Louis Ide (N-VA)

‘N-VA is een aanbodpartij. Is daar iets mis mee?’

Louis Ide (N-VA) Algemeen Secretaris van N-VA en arts.

Louis Ide (N-VA) reageert op een column in de Artsenkrant waarin gesteld werd dat de politieke partijen het moeilijk hebben.

Dat Guy Tegenbos een gewaardeerd journalist was toen De Standaard nog het keurmerk AVV-VVK droeg, hoeft geen betoog. De dossiervreter Tegenbos is ondertussen op pensioen, hoewel het woord emeritaat hem meer eer zou aan doen. Guy heeft “geen zittend gat” zoals men in West-Vlaanderen zegt. Hij modereert en schrijft onverdroten verder, onder andere in Artsenkrant. Ook deze keer las ik daar zijn column maar dan wel om grondig van mening te verschillen. Deze keer gaat hij wel erg kort door de bocht.

Hij steekt van wal met de bewering: “De politieke partijen hebben het moeilijk. Dat hun kiezers ontrouw zijn en van de ene partij naar de andere hoppen, dat waren ze al gewend. Nu gaat het nog dieper. Het aantal partijleden daalt. Drastisch zelfs. En de resterende leden komen minder naar partij-activiteiten.”

‘N-VA is een aanbodpartij. Is daar iets mis mee?’

Dit statement lijkt me op zijn zachtst gezegd vatbaar voor nuance. Het totale aantal leden van alle Vlaamse of Belgische partijen samen is inderdaad gedaald de jongste decennia. Maar alvast het N-VA-ledenaantal is alleen maar gegroeid de voorbije 10 jaar. Enkel de jongste twee jaren stagneert het ledenaantal. Bovendien leveren we volgens de vakgroep politicologie aan Universiteit Gent ook de correcte data en cijfers aan. De Gentse politologen stelden vast dat de N-VA de tegenbeweging maakt ten opzichte van andere partijen die afkalven. Samen met Groen! is de N-VA de enige partij die ook veel jongeren aantrekt. Dit nogmaals volgens het boek “Wie is nog van de partij” van Bram Wauters. Guy Tegenbos was ook moderator bij de boekvoorstelling. De traditionele partijen kalven voor een groot stuk af omdat hun leden veel ouder zijn en de natuur nu eenmaal zijn werk doet.

De enquête bij 1.500 N-VA-leden, waarop de Gentse politologen zich baseren, is overigens afgenomen tussen april en september 2012. Tussen eind 2009 en eind 2012 kende de N-VA een groei van ongeveer 11.500 leden naar 36.500 leden of een groei van 25.000 leden. De meeste in de enquête ondervraagde leden waren bijgevolg maar zeer recent lid van de N-VA, wat uiteraard gevolgen heeft voor de participatiegraad die gemeten wordt op basis van parameters als het voorbereiden van of het woord nemen op interne partijvergaderingen, kandideren voor een bestuursfunctie, deelnemen aan de stemming over nationale kieslijsten en huis-aan-huisbladen bussen. Met andere woorden: de bevraging is afgenomen bij de leden van een partij die zich in een fase bevond van enorme organisatorische groei en professionalisering. Het zou interessant zijn als de onderzoekers hun werk verder zetten.

Elke wakkere observator zal vaststellen dat N-VA-leden geen papieren leden zijn. In september vorig jaar was Plopsland letterlijk te klein voor onze familiedag waardoor we na de eerste 13.000 inschrijvingen helaas nog duizenden leden hebben moeten weigeren. Maar onze leden komen niet enkel naar een pretpark, ze participeren ook actief én massaal als het gaat om politieke discussie, het uitzetten van de ideologische lijnen en het beoordelen van beleidsplannen of de uitvoering ervan. Tegenbos lijkt te insinueren dat de N-VA als aanbodspartij minderwaardig is ten opzichte van partijen die zich zogezegd openstellen voor “de kritische burger”.

Hij zegt: “Die partij gelooft in de versterking van de oude aanpak van aanbod-partij: je moet niet zozeer leden en kiezers betrekken bij uw keuzen; verscherp uw keuzen en verdedig ze hard en bespeel de publieke opinie daarvoor elke dag en elk uur van de dag; de kiezers zullen wel volgen.”

