Herman Matthijs (UGent, VUB)

”Money, Money, Money’ in het federale België’

‘De hitsingle ‘Money, Money, Money’ van ABBA uit 1976 is zeker in 2015 toepasselijk geweest op ’s lands openbare financiën’, vindt Herman Matthijs. ‘Wat waren de budgettaire pijnpunten en hoe kan de Belgische- en Vlaamse ‘Svenska Koalition’ ze in 2016 en de jaren daarna oplossen?’

Taxshift

De lang aangekondigde taxshift gaat over een bedrag van ongeveer 7,5 miljard euro. Historisch is deze taxshift door de vermindering van de patronale bijdragen, die de werkloosheid zou moeten verminderen (zie verder bij ‘werkloosheid’). Maar gaat de modale burger veel van zien van de tax shift? Er zitten vele traditionele maatregelen in, zoals de verhogingen van BTW en accijnzen. Maar wat wel opvalt is een speculatietaks van 33 procent en het optrekken van de roerende voorheffing naar 27 procent. Deze maatregelen zullen zeker niet enthousiast worden onthaald door de electorale achterban van de regering Michel. Bovendien is het zeer de vraag of die maatregelen het geraamde bedrag gaan opbrengen.

‘2016 wordt het laatste jaar om dossiers goedgekeurd te krijgen. Daarna worden geen cadeaus meer uitgedeeld en begint de lange race naar de verkiezingen’

Gedurende de volgende jaren wordt de belastingschijf van 30 procent afgeschaft en dat verhoogt voor iedereen het netto loon. Hier stelt zich een strategisch electoraal probleem voor de achterban van N-VA, Open-VLD en deels ook de MR, want dat publiek heeft verhoudingsgewijs minder aan die eliminatie van de grens van 30 procent. Bovendien zijn de mensen reeds een deel van dat effect kwijt als gevolg van de indexsprong. Ware het niet beter geweest om, voor de werkenden, de sociale bijdragen van de werknemers te verminderen van 13 naar 11 procent? Dan zouden de globale bruto lonen niet stijgen, maar het loon van de werkenden gaat dan wel mee met de inflatie.

Er dient zeker nog iets te gebeuren met de administratieve vereenvoudiging inzake de fiscaliteit. Daar alleen kunnen de overheden veel geld besparen. De federale regering denkt er ook aan om de BBI zowaar bevoegdheden te geven à la de ‘Polizia fiscale’ in de Italiaanse republiek. Gaat de regering er vanuit dat de fiscale niet naleving in dit land proporties aanneemt zoals op het grondgebied van het oude Romeinse rijk? In ieder geval is dit een verrassend idee vanwege dit kabinet. Maar ook dit ligt moeilijk bij de achterban. In ieder geval moet er wel eens werk worden gemaakt van een comité F dat de fiscale administratie controleert inclusief de douane.

De slotsom inzake de taks shift is dat de verhouding bruto versus netto loon nog te hoog blijft in België. Meerdere partners in deze Zweedse coalitie hebben er alle belang bij dat er nog voor 2019 een voelbaar vervolg komt op deze taks shift en dit ten voordele van de werkende bevolking.

Begrotingstekort

Het tekort op al de Belgische overheidsbegrotingen ligt nu wel onder de 3 procent BBP, doch een evenwicht is nog ver af. Als men dit laatste wenst te bereiken, dan moet er nog zowat 10 miljard euro worden gezocht. Laat ons eerlijk zijn: een dergelijke operatie vergt vooral een ingreep in de uitgaven van de sociale zekerheid en op Vlaams niveau in de gemeenschapsbevoegdheden. Vlaanderen dient ook nog eens de toenemende groep van verlieslatende gemeenten mee te rekenen. Zodoende wordt een evenwicht tegen 2018 geen haalbare kaart. Of dat een probleem wordt voor de EU is nog maar de vraag omdat er amper lidstaten een evenwichtige begroting kunnen indienen. Zelfs de Vlaamse regering slaagt er niet in om zijn begroting in evenwicht te krijgen. Laat staan dat de talrijke deelstaten met een PS-bestuur dat gaan doen.

‘De bijzondere financieringswet moet dringend herbekeken worden.’

Een ander probleem stelt in zich bij de jojo-bewegingen van de berekeningen inzake de bijzondere financieringswet ( BFW ) betreffende de over te hevelen dotaties naar de deelstaten. Deze BFW moet eens dringend herbekeken worden omwille van het huidige gebrek aan transparantie. Ze is nu te ingewikkeld en te onduidelijk.

Maar de overheden staan ook voor vele nieuwe noodzakelijke uitgaven (defensie, veiligheid, infrastructuur , migranten) en de EU begrotingsregels denken nu aan ‘off budgets’, uitgaven die buitend e begroting worden gehouden. Maar dat lost structureel niets op, want uiteindelijk zal iemand de factuur moeten betalen. De investeringskredieten liggen federaal en Vlaams veel te laag. Daar hebben de EU begrotingsregels geen rekening mee gehouden. Het ware beter om terug te keren naar een gewone begroting (gefinancierd door belastingen) versus een buitengewone begroting voor de investeringen (betaald met leningen). Bovendien zijn de Eurostat-regels veel te ingewikkeld, spreken ze elkaar tegen en houden ze geen rekening met specifieke nationale problemen.

