Jordy Sabels

‘Politici moeten niet langsgaan met een cheque bij de Warmste Week, maar de problemen rond kansarmoede echt aanpakken’

Jordy Sabels Ervaringsdeskundige jeugdzorg, lid van Groen, en adviseur jeugd en Studentenbeleid in Gent

‘De Warmste week zou moeten   gaan over het kil beleid dat ervoor zorgt dat er mensen in kansarmoede leven’, schrijft Jordy Sabels. ‘Oplossingen zullen er volgende week niet volgen, extra budget in de begroting ook niet, maar een politicus met een cheque dan weer wel.’

De warmste week gaat binnenkort weer van start, een week waarin er warmte en solidariteit gecreëerd wordt voor en door heel wat organisaties. Dit jaar koos de VRT als onderwerp “Kansarmoede”, een thema dat mij als ervaringsdeskundige in de jeugdzorg en met een armoede-achtergrond nauw aan het hart ligt. Het maakt het daarom nog moeilijker om in het concept van de Warmste Week te geloven. Vandaag wil ik dan ook een lans breken om in die week het taboe echt te doorbreken en ook de druk op te voeren naar het beleid.

Want dat er nog steeds een taboe heerst rond kansarmoede staat buiten kijf en is eigenlijk ook heel normaal. Het gaat over trots, niet over een drempel geraken van een OCMW of sociaal huis om hulp in te schakelen. Daarnaast gaat het ook over veel meer dan dat. Want het gaat niet enkel over opgroeien met pakjesloze kerstbomen uit angst voor de energiefactuur of schoolrekeningen, maar gaat over een structureel tekort aan kansen. Vaak generatie na generatie. Kansarmoede is een toestand waarin mensen minder kansen krijgen om deel te nemen aan de maatschappij door een tekort aan fundamentele goederen en rechten.

Zo heb ikzelf in mijn eigen leven minder kansen gekregen door op te groeien in de jeugdzorg. Het aandeel jongeren dat in een jeugdinstelling is opgegroeid dat verder studeert aan de hogeschool of universiteit en daarin slaagt ligt rond de 3%. Dat komt door verschillende factoren, maar bij mezelf zijn er twee zaken die enorm hard meespeelden in de twijfel om de stap toch te zetten: financiële middelen en stigmatisering.

Financiële middelen? Die zijn er toch via een studiebeurs en een leefloon zou je denken. En dat klopt, maar de administratieve zoektocht naar die middelen is niet evident en de hulp die je daarvoor krijgt enorm beperkt. Ik had geluk. Doordat ik mijn aanvraag tot leefloon in een kleine gemeente zoals Buggenhout deed, kreeg ik redelijk gemakkelijk een goedkeuring. Vandaag vinden meer studenten dan ooit de weg naar een leefloon, maar het kan nog beter. Zo zou de toegang tot een studiebeurs breder moeten zijn en er een systeem moeten komen van aanvullende steun en automatische rechtentoekenning aan studenten die recht hebben op een leefloon en/of studiebeurs. Dat zou de administratieve molen verminderen en er ook voor zorgen dat je niet in mijn situatie terecht komt, waarbij je jaren na datum een groot deel van je studiebeurs moet terugstorten door administratieve fouten.

Daarnaast zorgt stigmatisering ervoor dat bepaalde groepen in kansarmoede niet verder gaan studeren. Het is een self-fulfilling prophecy. Als je genoeg tegen iemand zegt dat er maar 3% verder studeert uit de jeugdzorg en je blijft herhalen dat dit niet zal lukken, dan geloof je het natuurlijk. Door mijn staalharde koppigheid heb ik nooit willen toegeven aan dit stigma en heb ik doorgezet. Het is echter mijn doel om dat stigma zoveel mogelijk weg te nemen en ervoor te zorgen dat kinderen uit de jeugdzorg in de toekomst wel sneller die stap durven zetten. Via lessen in scholen, lessen aan toekomstige leerkrachten en vormingen voor begeleiders probeer ik zelf mijn steentje bij te dragen. Ik hoop dat de Warmste Week daar volgende week ook een duit in het zakje zal doen en het stigma verder zal doorbreken.

Dus stigma wegnemen en financiële middelen geven en het probleem is opgelost? Deels is dat het geval, maar kinderarmoede en kansarmoede moet je als beleid nog veel breder aanpakken en vooral structureel oplossen. De cirkel van de kansarmoede loert altijd om de hoek, ook bij mij nog. Daarom dat kansarmoede ook vaak generatie-armoede is. Het wordt doorgegeven van ouder op kind en daarvoor ligt het grootste deel van de oplossing op Vlaams niveau. Daar moeten de structurele oplossingen gevonden worden, maar het enige wat we krijgen is een kil beleid en één warme week.

Oplossingen zullen er volgende week niet volgen, extra budget in de begroting ook niet, maar een politicus met een cheque dan weer wel. Het beleid moet eindelijk echt beginnen inzetten op de aanpak van gezinsarmoede om kansen voor de volgende generatie te vrijwaren en kinderarmoede weg te werken. Daarvoor is een grote hervorming nodig van het kindergeld, studiebeurzen, toegankelijk onderwijs voor iedereen en een beleid dat problemen aanpakt bij de kiem. Niet reactief, maar proactief dus, wat bijzonder atypisch is voor de politiek, maar wel echt noodzakelijk.

Het wordt voor steeds meer mensen elke dag moeilijker om de eindjes aan elkaar te knopen. Ik werk zelf voor een reisbedrijf gespecialiseerd in schoolreizen en zie elke week leerlingen afhaken door financiële problemen. Er gaan meer mensen naar de voedselbanken. Er krijgen minder en minder kinderen kansen en er zijn meer en meer lege brooddozen. Het antwoord blijft steeds kil een koud voor elke doelgroep.

Daarover zou het tijdens de Warmste week moeten gaan. Over het kil beleid dat ervoor zorgt dat er mensen in kansarmoede leven.

Vandaar dat ik mijn stuk wil afsluiten met een oproep aan de presentatoren van het hele gebeuren: Beste Fien, Kawtar, Sander & Eva, als er in de Warmste Week politici aan je micro staan – met of zonder cheque – zeg dan dat het hun schuld is dat kansarmoede bestaat en ze het moeten oplossen. Zij hebben de sleutel in handen. Een week gezelligheid en liefdadigheid zal het taboe misschien deels doorbreken, maar zal kansarmoede de wereld niet uithelpen.


Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content