De impact van 5 weken zonder les op school? ‘Dit zou wel eens een grote stap vooruit kunnen zijn’

'Online kun je als leerkracht veel gemakkelijker op maat werken dan in een echte klas.' © Getty Images
Ann Peuteman

Om hun leerlingen de komende weken toch een beetje bij de les te houden, móéten leerkrachten zich wel verdiepen in alle mogelijke vormen van digitaal leren.

Iemand tips hoe ik mijn vierdejaars op afstand tweedegraadsfuncties kan aanleren? De helft sukkelt er nu al mee.’ Dat bericht postte een wiskunde- lerares afgelopen weekend in een Facebook-groep voor leerkrachten. De antwoorden varieerden van ‘hen verder laten werken in hun werkboek’ en ‘oefeningen op Smartschool zetten’ tot ‘een webinar organiseren’.

Op sociale media wemelde het de voorbije dagen van zulke hulpkreten: de bezorgdheid is groot over de leerachterstand die Vlaamse kinderen en jongeren dreigen op te lopen, de komende weken. Ondertussen posten kleuterleiders en leerkrachten genereus tips, ervaringen en zelfgemaakte oefenpakketten om jonge mensen toch nog een beetje bij de les te houden. Dat ís ook belangrijk, zeker in het lager onderwijs. Uit een onderzoek van de Amerikaanse hoog- leraar Dave Marcotte, hoofd van het Washington Institute for Public Affairs Research, naar de impact van plotse schoolsluitingen door hevige sneeuwval blijkt dat lagereschoolkinderen een grotere achterstand dreigen op te lopen dan middelbare scholieren.

Kwetsbare kinderen kunnen net meer baat hebben bij digitaal onderwijs.

Koen Timmers, e-learningspecialist

‘In de eerste jaren van de lagere school moeten kinderen vooral automatismen leren en onderhouden, zoals reken-, lees- en schrijfvaardigheden’, zegt onderwijseconoom Kristof De Witte (KU Leuven), directeur van het onderzoekscentrum Leuven Economics of Education Research. ‘Stoppen de lessen onverwacht, dan bestaat het gevaar dat ze een deel van die vaardigheden verliezen.’ Vooral kinderen uit kansarme of anderstalige gezinnen riskeren achterop te raken als ze een tijd niet naar school gaan. ‘Uit onderzoek weten we dat de lange zomervakantie veel meer impact heeft op leerlingen uit kwetsbare gezinnen dan op leeftijdgenoten uit hogere sociaal-economische groepen. Vooral op het vlak van taal lopen zij dan een grotere achterstand op. De kans is dus reëel dat de ongelijkheid tussen onze scholieren de komende weken nog groter wordt.’

Dat komt bijvoorbeeld doordat hoger opgeleide ouders meer mogelijkheden hebben om hun kinderen zelf te onderwijzen of om andere leerzame activiteiten te organiseren. Op verschillende plaatsen slaan ouders ook de handen in elkaar: om de beurt vangen ze elkaars kinderen op om hun in kleine groepjes les te geven. Daarvoor kunnen ze terugvallen op de oefenbundels die de meeste meesters en juffen hun leerlingen afgelopen vrijdag hebben meegegeven en de onlineopdrachten die via een leerplatform, zoals het populaire Bingel, worden aangeboden.

Onbekend terrein

Herhalen wat je al kent: voor jongeren uit het middelbaar onderwijs volstaat dat eigenlijk niet. Om over een paar maanden klaar te zijn voor de examens zouden zij de komende weken ook nieuwe leerstof moeten krijgen. Veel scholen en leerkrachten proberen daar ook voor te zorgen. Soms door hun simpelweg de opdracht te geven om een nieuw hoofdstuk in hun handboek te lezen, vaak ook via digitale spreekuren, onlinelessen of instructiefilmpjes op YouTube. Maar voor heel wat leerkrachten is dat nog onbekend terrein.

