Jonge miljonairs blijven de uitzondering: 3 tips van de (super)rijken

Kevin De Bruyne. © Getty

Snel rijk worden? Vergeet het maar. Een miljoenenfortuin vergaren is een proces dat meestal loopt over vele jaren, decennia tot zelfs generaties.

Hoewel elk fortuin zijn eigen verhaal heeft, zijn er ook veel overeenkomsten in de manieren waarop de meeste fortuinen zijn vergaard en hoe daarmee wordt omgesprongen. En daar kan iedereen wat van leren. Enkele tips van private bankers en de successieplanners bij wie de rijkste families aankloppen.

1. Word ondernemer

Wil je veel geld op je bankrekening, dan kun je maar beter goed nadenken over je professionele carrière. De klanten van private banken zijn meestal zelfstandigen, vrije beroepers, managers of ondernemers. ‘Wie er op die manier in slaagt om een vermogen van 5 à 10 miljoen euro op te bouwen, heeft een héle succesvolle carrière uitgebouwd. Maar de basis leggen voor een vermogen van tientallen tot zelfs honderden miljoenen euro’s, dat is enkel weggelegd voor de heel succesvolle ondernemers’, zegt De Keukelaere.

Delen Private Bank doet dezelfde vaststelling. ‘In de categorie van 1 tot 5 miljoen euro zitten heel veel vrije beroepers en zelfstandigen. Maar in de categorie daarboven is het toch via ondernemerschap dat het vermogen is opgebouwd. Is het niet bij de huidige generatie, dan toch zeker bij de eerste generatie die het vermogen heeft opgebouwd’, zegt Eyckmans.

Ook bij KBC zijn of waren het grootste deel van de zogenaamde wealth-klanten ondernemer en eigenaar van hun onderneming. ‘Vaak gaat het om ondernemers die gestaag de waarde van hun bedrijf hebben doen toenemen. Daarnaast hebben we ook jongere klanten. Meestal zijn die als starter begonnen en slaagden zij erin om de waarde van hun bedrijf op korte tijd aanzienlijk te doen stijgen’, zegt Joke Reynaerts, general manager Private Banking & Wealth bij KBC.

2. Focus op kapitaalbehoud

Mensen met een fortuin, zeker als het om ondernemers gaat, zijn het gewend om risico’s te nemen. Maar zodra ze een deel van dat vermogen willen beleggen, ligt de focus toch eerder op kapitaalbehoud. Dat wil zeggen: wat ze hebben, willen ze in de eerste plaats behouden. ‘Mensen met een vermogen zijn niet vies van risico’s, maar dan vooral niet van risico’s die ze zelf goed in de hand hebben. We zien vaak dat ze met een deel van hun vermogen investeren in jonge, niet-beursgenoteerde bedrijven. Dat is heel risicovol. Maar tegelijkertijd parkeren ze een ander deel van hun vermogen in een beleggingsportefeuille die hun kapitaal vooral moet beschermen. Ze nemen dus risico’s in branches waarmee ze goed vertrouwd zijn, maar daarbuiten kiezen ze voor de veiligere optie’, zegt Van Eysendyck.

De vermogensbeheerder ziet er ook een les in voor de gewone sterveling: ‘Wie een beetje spaarcenten aan de kant kan zetten, kan daar een hefboom op zetten door iets meer risico te nemen. Er zijn intussen veel laagdrempelige mogelijkheden om al met enkele tientallen euro’s per maand te beleggen. Maar ook hier geldt: zoek niet naar het grootste rendement en dus ook het grootste risico. Investeer eenvoudigweg in de wereldwijde groei van de aandelenmarkten en dan zet je op de lange termijn ook al een hefboom op je eigen spaarcenten.’

3. Neem de tijd om een vermogen op te bouwen

Snel rijk worden? Vergeet het maar. Het is geen toeval dat de gemiddelde leeftijd van private-bankingklanten rond 60 jaar ligt. ‘De opbouw van een groot vermogen gebeurt niet in één dag, dat is een verhaal van vele jaren. En typisch wordt het vermogen pas echt geconsolideerd rond de leeftijd van 50 à 60 jaar, bijvoorbeeld wanneer een onderneming wordt verkocht of wanneer daar een nieuw partnerschap wordt aangegaan’, zegt Eyckmans. ‘De meeste vermogens zijn opgebouwd met veel geduld en niet door op hypes te surfen.’

Dat neemt niet weg dat er ook jonge miljonairs zijn. ‘Meer dan vroeger hebben we dertigers die een vermogen vergaarden met de ontwikkeling van een nieuwe technologie of de succesvolle verkoop van een start-up. Hun aantal neemt toe, maar het blijven uitzonderingen’, zegt Meyer.

Het opbouwen van een succesvolle onderneming is een proces van verschillende jaren tot zelfs decennia, stelt ook Mertens vast. ‘De grootste vermogenssprong doet zich voor tussen de leeftijd van 45 en 60 jaar. Rond hun veertigste slagen veel ondernemers erin om met hun kennis en ervaring hun bedrijf naar een hoger niveau te tillen. Vaak zie je dat ze dan de sprong wagen naar nieuwe activiteiten of een nieuwe structuur opzetten, wat dan later een serieuze hefboom blijkt. Maar de echte kiem van het succes is daarvoor natuurlijk al geplant. Ik ken weinig ondernemers die pas na hun 45e begonnen en dan nog een succesverhaal creëerden.’

Partner Content