Nederlandse topeconoom: ‘Luister naar Pierre Wunsch van de Nationale Bank van België’

Pierre Wunsch, gouverneur van de Nationale Bank van België. © Getty
Han Renard

‘Bezuinigen betekent niet dat de levenskwaliteit in een land meteen omlaag gaat’, zegt de Nederlandse macro-econoom Edin Mujagic. ‘Het is vaak omgekeerd.’

België behoort in Europees verband, met onder meer Griekenland, Italië en Spanje, tot het clubje landen met een staatsschuld hoger dan 100 procent van het bruto binnenlands product (bbp), en die schuld zal volgens prognoses de komende jaren niet afnemen maar groeien: van 106 procent dit jaar naar 118 procent in 2028.

’s Lands bekendste economen, de Nationale Bank, het Rekenhof, het Monitoringcomité, het Internationaal Monetair Fonds, de Europese Commissie, kredietbeoordelaars: ze slaan eensluidend alarm over de excessieve schuldenlast die België torst. De federale regering buigt zich deze week in de begrotingscontrole over het verwachte begrotingstekort van 27,4 miljard dit jaar en mogelijke bezuinigingen voor dit en volgend jaar, maar echt verregaande maatregelen worden niet verwacht.

Hoe kijkt de Nederlandse econoom en publicist Edin Mujagic, hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer en bekend van bestsellers over het fenomeen inflatie, vanuit het zuinige Nederland naar een spilziek land als België?

Van elke euro die je als land kwijt bent aan rente vloeit ruim 50 procent uit België weg. Daar heb je als economie dus niks meer aan.

Edin Mujagic: De Nederlandse staatsschuld bedraagt nu ongeveer 52 procent van de economie. Maar Nederland heeft streven naar een lage schuld in zijn economische DNA zitten. Dat is erin gekomen in de loop der eeuwen en gaat er niet snel weer uit. Het goede nieuws voor België is dat er in Europa landen zijn die het nog bonter hebben gemaakt. Maar het probleem van alle landen met heel hoge schulden is de sterk gestegen rente. De afgelopen tien à vijftien jaar waren schulden geen issue omdat de rentes heel laag waren. Nu zit je in een tijd van oplopende rentes, en dan geldt een simpele stelregel: hoe hoger de schuld, hoe kwetsbaarder je bent. Wil dat meteen zeggen dat zo’n land failliet gaat? Absoluut niet. Landen gaan bijna nooit failliet, maar daar gaat het eigenlijk ook niet om.

Waar gaat het dan wel om?

Mujagic: Naarmate de rente stijgt, zal de Belgische overheid een steeds groter deel van zijn financiën moeten gebruiken om de rentelasten af te betalen. Bij zulke hoge schulden als die van België hebben we het dan over miljarden, die je veel beter had kunnen gebruiken voor de zorg of het onderwijs.

Iets meer dan de helft van die Belgische staatsschuld is bovendien in handen van mensen buiten België. Van elke euro die je als land kwijt bent aan rente vloeit ruim 50 procent uit België weg. Daar heb je als economie dus niks meer aan. We zullen ook nog heel lang met oplopende rentes te maken hebben, dus die renterekening wordt steeds groter. Voeg daarbij de stijgende zorg- en pensioenrekening als gevolg van de vergrijzing. Dat zijn allemaal problemen waarmee landen met hoge schulden nu steeds meer te maken hebben.

Het is een genot om naar de gouverneur van de Beltgische Nationale Bank te luisteren. Nuchter, to the point en realistisch.

De rente stijgt, maar ook weer niet zo dramatisch als in de jaren 1980.

Mujagic: De langetermijnrente op de staatsschuld is een combinatie van de geschatte groei van je economie en de hoogte van je inflatie. De optelsom daarvan is ruwweg de rente die je kunt verwachten in de komende vijf à tien jaar. Je mag aannemen dat de Belgische economie, net zoals de Nederlandse, met 1,5 procent per jaar kan groeien. Laten we daarnaast rekening houden met een inflatie tussen de 2 en 3 procent – en dat is in mijn optiek een behoorlijk conservatieve aanname. Maar dat betekent dat de rente op de Belgische staatsschuld de komende jaren ergens uitkomt in de buurt van 4 procent, en eerder hoger dan lager. Dat zijn inderdaad niet de rentestanden van de jaren 1980, toen waren het dubbele cijfers, maar het slechte nieuws is dat je nu te maken hebt met al die rekeningen die je toen niet had. Toen speelde de vergrijzing niet.