Privatiseringen

In Nederland heeft men de banken reeds terug naar de vrije markt gebracht. Maar in dit land blijft de Belgische staat eigenaar van één bank (Belfius) en daarmede gerelateerd de problematiek omtrent Dexia alsook het Arco-dossier. Als men die Arco-coöperanten wenst te vergoeden vanuit de schatkist, dan stelt zich wel de vraag waarom alle andere burgers met verliezen op andere bankaandelen niet worden vergoed. Hier geldt een kwestie van gelijkheid: ofwel iedereen vergoeden met als resultaat een enorm groot bijkomend gat in de begroting of niemand tegemoet komen. Het aankopen van aandelen is toch wel een privaat genomen risico.

‘Waar dient de 2 miljard euro dividend van de Belgische tak van Fortis aan de Franse moedermaatschappij voor?’

Een ander merkwaardig dossier is dat van de 2 miljard euro dividend van de Belgische BNP Fortis aan de Franse moedermaatschappij. In feite is dit een Belgische financiering ten voordele van de Franse vijfde republiek. Dient dat geld voor het betalen van de Amerikaanse monsterboete van 9 miljard euro of gaat de Belgische schatkist hier nog een deel van terugzien, omdat dit land met 10,3 procent de grootste aandeelhouder is van het Franse BNP? In ieder geval zou het van de hand doen van deze aandelen een goede zaak zijn om de schuld te laten zakken, die op 108 procent BBP staat (Nederland: 67 procent). Uiteindelijk gaat het om een bedrag van ongeveer 430 miljard euro, waarvan zowat 360 miljard federale schuld is. Bij de zeker aankomende stijgende rente wordt die hoge schuld een gigantisch budgettair probleem. Dus is een verkoop van staatsactiva om de schuld af te bouwen zeker een voorbeeld van goed financieel beheer.

Het terugbetalen van de drie miljard door KBC en het gebruik daarvan door de Vlaamse overheid om de Vlaamse schuld af te bouwen, is een zeer verstandige keuze. Bovendien mag men niet vergeten dat die Vlaamse schuld in 2016 terug kan stijgen door de Eurostat-berekeningen inzake infrastructuurinvesteringen.

Werkloosheid

De regering Michel heeft een historische beslissing genomen om de patronale bijdragen te verlagen van 33 procent naar 25 porcent. Daarmede moet de arbeidskost serieus dalen en het aantrekkelijker worden om werknemers aan te werven. De praktijk zal in 2016 moeten uitwijzen of deze theorie ook een positief gevolg gaat hebben. Want België kampt al jaren met het probleem dat er niet genoeg nieuwe arbeid wordt gecreëerd. Met een gemiddeld federaal werkloosheidsniveau van 8,5 procent van de beroepsbevolking doen we het slecht in verhouding met Nederland (6,5 procent).

‘Het optrekken van de pensioenleeftijd naar 67 jaar belemmert de intrede van jongeren op de arbeidsmarkt.’

Zelfs als de Nationale Bank gelijk zou hebben met de prognose van 114.000 nieuwe arbeidsplaatsen in 2016 , dan lost dit het probleem nog niet op. Want het optrekken van de pensioenleeftijd naar 67 jaar belemmert het intreden van jongeren op de arbeidsmarkt. Die jeugdwerkloosheid ligt in België zeer hoog op zowat 20 procent. Een ander gegeven is de sterke demografische toename van de bevolking in dit land en dat is meer dan een probleem voor een klein land met een lage economische groei. Ook de toestroom van asielzoekers wordt een dure budgettaire operatie voor de overheden, al is het maar om die mensen ooit op de reguliere arbeidsmarkt te krijgen.

Dijsselbloem

Eind november heeft de Nederlandse minister van Financiën zich in een spraakmakend futuristisch interview, met veel realiteitszin, uitgesproken over de toekomst van Europa. Hij pleit daarin voor een ‘restart’ van Europa met vijf kernlanden. En oef, België mag meedoen tezamen met Nederland, Duitsland, Oostenrijk en Zweden. Want 2015 heeft niet veel goeds gebracht vanuit de EU: de ongecontroleerde buitengrenzen van de Schengenzone, de blijvende Griekse problemen die al meer dan 250 miljard euro hebben gekost, de zwakke economische groei in de eurozone en de facto zwaar gedevalueerde euromunt. Ook voor de EU dreigt 2016 geen positief jaar te worden en de leidende politieke klasse in dit land zal zich eens dringend moeten buigen over het idee van de voorzitter van de eurogroep.

Conclusie

In ieder geval is 2016 het laatste jaar voor de regeringspartijen om dossiers op de politieke agenda te plaatsen en goedgekeurd te krijgen. Vanaf 2017 worden er geen cadeaus meer uitgedeeld, want dan begint de lange race naar de verkiezingen 2018 en vooral die van 2019. Gedurende deze kerstperiode zullen de politiek partijen zich moeten afvragen wat ze al verwezenlijkt hebben en vooral wat er nog binnengehaald moet worden. Gaat er een ‘reshuffle’ komen van bevoegdheden, regeringsleden en/of kabinetssamenstellingen? Hoe dan ook, de bevolking verwacht beslissingen die het welvaartsniveau op zijn minst stabiel houden. Dit laatste is dan ook de allergrootste uitdaging voor de Belgische en de Vlaamse ‘Svenska Koalition’.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content