgemaakt milieueffectrapport (MER) zou er geen noemenswaardig verlies van natuurwaarden zijn. Buurtbewoners trekken dat in twijfel en staven het met een interessante soortenlijst. Ze spreken over een ‘postzegelbos’ dat belangrijk is voor wandelaars die wat natuur willen opsnuiven zonder dat ze de wagen moeten nemen. Ze ergeren zich aan de ‘greenwashing’ van de gemeente die stekjes aan haar burgers uitdeelt, terwijl echte bosjes steevast onder druk komen van ontwikkelaars.

Het is overal hetzelfde liedje. De kleintjes zijn overal kwetsbaar. Ik breek bij deze een lans voor meer behoud van kleine stukjes natuur, in en rond gemeentes, die een meerwaarde kunnen hebben, zowel voor het fysieke en mentale welzijn van hun menselijke gebruikers als voor de robuustheid van onze natuur. De stukjes kunnen belangrijk zijn voor de weinige dieren en planten die ons nog resten in ons natuurarme landschap, zoals de bosuil in het Oudenburgse bosje. Ze kunnen deel uitmaken van een lange kronkelende lijn van natuurrestjes, die als corridor kunnen fungeren voor broodnodige verplaatsingen van dieren en plantjes om de biologische en genetische diversiteit zo hoog mogelijk te houden.

De lijst van wat onder druk staat, groeit gestaag. In het Oost-Vlaamse Waasmunster is een bos van een halve hectare dat als buffer tussen een drukke autoweg en de gemeentekern ligt, volledig gekapt, hoewel er uitsluitend aan ‘hakhoutbeheer’ zou worden gedaan. In het Antwerpse Ranst worden een mooi Europees beschermd bosje en een beschermde wegbermvegetatie bedreigd door een volstrekt overbodige en zogenaamd tijdelijke ‘parallelweg’ naast een bestaande weg. Enzovoort, enzovoort.

(Lees hieronder verder.)

Men herinnere zich gelukkig de symbolische – en gewonnen – strijd voor het Limburgse Essersbos door mediamens Wouter Deprez. In het Brabantse Kortenaken werd een megalomaan bouwproject, waarvoor een bosje illegaal gekapt was, tegengehouden na juridische interventies van weerbare burgers. Daarom, beste bezorgde burgers, bij deze een oproep: wees niet te bang om een gevecht met natuurvernietigende autoriteiten aan te gaan om onze laatste restjes natuur te redden, ook de kleine, de postzegeltjes, de bolletjes van de natuurpaternoster, de verloren gelegde puzzelstukjes. Ze zijn belangrijk, ze verdienen bescherming, het is zo al erg genoeg.

En voel u vooral niet alleen. Verenigingen als Natuurpunt, BBL, BOS+ en andere leven en werken met u mee. Natuurpunt krijgt dezer dagen in de media de volle laag van tegenstanders, omdat de vereniging te groot en te machtig zou zijn geworden. Dat is natuurlijk onzin. Om het met de woorden van voorzitter Bart Vangansbeke te zeggen: ‘Als Natuurpunt echt zo belangrijk was, zou onze natuur er nu stukken beter voorstaan dan het geval is.’ Hij heeft overschot van gelijk. In deze context is het mooie gezegde ‘Hoge Bomen Vangen Veel Wind’ nog relevanter dan anders. (En in tegenstelling tot wat soms gepropageerd wordt, is Natuurpunt niet de grootste ontbosser van Vlaanderen, hoewel de vereniging af en toe wel wat moet kappen om natuurwaarden te beschermen.)

Het is een feit dat natuur- en milieuverenigingen de jongste kwarteeuw spelers van gewicht geworden zijn in het maatschappelijk debat over wat te doen met onze open ruimte, tot ergernis en zelfs woede van zij die eeuwenlang het alleenrecht hadden om te beslissen wat er op het platteland gebeurde. De gevolgen van dat chronisch natuurwanbeleid zijn zichtbaar: we moeten vechten om de laatste restjes authentieke natuur te vrijwaren tegen de nooit aflatende druk.

Daarom, beste natuurminnende mensen: u mag wat minder bang zijn in uw inspanningen voor het behoud van wat ons nog rest. U wordt gesteund door belangrijke belangengroepen en door het groeiend besef dat ook natuur belangrijk is. Ik heb er echter uiteraard alle begrip voor als u toch kiest voor een gevecht in de luwte. Uw mentaal welzijn is essentieel. Maar de natuur die u poogt te redden, hoe bescheiden ook, zal uw welzijn, en dat van vele anderen,  een stevige boost geven. Courage!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content