Pol Van Den Driessche (N-VA): ‘De volgende Brugse burgemeester zal geen geld hebben’

Pol Van Den Driessche: 'Door het nieuwe parkeerplan mijden veel mensen de stad en zijn de handelaars misnoegd.' © Thomas Sweertvaegher

Pol Van Den Driessche voelt zich klaar voor het burgemeesterschap. ‘De meerderheid heeft gewoon de fut niet meer om veranderingen door te voeren.’

Bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen, in 2012, was hij al even kopman voor de N-VA. Tot hij, vanwege beschuldigingen van seksueel grensoverschrijdend gedrag, het lijsttrekkerschap moest doorgeven aan Ann Soete. Nog geen twee jaar later begon hij aan een comeback: als lijstduwer bij de federale verkiezingen haalde hij in 2014 22.458 voorkeurstemmen. En nu mag hij opnieuw de Brugse lijst aanvoeren – zij het na veel getouwtrek en de exit van zijn voorgangster. Het enige wat Van Den Driessche nu nog wil, is het stadhuis veroveren. Minstens als schepen, liefst als burgemeester.

Doet de huidige burgemeester het dan niet goed?

Pol Van Den Driessche:De socialisten zitten hier nu al 42 jaar ononderbroken in het bestuur, en de christendemocraten 36 jaar: voor de democratie is het nooit goed als dezelfde mensen te lang aan de macht zijn. De meerderheid heeft gewoon de fut niet meer om veranderingen door te voeren.

Tegen 2020 zal Brugge een schuld hebben an meer dan 300 miljoen euro. En dat terwijl de vorige burgemeezszter een mooi spaarpotje had aangelegd.

Het helpt ook niet dat de coalitiepartners allebei aan een sterke vakbond zijn vastgeklonken. Elk voorstel om het stadspersoneel efficiënter te doen werken of de administratie performanter te maken, wordt meteen van tafel geveegd. Het absenteïsme onder het personeel is bijvoorbeeld groot, maar het stadsbestuur doet er amper iets aan.

Een ander voorbeeld: de grote musea en monumenten zijn op maandag gesloten. Daardoor worden de 6 à 7 miljoen toeristen die hier jaarlijks neerstrijken over 6 in plaats van 7 dagen gespreid. Het lijkt me daarom logisch om in elektronische beveiliging te investeren in plaats van nog nieuwe suppoosten aan te werven, maar dat zien de vakbonden weer niet zitten.

Wat is het eerste wat u als burgemeester zou aanpakken?

Van Den Driessche: Het nieuwe parkeerplan. Het stadsbestuur heeft het paard achter de wagen gespannen: eerst beperkten ze de parkeermogelijkheden in de binnenstad, en pas daarna begonnen ze na te denken over randparkings. Het gevolg is dat veel mensen de stad mijden en de handelaars misnoegd zijn. Ik zou er minstens voor zorgen dat bestuurders hun auto een halfuur gratis kunnen parkeren om een boodschap te doen en dat ook Bruggelingen van buiten het centrum een voorkeurtarief genieten.

Daarnaast moet er een einde komen aan het huidige pestboetebeleid. Vorig jaar is er voor 2 miljoen euro aan parkeerboetes uitgeschreven.

Mooi toch, voor de stadskas?

Van Den Driessche: Die is zo goed als leeg: tegen 2020 zal de stad Brugge een schuld hebben van meer dan 300 miljoen euro. En dat terwijl de vorige burgemeester, Patrick Moenaert (CD&V), een mooi spaarpotje had aangelegd. Niet alleen is daar niet veel meer van over, de coalitie schuift ook een aantal grote facturen naar de volgende bestuursperiode door. Niet erg netjes. Wie straks burgemeester wordt, zal amper ruimte hebben voor nieuwe initiatieven.

Over die aantijgingen wil ik het niet meer hebben. Ik besef dat die zaak voor altijd als een vlek op mij zal blijven kleven

Hoe groot is de kans dat u dat zult zijn?

Van Den Driessche: Ik ben ervan overtuigd dat we nog kunnen groeien ten opzichte van de 19,5 procent die we vorige keer behaalden. Al is het maar omdat de N-VA een sterk merk is. Winnen we nog een paar procent, dan is de kans groot dat ons resultaat en dat van de SP.A en CD&V heel dicht bij elkaar liggen.

Naar verluidt zijn er twee groepen kiezers die u weleens een stok tussen de spaken zouden kunnen steken: supporters van Club Brugge – vanwege uw link met Cercle Brugge – en vrouwen.

Van Den Driessche: Het derbygevoel uit zich in onze stad veeleer in rivaliteit dan in agressie. Ik kan me niet voorstellen dat bewuste kiezers hun stem daarvan laten afhangen.

En de vrouwelijke kiezers?

Van Den Driessche: Over de aantijgingen die me in 2012 het lijsttrekkerschap hebben gekost, wil ik het niet meer hebben. Natuurlijk spreken mensen me er wel eens over aan. Dan vraag ik hun altijd wat ze precies hebben gehoord. Ik besef dat die zaak voor altijd als een vlek op mij zal blijven kleven. Het zou me ook niet verbazen als sommige politieke tegenstanders die heisa de komende maanden weer proberen aan te zwengelen. Maar ik heb vertrouwen in het oordeel van de Bruggeling.

Partner Content