Nog een belangrijk gegeven is dat ongeveer 15 procent van de Belgische staatsschuld een looptijd heeft van minder dan één jaar. Stel dat je die totale hoge staatsschuld had opgenomen met één lening van vijftien jaar lang. Dan kon je nu achteroverleunen, want wat de rente ook doet, het raakt jou niet. Maar als 15 procent van je staatsschuld een looptijd heeft van minder dan één jaar, moeten die leningen allemaal terugbetaald worden in de komende twaalf maanden. Aangezien je daar als land geen geld voor hebt, ga je nieuwe leningen afsluiten om oude af te betalen. Dat is het spel dat niet alleen België maar heel West-Europa sinds de jaren 1970 heeft gespeeld. Alleen moet je nu nieuwe leningen afsluiten tegen hogere rente.

Pierre Wunsch, de gouverneur van Nationale Bank van België, waarschuwde onlangs ook dat de Belgische staatsschuld op termijn onhoudbaar is.

Mujagic: Ik was afgelopen week op een conferentie van centrale banken in Frankfurt. Een van de sprekers was de gouverneur van de Belgische centrale bank. Ik moet u zeggen: het is een genot om naar die man te luisteren. Nuchter, to the point en realistisch.

Er zijn ook landen die een hoge staatsschuld hebben, maar waar de centrale bank doet alsof er niks aan de hand is. Dat speelt bij jullie helemaal niet en dat is een goede eerste stap. Ik mag hopen dat alle regeringen die België rijk is goed luisteren naar wat de gouverneur van de Nationale Bank zegt. Want naast de verwachte groei en de inflatie speelt nog een ander element een rol in de lange rente over de staatsschuld, en dat is hoe groot beleggers het risico achten dat een land de rentebetalingen niet zal kunnen betalen. Zodra men dat risico gaat inprijzen, wordt de rente natuurlijk nóg hoger.

Als de Europese regels waren uitgevoerd zoals men hoopte, had België niet meegedaan aan de euro.

Zullen de Europese begrotingsregels, die vanaf volgend jaar weer gaan gelden en mogelijk worden verstrengd, België niet dwingen om orde op zaken te stellen?

Mujagic: Tja, de Europese begrotingsregels hebben een lange historie van schitterende regels, op papier. Als die regels echt een beetje uitgevoerd waren zoals men hoopte, zou een land als Griekenland niet in de problemen zijn gekomen. Sterker nog, dan zou een land als Griekenland maar met alle respect ook een land als België niet hebben meegedaan met de euro. Want op dat moment hadden jullie eigenlijk al een veel te hoge staatsschuld.

Interessant is ook dat heel veel landen hun staatsschuld de afgelopen tien jaar wél hebben verlaagd. Het kán dus gewoon. Neem landen als Portugal, Denemarken, Malta of Duitsland. In al die landen is de staatsschuld aanzienlijk lager dan tien jaar geleden. Neem ook Nederland. Wij zaten tien jaar geleden op ongeveer 67 procent, percentages waarvoor jullie vast een moord zouden plegen, en vonden dat eigenlijk al te hoog.

Je kunt waarschijnlijk ook niet zeggen dat in al die landen de publieke voorzieningen veel slechter zijn dan in België?

Mujagic:(lacht) Mijn zoontje zegt al sinds hij heel klein is, zodra we met de auto op weg naar Frankrijk de grens met België over zijn: ‘Pap, we zijn niet meer in Nederland, toch?’ Dat voelt hij aan de wegen. Onze staatsschuld is veel lager dan die van België, maar de prijs daarvoor is niet dat in Nederland niks werkt. Het is heel vaak andersom. Bezuinigen en strenger zijn in de uitgaven, betekent niet dat de levenskwaliteit in het land meteen omlaag gaat. Een land moet gewoon doen wat ieder huishouden met hoge schulden zou doen. Maak een lijstje en kijk waar je je geld aan uitgeeft. Als je alle maandelijkse rekeningen op een rijtje zet, haal je er zo vijf of tien posten uit die je kunt schrappen zonder dat het echt pijn doet. Bij jou en mij scheelt dat misschien 100 euro, maar op een begroting van een staat hebben we het al snel over honderden miljoenen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content