Leuvense proffen willen taalwetgeving voor buitenlandse collega’s versoepelen

Ladeuzeplein in Leuven © Belga

Verschillende KU Leuven-proffen pleiten voor een versoepeling van de taalwetgeving voor de buitenlandse collega’s. Het niveau dat ze nu moeten halen wordt wordt omschreven als ‘gevorderd’. Minister van Onderwijs Crevits heeft begrip voor de bezorgdheden.

Studentenblad Veto meldt dat Leuvense proffen de huidige taalwetgeving voor hun buitenlandse collega’s willen aanpassen. Als zij nu vastbenoemd aan een Vlaamse universiteit willen werken, moeten ze uiterlijk drie jaar na hun aanstelling slagen in een Nederlandse taaltest op B2-niveau. Dat niveau wordt omschreven als ‘gevorderd’.

Vicerector onderwijsbeleid Didier Pollefeyt omschrijft deze regel als ‘schadelijk voor de internationalisering van de universiteit’. ‘Het is voor ons belangrijk om expertise uit het buitenland binnen te halen, en dat is ook een terechte vraag van de politiek aan ons. Het is echter paradoxaal als je de Nederlandse taaleisen onrealistisch organiseert. Het is niet realistisch om binnen de drie jaar een B2-niveau te halen als je moedertaal bijvoorbeeld een Aziatische taal is’, aldus Pollefeyt. Hij stelt voor om de termijn te verlengen tot vijf jaar.

Alternatief aanbod

Ook andere professoren sluiten zich bij deze kritiek aan. Luc Sels, decaan van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, wijst erop dat deze wetgeving sterke kandidaten met meerdere opties afschrikt. ‘In ons domein zitten we al met niet-competitieve salarissen’, aldus Sels. ‘Ik vind dat we naar een soepeler kader moeten gaan als we onszelf niet willen veroordelen tot een arbeidsmarkt van achttien miljoen Nederlanders, zes miljoen Vlamingen en wat Duitsers of Zuid-Afrikanen.’

Ook Peter Lievens, decaan van de faculteit Wetenschappen, wijst op het feit dat de strenge taalwetgeving ‘het zeer moeilijk maakt om internationale toppers die in het buitenland een vaste benoeming hebben of een alternatief aanbod te overtuigen om hier te komen werken’.

De Leuvense hoogleraren zeggen wel dat een goede kennis van de Nederlandse taal op termijn noodzakelijk is. Volgens Pollefeyt is dit belangrijk voor hun sociale integratie. Nederlands is bovendien de bestuurstaal van de universiteit. ‘Geen kennis van het Nederlands betekent dat deelname aan de beleidsorganenen de facto onmogelijk is’.

Hij roept op tot een nieuw debat en een nieuwe politieke reflectie ‘over hoe de nood aan internationalisering van de universiteiten verzoend kan worden met het legitieme behoud van het Nederlands als bestuurlijke en academische taal’.

Crevits: ‘Begrip voor bezorgdheden’

‘Een snelle integratie van buitenlandse professoren aan onze hogescholen en universiteiten en in de samenleving is van groot belang’, zo stelt Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V).’ De taal leren maakt hier een aanzienlijk deel van uit, maar is uiteraard niet het enige.’

‘We mogen verwachten dat het Nederlands van een voldoende hoog niveau is’, zegt Crevits. De minister heeft wel begrip voor de bezorgdheden omtrent de termijn waarop professoren hun taalafstand moeten overbruggen. In het kader van de voorziene evaluatie is zij bereid om te bekijken of hieraan moet gesleuteld worden.

(BELGA/JVL)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content