Nadia Sminate en Meryame Kitir: ‘Wij doen niet aan politiek omdat we allochtonen zijn’

© Lies Willaert

Nadia Sminate (N-VA, 30) is binnenkort de eerste Vlaamse burgemeester van Marokkaanse oorsprong, Meryame Kitir (SP.A, 32) kreeg de Kamer muisstil tijdens het debat over Ford-Genk.

Maar ze willen liever niet dat de nadruk ligt op hun afkomst. ‘Daar hebben we geen verdienste aan. Aan ons politieke optreden wél.’

Jullie hebben beiden een symboolwaarde. Meryame Kitir is ‘de arbeidster in het parlement’: een belangrijk signaal voor de SP.A. Nadia Sminate is hoe dan ook ‘de eerste Vlaamse burgemeester van Marokkaanse afkomst’, waardoor de N-VA aantoont dat haar nationalisme niet uitsluit maar samenbrengt.

Sminate: Misschien wel. In 2006 heb ik met een andere N-VA’ster, Linda Mbungu, nog campagne gevoerd met de slogan ‘Eigen volk samen’. Ik ben ervan overtuigd dat we toen de geschikte figuren waren om te tonen dat de N-VA met ‘rechten en plichten’ niet bedoelt dat nationalisten mensen van buitenlandse origine willen uitsluiten. Maar ik weiger het beeld te aanvaarden dat ik aan politiek zou doen als allochtone excuustruus. Vandaar dat ik het ook niet mijn belangrijkste prestatie vind dat ik de eerste burgemeester van Marokkaanse afkomst ben. Ik heb namelijk geen verdienste aan mijn afkomst. Wél aan mijn diploma, aan mijn politieke activiteiten, aan de manier waarop ik mijn parlementaire mandaat invul en aan wat ik heb gepresteerd in Londerzeel.

Kitir: Nadia en ik doen niet aan politiek omdat we allochtonen zijn. We letten er zelfs bewust op dat het níét zo overkomt. En tegelijk besef ik ook dat ik, hoewel ik niet in dat ‘allochtonenhoekje’ geduwd wil worden, hoe dan ook een voorbeeld ben voor veel allochtonen. Wij zien onszelf niet als ‘allochtoon’, maar de maatschappij blijft ons zien als politici van Marokkaanse afkomst. En daar ben ik me bewust van.

Hebben jullie ook last van dat andere glazen plafond: vrouwen in de politiek? Ook in de Kamer kan het er behoorlijk machistisch toegaan.

Kitir: Ik kom uit een fabriek, dat was in het begin allesbehalve evident voor een jonge vrouw. Toen ik de eerste keer kandidaat was voor het ABVV, wilde ik propaganda maken bij de mensen die aan de lopende band werken – ‘de lijnen’ zoals wij bij Ford zeggen. Toen werkten daar weinig vrouwen. Ik werd die dag nageroepen en -gefloten. Ik ben naar de vakbondsleiding gestapt en heb hen gezegd: ‘Ik stop ermee. Ik wil best kandidaat zijn, maar ik ben geen stuk vlees.’ Ze hebben op me ingepraat, uitgelegd dat dit typisch gedrag van mannen onder elkaar is, en dat het verandert zodra ze je wat beter kennen. Ik heb moeten doorbijten, en het is inderdaad gestopt.

Sminate: In het parlement heb ik eigenlijk geen last van machogedrag. Maar het is voor een jonge vrouw minder evident dan voor een man om de reputatie van ‘degelijk’ parlementslid op te bouwen. Wij moeten ons meer bewijzen voor men ons au sérieux neemt. (WP)

Het volledige interview met Nadia Sminate en Meryame Kitir vindt u deze week in Knack.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content