Peter Casteels

‘Kunstenaars beweren luizen in de pels te zijn. Dat blijkt in de praktijk nogal mee te vallen’

Jan Verheyen is niet de enige rechtse kunstenaar in Vlaanderen.

Zijn kunst en cultuur geen linkse hobby’s? Zo’n vraag is lachen, natuurlijk. Maar als ik cultuurmensen interview voor dit blad, vraag ik hun ook weleens in alle ernst of zij een aantal rechtse kunstenaars kunnen opnoemen. En dan blijft het meestal stil. Elders op deze website stelt Kurt Van Eeghem vast dat er alvast geen rechtse schrijvers zijn: ‘Waar is de Vlaamse Michel Houellebecq?’ Van Eeghem ziet hem niet.

Er zijn anders wel wat namen te bedenken. Gerard Reve en Willem Frederik Hermans worden nog altijd als voorbeelden genoemd door een hele generatie van schrijvers, en zij waren bepaald geen cultuurmarxisten. Verder is het, in de zoektocht naar rechtse geluiden, allicht de beste strategie om andere genres op te zoeken. Zouden alle muzikanten uit klassieke orkesten dromen van een superdiverse en multiculturele samenleving? Een gokje: nee. En dan is er de populaire cultuur. Die wordt ons niet aangeleverd door in subsidies gedrenkte kunstenaars, maar door kleine zelfstandigen.

Kunstenaars beweren luizen in de pels te zijn. Dat blijkt in de praktijk nogal mee te vallen

En daarmee is het moment aangebroken dat de naam van regisseur en mediafiguur Jan Verheyen valt. Maar in al zijn onnozele dwarsigheid is hij moeilijk ernstig te nemen. Zouden, voorts, alle scenaristen van het genre dat zeker ook in Vlaanderen het meest beeldbepalend is geweest – politieseries – werkelijk links zijn? Nee, er is niets links aan die obsessie met criminaliteit en moordzaken, die weliswaar in vijftig minuten op te lossen vallen.

Een dissonante stem vind je pas moeilijk tussen kunstenaars die ook als dusdanig in de media worden opgevoerd: veelal acteurs, theatermakers en auteurs. Zij die columns schrijven in de cultuurkaternen of op dezelfde plaats worden geïnterviewd. Kort samengevat: net zoals ongeveer alle ondernemers in de media hetzelfde zeggen – ‘Minder belastingen, minder regels’ – komen ook alle kunstenaars met dezelfde boodschap aanzetten. Iemand hoeft cultuur zelfs geen linkse hobby te vinden om zich daaraan te ergeren. Want terwijl ondernemers begrijpelijkerwijze ordinaire lobbyisten zijn voor hun eigen zaak, beweren kunstenaars vrijdenkers te zijn zoals er maar weinig andere voorkomen. Zij zijn de luizen in de pels. Zij durven te zeggen wat niemand anders nog maar durft te denken.

Dat blijkt in de praktijk nogal mee te vallen. Allemaal vinden ze de N-VA een verfoeilijke partij, hebben ze geen probleem met de invloed van de islam, en vinden ze uiteraard dat er meer subsidies naar de kunsten moeten gaan. Het niveau van de argumenten die ze aandragen is, net zoals bij ondernemers, niet altijd even hoog en doet soms ook wat aan hobbyisme denken. Links hobbyisme, quoi.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content