‘Het volstaat ook niet om je computer aan te zetten en te beginnen praten’, zegt Koen Timmers, e-learningspecialist en lector technologie aan de lerarenopleiding van Hogeschool PXL. ‘Voor elke les moet je vooraf goed nadenken welke didactiek je wilt gebruiken en welke onlinetool zich daar het best toe leent. Sommige vakken, zoals geschiedenis, kun je gemakkelijk overbrengen via filmpjes. Voor een vak waarbij je bijvoorbeeld op het bord wilt kunnen schrijven, zoals wiskunde, kan een liveles een betere optie zijn. Ook de leeftijd van de leerlingen speelt natuurlijk een rol. Alleen als leerkrachten op maat van hun klasgroep en hun vak werken, zullen hun leerlingen ook via afstandsonderwijs vooruitgaan.’

De kans is reëel dat de ongelijkheid tussen onze scholieren de komende weken nog groter wordt.

In dat geval zou de leerwinst zelfs even groot kunnen zijn als in de klas. Sterker nog: ‘Kwetsbare kinderen kunnen net meer baat hebben bij digitaal onderwijs. Online kun je als leerkracht veel gemakkelijker differentiëren dan in een echte klas’, meent Timmers. ‘Als je de leerstof uitlegt in een filmpje, kunnen leerlingen die moeilijker meekunnen het verschillende keren bekijken. Leerlingen die voor zijn op de rest van de klas kun je nog andere filmpjes aanbieden, waardoor ze extra kennis kunnen verwerven.’

‘Om baat te hebben van dat maatwerk, moet je er natuurlijk wel gebruik van kunnen maken. En daar wringt de schoen: niet elke Vlaamse scholier heeft thuis de ruimte om rustig te kunnen werken of beschikt over een laptop en internetaansluiting.’

Gratis software

Dat zo veel leerkrachten zich noodgedwongen verdiepen in de mogelijkheden van digitaal leren, zou op termijn weleens grote gevolgen kunnen hebben. ‘In die zin biedt de huidige crisis een grote opportuniteit’, vindt De Witte. ‘Leraren die tot nu toe niet erg in digitale leermiddelen geïnteresseerd waren, móéten zich nu wel verdiepen in de mogelijkheden van filmpjes, webquests, webinars en online-oefeningen. Daardoor zullen ze ook de toeters en bellen van bijvoorbeeld Smartschool leren kennen of een poging wagen om een screencast (een opname van opeenvolgende beelden op een computerscherm, nvdr) op te nemen. Als die experimenten goed worden ondersteund door de pedagogische begeleiding en de lerarenopleidingen, is de kans groot dat ze het potentieel ervan gaan inzien en die digitale leermiddelen zullen blijven gebruiken als de lessen worden hervat. Zo zou de huidige noodsituatie een echte ommekeer kunnen inluiden.’

Dat is ook waar de aanbieders van onderwijssoftware en leerplatformen op hopen. De voorbije dagen stelden zij (een deel van) hun producten gratis ter beschikking van het onderwijs. Op sociale media worden leerkrachten overspoeld met dergelijke aanbiedingen. ‘Bingel wordt voor alle scholen automatisch opengezet!’ roept een druk gedeelde post. ‘Maandag stellen we via onze website een aantal oefenbundels bij onze methoden ter beschikking’, kondigt schoolboekenuitgeverij Zwijsen aan. ‘Tot de paasvakantie zijn de instructiefilmpjes van ieder leerjaar gratis, zodat de leerlingen thuis de leerstof kunnen bijhouden en inoefenen’, belooft het educatieve platform Xnapda. ‘Wij bieden altijd een gratis versie van ons softwarepakket aan, maar nu zetten we ook de betalende versie een jaar lang voor iedereen open’, zegt Anneke Verbeeck van i3-Technologies, een bedrijf dat onderwijshardware en -software verkoopt. ‘Natuurlijk hopen we dat veel mensen het na dat jaar willen blijven gebruiken, maar dan betalend. Door wat er nu gebeurt, zou het Vlaamse onderwijs op digitaal vlak wel eens een grote stap vooruit kunnen zetten.’

Partner Content