OVAM: aantal schadegevallen voor bodemverontreiniging daalt

Zuhal Demir (N-VA) op 20 januari 2020. © Frederic Sierakowski

De Vlaamse afvalstoffenmaatschappij OVAM registreerde de afgelopen jaren minder gevallen van bodemverontreiniging. In 2017 waren er dat nog 236, in 2018 209 en in 2019 193.

Dat blijkt uit het antwoord van Vlaams minister Zuhal Demir op een schriftelijke vraag van Robrecht Bothuyne (CD&V).

OVAM beschouwt een schadegeval als ‘een onvoorziene gebeurtenis die aanleiding geeft tot bodemverontreiniging zoals een lek in of overvulling van een mazouttank’. Het gaat niet om bijvoorbeeld het ontdekken van een stortplaats. OVAM registreert schadegevallen in haar Grondeninformatieregister (GIR) als de bevoegde overheid heeft vastgesteld dat er voldoende aanwijzingen zijn voor mogelijke bodemverontreiniging en binnen de schadegevallenprocedure kan opgevolgd worden.

Stookolietanks

In 2017 ging het in 102 van de 236 gevallen (43 procent) om een schadegeval gerelateerd aan een opslagtank voor verwarming van een gebouw, waarvan 76 gevallen op een terrein van een particulier. In 2018 ging het om 93 gevallen (44 procent) waarvan 68 bij een particulier en in 2019 om 79 gevallen (40 procent) waarvan 59 bij een particulier. In 2017 werden 33 gevallen niet of onvoldoende binnen de schadegevallenprocedure aangepakt. In 2018 was dat 21 keer het geval en in 2019 11 keer.

Dat er nog steeds schadegevallen voorkomen met stookolietanks is volgens Demir een aandachtspunt. Een mogelijke oplossing is het door de stookoliesector opgerichte Promaz-fonds dat in de toekomst zal tussenkomen voor particulieren die hiermee geconfronteerd worden. De wetgeving om de oprichting mogelijk te maken is reeds goedgekeurd in de drie gewesten en op federaal niveau. De vzw Promaz heeft echter nog geen erkenningsdossier ingediend bij de Interregionale Bodemsaneringscommissie (IBC), maar bereidt dit wel voor.

Partner Content