Dan moet Tegenbos toch bewust abstractie maken van een van de grootste politieke meetings in dit land van de afgelopen tien jaar. Begin 2014 hield de N-VA een driedaags congres over confederalisme in de Antwerp Expohallen waar 4000 leden actief deelnamen aan de debatten en besluitvorming. De werkgroep gezondheidszorg die ik mocht voorzitten telde bijna 1000 koppen. Zelfs buitenlandse journalisten die tot in Antwerpen waren afgezakt, waren onder de indruk.

Kritische burger betrekken

Inderdaad, de N-VA is een aanbodpartij. En wat is daar mis mee? Maar bovendien een aanbodspartij met een bijzonder sterke interne democratie. Honderdduizenden kiezers geven kennelijk de voorkeur aan een duidelijke aanbodpartij, met duidelijke standpunten waar je voor of tegen kan zijn, dan aan een windhaanpartij die constant standpunten verandert in functie van de publieke opinie of zelfs de waan van de dag. Misschien is net dat laatste de reden waarom er een kloof is met de burger?

Mag ik er trouwens op wijzen dat de aanbodpartij N-VA erin geslaagd is een dossier dat 20 jaar vast zat te deblokkeren? Het zijn N-VA-politici die geluisterd hebben naar de actiegroepen om tot een Oosterweeloplossing te komen. Het waren Geert Bourgeois, Koen Kennis, Bart De Wever en Ben Weyts die dus de kritische burger betrokken in de oplossing. Ook als partij kiezen we ervoor om in directe dialoog te treden met de kritische burger. Via sociale media als Facebook en Twitter, telefonisch, per briefwisseling of e-mail beantwoordt onze ‘ombudsdienst’ persoonlijk zo’n 2000 publieksvragen per maand. Directe communicatie met de burger heet dat. En het lijkt erop dat dat iets is dat de traditionele media irriteert.

Wat smalend zegt Tegenbos verder in zijn stuk: “Op andere punten hebben ze zich al “aangepast”. Ze doen nauwelijks nog een beroep op hun leden voor hun financiering. Ze beslisten dat de schatkist – de belastingbetaler – hen voortaan (royaal) financiert.” Maar toch kan ik me niet inbeelden dat Guy Tegenbos terug wil naar de jaren zeventig en tachtig toen giften van particulieren en bedrijven de belangrijkste geldbron vormden. Laat staan dat hij zich het RTT-schandaal, het UNIOP-dossier of de Agusta-affaire herinnert als “good practices”. Naar “Amerikaanse” situaties? Ik liever niet. Wat wel waar is, is dat er geknipt kan worden in het aantal politici alsook in de partijfinanciering. Maar ook daar heeft de geschiedenis haar rechten. Waarom de traditionele partijen en Groen bij de 6de staatshervorming niet meteen én de Senaat afschaften én de partijfinanciering reduceerden bleef een onbeantwoorde vraag.

Tot slot slingert Tegenbos de partijen het volgende naar het hoofd : “Ze hoeven hun leden ook niet meer te raadplegen om “te weten wat er leeft’; ze krijgen genoeg geld om opiniepeilingen te houden en goeroes in te huren.” Terwijl ik bij het woord opiniepeiling in eerste instantie aan de zeer lange reeks TNS-peilingen van de VRT/De Standaard denk.

Guy Tegenbos besluit : “N-VA veranderde zich daarvoor van een Vlaams-nationale centrumpartij naar een rechtse partij en beoefent dagelijks de kunst van de politieke framing.” Dat net een ex-journalist van De Standaard beweert dat de N-VA “dagelijks de kunst van de politieke framing” beoefent, doet me dan ook glimlachen. Nog niet zo lang geleden verscheen in de krant dat de Antwerpse burgemeester “in een villa buiten de ring” woont. Hij had ook kunnen schrijven “een kangoeroewoning aan de Herentalsebaan voor zijn gezin met vier kinderen en zijn bejaarde moeder.” Maar misschien paste dat niet in een stuk over de socialistische uitdager van Bart De Wever. Is dat geen framing?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content