Nieuwe fase in Antwerpse drugsoorlog? ‘Legalisering van cocaïne is niet dé oplossing’

Aan het huis van het slachtoffer in Merksem, Antwerpen.
Aan het huis van het slachtoffer in Merksem, Antwerpen. © Belga
Lotte Lambrecht

Met de dood van een elfjarig meisje dreigt een nieuwe fase in de Antwerpse drugsoorlog aan te breken. We stelden drie vragen aan Jelle Janssens, criminoloog aan de Universiteit Gent.

Luidt de dood van het 11-jarige meisje in Antwerpen een nieuwe fase in de Antwerpse drugsoorlog?

Jelle Janssens: Jazeker. Deze zomer zijn er al escalaties geweest, maar het is de eerste keer dat er een onschuldig slachtoffer valt. Dat, in combinatie met de ontvoeringsdreiging voor minister van Justitie Vincent Van Quickenborne, geeft wel aan dat we in een volgende fase zitten. De vrees voor meer geweld is terecht. Ook al gaat het hoogstwaarschijnlijk om een ongeluk, de emoties in een situatie als deze kunnen hoog oplopen. We zien dat de meeste van de dodelijke incidenten in het drugsmilieu worden op de een of andere manier gewraakt. Vanwaar de daders afkomstig zijn weten we niet, dus die wraakactie kan evengoed in Brussel, Duitsland, Dubai of Nederland plaatsvinden. 

Er is echter ook een alternatief mogelijk. De rivaliserende bendes kunnen ook met elkaar onderhandelen, rechtstreeks of via een derde partij. Als er te veel geweld en te veel financiële verliezen worden geleden, is dat meestal bad for business. Om hun verliezen te beperken kunnen bendes in grote productielanden zoals Colombia aansturen op onderhandelingen. Maar zoals dat wel vaker het geval is in oorlogen, komen zulke onderhandelingen meestal veel te laat. Er moet meestal eerst heel wat bloed vloeien.

Waarom zien we de laatste jaren zo’n sterke stijging in drugsgerelateerd geweld?

Janssens: De politie wijst vaak naar de Sky-ECC operatie (een grootschalige politieactie die plaatsvond in 2021 waarbij zeker 888 criminelen opgepakt werden, nadat de politie erin was geslaagd de onkraakbaar geachte chatapplicatie SKY ECC te ontsleutelen, nvdr) Tijdens die operatie zijn inderdaad heel wat mensen opgepakt die vervangen moesten worden, maar ik denk niet dat dat de enige uitleg is. Ook de groei van de handel werkt geweld in de hand. Kijk naar het verhaal van de Borgerhoutse Turtlebende uit 2012. Nadat ze 200 kilogram cocaïne had gestolen van een rivaliserende Amsterdamse bende, ging die laatste achter hen aan, met heel wat gewelddadige incidenten in Antwerpen tot gevolg. Als je weet dat er vorige week meer dan één ton cocaïne in beslag werd genomen, kun je je wel iets voorstellen bij de groei van de markt. Er gaan miljarden om in de illegale drugshandel. Hoe meer geld er mee gemoeid is, hoe groter de risico’s die bendeleden durven te nemen om zich te verzekeren van dat geld. 

De escalatie van geweld blijft niet beperkt tot Antwerpen. In Amsterdam is er al afgehakt hoofd teruggevonden, dat diende als waarschuwing. Ook in Berlijn, Spanje en Italië zien we heel wat drugsgeweld. We beseffen het niet, maar België is vooralsnog relatief gespaard gebleven van drugsgerelateerd geweld waarbij ernstige gewonden of doden zijn gevallen. Maar dit incident kan een aanleiding zijn voor een verdere escalatie.

Eerste minister Alexander De Croo en minister van Financiën en Fraudebestrijding Vincent Van Peteghem wijzen op de verantwoordelijkheid van cocaïnegebruikers in deze tragedie. Tegenstanders van de ‘War on Drugs’ zien dan weer heil in de legalisering van cocaïne.  

Janssens: Wat beide ministers zeggen, klopt natuurlijk: zonder drugsgebruikers geen drugshandel. Maar het is maar zeer de vraag of moraliserend met de vinger staan zwaaien een oplossing vormt. Geen enkele cocaïnegebruiker zal zich door deze tragedie persoonlijk aangesproken voelen.

Sommige collega’s en experten stellen zonder verpinken dat legalisering dé oplossing is voor het drugsgeweld. Daar ben ik niet zo van overtuigd. Alcohol is gelegaliseerd, maar er worden jaarlijks vele duizenden liters alcohol van België naar Groot-Brittannië gesmokkeld. Als we toch al zouden overgaan tot legalisering, dan zal die in kleine stapjes moeten gebeuren. Men kan misschien beginnen met het reguleren van marihuana. We kunnen vervolgens de effecten van die maatregel meten en die eventueel verder uitbreiden. 

In de discussie over legalisering wijst men vaak naar Portugal, waar het bezit en gebruik van kleine hoeveelheden hard drugs sinds 2001 gedecriminaliseerd zijn. De resultaten van dat beleid geven echter een gemengd beeld. Enerzijds zag je inderdaad een afname van de overbevolking in gevangenissen en een daling in het aantal overdosissen. Druggebruik steeg niet. Anderzijds zie je ook dat in de jaren na de decriminalisering het aantal drugsgerelateerde moorden en experimenteergedrag toenam. Dat aantal daalde opnieuw na vijf jaar. Maar ik sta daar toch huiverachtig tegenover. Het betekent dat als je een bepaalde illegale activiteit legaliseert, de bendes die achter die illegale activiteit schuilgaan zich kunnen herschikken en ondermijnende machtsstructuren kunnen uitbouwen. Die kunnen ze misbruiken om hun invloed in overheidskringen verder uit te breiden. Dat is het geval geweest in Rusland, Japan, Colombia en Mexico. Verder zijn die bendes ook actief in diverse illegale activiteiten. Het zou me zeer verwonderen als die bendes plots zouden verdwijnen wanneer cocaïne gelegaliseerd wordt.

Daarnaast is België nog steeds een klein land. 20 procent van onze cocaïne-import is voor binnenlands gebruik, de overige 80 procent is voor buitenlandse handel bestemd. Wat verschil zal het maken als enkel ons land cocaïne legaliseert? Legalisering moet een Europees en internationaal verhaal zijn. Waar ik wel heil in zie, is een open maatschappelijk debat over legalisering, weg van de polarisatie en partijstandpunten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content