Moslimorganisaties krijgen ongelijk in kort geding tegen minister Weyts

© Belga

De Brusselse kortgedingrechter heeft woensdag de eis afgewezen die een aantal moslimorganisaties hadden ingesteld tegen Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts. De moslims willen het vonnis respecteren.

Minister Weyts had besloten om onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren tijdens het Offerfeest niet langer toe te laten, maar volgens de moslimorganisaties was dat in strijd met de godsdienstvrijheid en betekende de beslissing een de facto verbod op ritueel slachten. Tegen de beslissing van de kortgedingrechter is nog beroep mogelijk.

“De rechter heeft zich voor zijn beslissing gebaseerd op de Europese verordening van 2009”, zegt meester Johan Verstraeten van dierenrechtenorganisatie GAIA, die vrijwillig in het geding tussenkwam. “Hij heeft ook duidelijk gemaakt dat er een wezenlijk verschil is tussen een slachthuis en een tijdelijk erkende slachtinrichting, omdat er in een echt slachthuis meer garanties zijn voor hygiëne en de volksgezondheid. Ook is er in de beschikking gewezen op de Belgische wet op het dierenwelzijn, die strenge straffen stelt op het nodeloos pijnigen van een dier. De conclusie van de rechter is dan ook dat onverdoofd slachten enkel in een slachthuis kan.”

Volgens meester Verstraeten ging de rechter ook het argument van de godsdienstvrijheid niet uit de weg. “Er is volgens de rechter geen belemmering van de godsdienstvrijheid omdat heel wat moslims neutraal zouden staan tegen het verdoofd of onverdoofd slachten en omdat de moslims sowieso er ook voor kunnen kiezen om geen schaap te slachten, maar een gift te doen. Er zijn dus alternatieve manieren om het Offerfeest te vieren.”

Ten slotte oordeelde de rechtbank dat de zaak eigenlijk niet hoogdringend was omdat de eisers te lang gewacht hadden met hun vordering, aldus nog meester Verstraeten.

Moslims zullen uitspraak respecteren: ‘Wij zijn ook Vlamingen’

“Wij respecteren de uitspraak van de rechter in kort geding om het verbod op onverdoofd slachten buiten de erkende slachthuizen te handhaven. Wij zijn ook Vlamingen, die rechten en plichten hebben en ons bijgevolg dienen te schikken naar de democratische rechtsprincipes.” Dat zegt Habib El Ouakili, die optreedt als spreekbuis van de Limburgse moslimgemeenschap.

“Eerst en vooral zullen wij de uitspraak van de rechter naleven en onze gemeenschap oproepen om de kalmte en sereniteit te bewaren,” aldus El Ouakili. “We gaan de mensen zeker niet aanmoedigen om het verbod naast zich neer te leggen en thuis de slachtingen te organiseren. Wij vragen, integendeel, dat ze gehoor geven aan de uitspraak van de rechter. Ik ben ervan overtuigd dat ze dat ook zullen doen.”

Een oplossing is er nochtans niet. “We zullen moeten roeien met de riemen die we hebben binnen het wettelijke kader”, aldus de woordvoerder. “Vervolgens moeten we zo snel mogelijk vooruitblikken. Direct na het offerfeest zouden we graag een eerlijke dialoog aangaan om tot een duurzame oplossing te komen. Het belangrijkste is dat de polemiek, die de afgelopen maanden op de spits werd gedreven, door een debat ten gronde een halt kan toegeroepen worden.”

(Belga/JH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content