N-VA, CD&V, Groen en Vlaams Belang steunen ontluizingsperiode voor ministers

© Belga

Het SP.A-voorstel om politici te weren uit het bedrijfsleven gaat voor zowat alle partijen veel te ver, maar N-VA, CD&V, Groen en Vlaams Belang geven hun steun aan een ontluizingsperiode voor ministers.

Ook de federale oppositiepartij N-VA is voor een ontluizingsperiode voor afscheidnemende ministers, alvorens die een functie mogen opnemen in bedrijven uit sectoren waarvoor ze zelf bevoegd waren. Mensen uit het bedrijfsleven weren uit het parlement is echter “quasi ondemocratisch en gaat te ver”, vindt ondervoorzitter Ben Weyts.

Weyts wijst erop dat hij vorig jaar – naar aanleiding van de heisa rond het boek ‘De Keizer van Oostende’ – al voorstelde de Europese ontluizingsregels toe te passen. Ook partijgenote Cathy Coudyser stelde donderdag nog voor de deontologische code voor ministers in die zin uit te breiden.

Cumulatieverbod

Voor het overige zijn de Vlaamse deontologische regels uit de omzendbrief van 2009 rond ‘Onverenigbaarheid, cumulatieverbod en andere ontzeggingen’ volgens Weyts al een goede leidraad, die ook de federale regering bijvoorbeeld zou kunnen overnemen. “Zo mag een Vlaams minister geen enkele activiteit uitoefenen waardoor onder meer de waardigheid van het ambt in het gedrang komt en/of het vertrouwen van het publiek in het ambt wordt aangetast, de eigen onafhankelijkheid wordt aangetast of een conflict tussen tegenstrijdige belangen ontstaat”, aldus Weyts.

Dat SP.A-vicepremier Johan Vande Lanotte nog steeds titelvoerend voorzitter is van de Oostendse haven, zou dan volgens hem bijvoorbeeld niet meer mogelijk zijn. Maar hoe dan ook kan de premier al “veel kordater optreden tegen mogelijke belangenvermenging dan vandaag”, vindt de N-VA’er. Alle ministers moeten immers net als de parlementsleden hun mandaten opgeven. “Het volstaat dat de diensten van de premier die lijst doornemen en aftoetsen op mogelijke conflicten”, aldus nog Weyts.

Ontluizingsperiode

Eerder op de dag lieten andere partijen zich in ongeveer dezelfde zin uit over een ontluizingsperiode voor minisers. CD&V ziet net als oppositiepartijen Groen en Vlaams Belang wel wat in een verplichte “afkoelingsperiode” voor vertrekkende ministers, alvorens ze kunnen overstappen naar bedrijven uit een sector waarover ze even voordien nog bevoegd waren. Ondernemers volledig weren uit de politiek gaat voor CD&V echter te ver, zei Vlaams fractieleider Koen Van den Heuvel in De Zevende Dag op één.

SP.A-minister Freya Van den Bossche pleitte dit weekend voor het optrekken van beschotten tussen politiek en bedrijfswereld. Duidelijke regels zijn nodig, zei ze naar aanleiding van de heisa rond partijgenoot Johan Vande Lanotte en het noodlijdende Electrawinds.

Verregaand

Coalitiepartner CD&V kan daar volgens Van den Heuvel “een groot deel in meestappen”. Niettemin vinden de christendemocraten dat onze parlementen een goede afspiegeling moeten zijn van de maatschappij. “Als we vlakaf zeggen: ‘ondernemend Vlaanderen is niet meer welkom in de politieke arena’, dan vind ik dat nogal verregaand”, klonk het.

Een ontluizingsperiode kan voor CD&V wel, net als de regel dat politici met een uitvoerend mandaat hun belangen in vennootschappen “in de koelkast zetten”. “Zoals ook minister Koen Geens dat deed”, aldus Van den Heuvel.

Groen wil zo’n afkoelingsperiode graag in een wet gieten, onderstreepte Vlaams parlementslid Björn Rzoska. De huidige parlementaire deontologische code geldt immers bijvoorbeeld niet voor ministers die niet terugkeren naar het parlement.

Ook Vlaams Belanger Joris Van Hauthem wil wettelijke regels, maar wel snel. “Beschotten? Ja, akkoord”, klonk het. “Maar laat ons snel doen wat we kunnen, want anders zijn we binnen een paar jaar nog altijd aan het discussiëren of een plaatselijke apotheker wel in het parlement mag. En daarover gaat het niet.”

Transparantie

De SP.A’ers onderstreepten vooral het belang van transparantie én controle. “Ik wil parlementsleden terug de vrijheid geven om iets te zeggen, zonder dat iemand denkt dat ze dat doen omdat ze andere mandaten hebben”, verwoordde Vlaams fractieleider Bart Van Malderen het.

“Het is belangrijk dat we duidelijke regels maken, want politieke loopbanen zijn niet meer zo lang als vroeger. Dus ik denk dat heel wat politici van het ene naar het andere gaan overstappen”, argumenteerde SP.A-voorzitter Bruno Tobback. “We moeten voor de kiezer duidelijk maken hoe we die regels toepassen. Want op dit moment doet iedere partij er wat zijn zin mee.”

Of politici dan nog sponsors kunnen zoeken voor basketbalclubs, zoals Oostendenaar Vande Lanotte? “Dat geeft aanleiding tot insinuaties”, erkende Tobback. “Je kan dat alleen maar doen als je voldoende duidelijk bent.”

Subsidies

Diezelfde nood aan transparantie klonk bij verschillende partijen trouwens ook in het debat rond subsidies en andere vormen van overheidssteun. Oppositiepartijen Groen en Vlaams Belang hekelden de gebrekkige controlemacht van het parlement op investeringsmaatschappijen als PMV en het beursgenoteerde GIMV. “Allemaal overheidspotjes waar men het bos door de bomen niet meer ziet”, aldus Van Hauthem.

Iets waar CD&V’er Van den Heuvel wel oren naar had. “Als ook het rapport-Soete (over innovatie in Vlaanderen, nvdr.) stelt dat er een vereenvoudiging moet komen, daar kunnen we mee akkoord gaan”, klonk het. Van den Heuvel ziet alvast een rol voor het nog jonge Vlaamse Energiebedrijf, dat voor een bundeling zou kunnen zorgen van overheidsparticipaties in de energiesector (Belga/EE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content