Negatief advies, toch subsidies: Jambon houdt Toneelhuis overeind

In de Antwerpse Bourla. © Belga

De Vlaamse regering trekt jaarlijks 25 miljoen euro extra uit om de grote cultuurhuizen die een negatief advies kregen toch subsidies te kunnen blijven geven. Onder meer Toneelhuis, Z33 en Needcompany blijven zo verzekerd van middelen. Troubleyn, het dansgezelschap van Jan Fabre, verliest wel zijn subsidies.

De beoordelingscommissie die zich buigt over de werkingssubsidies in de Vlaamse culturele sector bracht in maart een aantal verrassende adviezen uit. Zo kregen het Antwerpse Toneelhuis en Z33 in Hasselt een negatief advies. De regering heeft nu beslist om de komende vijf jaar elk jaar 178 miljoen uit te trekken, tegenover 153 miljoen vandaag.

Op die manier kunnen alle organisaties die een positieve beoordeling kregen maar buiten het budget vielen, toch worden ondersteund.

Het gaat bijvoorbeeld om het orkest Anima Eterna, Speelteater Kopergietery en theatergezelschap De Roovers.

Ook negen organisaties die een negatief advies kregen, behouden hun werkingssubsidies.

Het gaat onder meer om Toneelhuis, het hedendaags klassieke muziekensemble Ictus, muziekensemble Casco Phil, podiumkunstcollectief Needcompany en kunsthuis Z33.

Dansgezelschap Troubleyn verliest wel zijn subsidies. Choreograaf Jan Fabre werd veroordeeld voor geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Het gezelschap nam wel maatregelen, zoals een integriteitsplan, maar kreeg toch een negatief advies.

Minister van Cultuur Jan Jambon: ‘Aan deze beslissing gaat een lang traject van intensieve dialoog, beoordelingsprocedure en politieke afstemming vooraf. Ik ben overtuigd dat we met deze beslissing een breed en een evenwichtig pakket aan organisaties en instellingen de nodige ruimte geven om ons Vlaams Culturele landschap nationaal en internationaal op de kaart te zetten. Ons cultureel weefsel bepaalt mee de kwaliteit van onze samenleving en verdient onze steun.’

‘Hele opluchting’

Het Overleg Kunstenorganisaties (oKo) is tevreden met de beslissing van de Vlaamse regering waarbij het budget voor de werkingsmiddelen in het kader van het Kunstendecreet verhoogd wordt. ‘Deze subsidies vormen een essentieel deel van de financiering voor heel wat organisaties in de Vlaamse kunstensector, waaronder concertzalen, theater- en dansgezelschappen, musea en zoveel meer’, benadrukt Leen Laconte, directeur van oKo.

Voor het eerst kregen de beoordelingscommissies die een advies moeten geven over de aanvraagdossiers een vast budget toegekend.

OKo had Jambon gevraagd om een volwaardig werkingsbudget te garanderen. ‘Dat wil zeggen een budget waarmee koopkrachtherstel mogelijk is én er voldoende ruimte is om de beleidsaccenten van de minister en de ambities van de sector waar te maken. Door de besparingen van de voorbije jaren en de gebrekkige indexering van de subsidies is het beschikbare budget voor de kunstensector er zwaar op achteruit gegaan’, zegt Laconte.

Bovendien zijn er in de periode tussen 2017 en 2023 andere subsidies, zoals loonsubsidies en provinciale middelen, slechts gedeeltelijk naar het Vlaamse kunstendecreet overgeheveld. Ook vanuit het veld klonk een duidelijke stem. In april deelden de organisaties gezamenlijk het standpunt ‘Wij zijn ambitieuzer dan dit’. Dat deze oproepen niet in dovemansoren gevallen zijn, is een hele opluchting voor oKo.

Partner Content